eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    550. 1617 Dec. 9. Aan G.J. Vossius1.

    Vir Clarissime.

    Publici muneris necessitas me impediit quo minus adventum tuum opperirer, itaque chartas mecum sumpsi. Tua legi summa cum voluptate, miror exquisitissimam diligentiam, neque dubito quin his, quibus aliquid iudicii in hodiernis controversiis superest, multum hinc lucis sit accessurum. Perge quaeso quantum tempora tua et valetudo ferunt. De Tolerantiae scriptis velim cum Corvino

    600

    agas ut si ipsi id difficile est alii mandet. Velim iam editum illud σύνταγμα, res non fert moram, postea fructus perierit. Ad mea venio. Epistolam ad Regem2 auxi paulo fusiore narratione eorum quae Nationali Synodo a nonnullis obiiciuntur, non longe a fine pars ista inserenda est, ut facile videbis. Praeter documenta adiicienda Epistolae, quae nuper annotavimus, video desiderari praeloquium ex capite aliquot Legum Ecclesiasticarum conceptarum in Hollandia Anno 15913. Ea nostro sermone mitto, erunt transferenda. Utinam laborem hunc sumat Bertius abundans otio, nisi totus γεωγραϕεῖ4. Da veniam quod toties tibi molestus sum. Res veritatis et pacis, quam agimus, multis instrumentis indiget. Vale Vir Clarissime et fac quod facis. 9. Decemb. 1617. Hagae Comitatensi.

    Tuus
    H. Grotius.

    Notes



    1 - Gedrukt Epistolae p. 43.
    2 - De oratie van den Engelschen gezant Carleton, in de Staten-Generaal op 6 October gehouden (zie p. 592 n. 3), noopte de Staten van Holland, wien de zaak het meest aanging, een uitvoerig antwoord op te stellen, dat Wtenbogaert in zijn Kerckelicke Historie IV p. 831-859 afdrukt. ‘De Heeren Staten van Holland en Westfriesland’, zegt hij, ‘daer en tusschen de voors. propositie van den Heer Carleton, die voornamentlijck hare Provintie raeckt, wel overwogen hebbende, vinden goet daer op te stellen, ende den voorn. Heer Ambassadeur over te leveren eene breede Antwoorde om Syne Majest. van Groot-Brittannien van alles in 't breede te onderrechten, die ick hier nu van woorde te woorde sal herhalen, also ick niet en weet dat de selve oyt is gedruckt geweest. Deze Antwoorde luydet aldus: enz.’.
    Het komt mij voor, dat met Epistola ad Regem niets anders bedoeld kan zijn dan dit antwoord. Op het einde, p. 858 bij Wtenbogaert, komt de passage over de Synode: ‘Wat nu aengaet een Nationale Synode enz.’. Rogge, Wtenbogaert II p. 451, vermoedt reeds dat Grotius aan het opstellen van dit antwoord een belangrijk aandeel heeft gehad; welk vermoeden uit bovenstaanden brief m.i. tot zekerheid wordt.
    3 - Te vinden o.a. Kerkelijk Placaetboek II p. 256 v.v.; Hooyer, Oude Kerkordeningen p. 338.
    4 - Bertius had in 1600 reeds een aardrijkskundig boek: Tabularum geographicarum contractarum libri IV, en in 1616: Commentariorum rerum Germanicarum libri III uitgegeven. In 1618 verscheen: Theatri Geographiae veteris tom. I. Na zijn vertrek naar Frankrijk. waar hij ‘Cosmographus regius’ werd, zijn er nog verschillende geographische werken uitgekomen, o.a. het herhaaldelijk herdrukte Breviarium totius orbis terrarum (1624).