eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    818. [1623 Febr.] Aan Lodewijk XIII1.

    Aen den Coningh.

    Geeft ootmoedelic te kennen Hugo de Groot, voor desen Advocaet Fiscael van Hollandt, naderhant Pensionaris der stadt Rotterdam, ende Gedeputeerde ordinaris in 't Collegie van de Gecommitteerde Raden van de Staten van Hollant, en verklaert, dat hy, hebbende gehadt de eere, dat hy is geroepen geweest tot publycke Ampten, en gebruyckt de bedieningen concernerende het stuc van de Justitie ende de Regieringe van den Staet des Lants van Hollandt, alwaer hy is geboren, hem selven daerinne heeft gequeten na sijn beste vermogen, volgens syne conscientie, ende de wetten sijns Vaderlants. Ten minsten is hy versekert, hem selven daerinne geduyrichlycken gedragen te hebben met eene oprechte intentie, ende met alle de kloeckmoedicheyt en getrouwicheyt, die men soude mogen vereyschen in een man, die daer professie doet van eere en van deucht. Het welcke uytgevallen is tot contentement ende vergenoeginge van deghene, die hem hebben gebruyckt, ofte die hem van doen hebben ghehadt. Maer de Disputen ende questien over 't stuk van de Religie, in 't Artyckel van de Ghenade en den Vryen wille, zijnde gedreven geweest met passie ende hevicheydt, hebben, soo men weet, voortgebracht ende veroorsaeckt eene soo groote verdeeltheyt in de Landen van de Staten van Hollandt, ende de Vereenichde Provinciën, dat

    277

    daeruyt is ontstaen een verandering in de regieringe der selver Provintiën, in voegen dat hy, suppliant, omdat hy in 't midden van sodanige troublen niet heeft willen toestaen d'onderdruckinghe van die ghene, die in dit Artyckel leerden eene Leere accorderende met de H. Schriftuere, ende de overeenstemminghe der Oudtvaderen - sodanigh oock was den last die hy hadde van de Stadt Rotterdam, ende den wille van de Heeren Staten van Holland, syne Heeren ende Meesters - soo en is het niet vremt, dat syne handelingen hatelijck sijn geweest by den ghenen, die van contrarie opinie waren, maer vry noch meer by den sulcken, die daer sochten nieuwicheyt in den Staet; dewelcke hebbende gespeurt, dat hy, suppliant, onbuyghlijck was teghen alle dreygementen ende practycken, ende dat hy deurgaens vaste stond voor de behoudenis van de Wetten ende Privilegiën sijns Vaderlandts, insonderheyt ende bovenal, om niet te gehengen - gelijck hy niet en vermochte, sonder sich te vergrypen tegen de eere van syne Ampten ende lasten - dat de Souverainiteyt ofte hooge heerschappye van Holland ghemeene wierde ghemaeckt met d'ander Provinciën, noch mede te stemmen met die ghene, die de Vereenichde Landen sochten af te wenden van de vruntschap met Franckrijck, dewelcke hy altijdt ten hoochsten noodsaeckelijck heeft gheacht voor de behoudenisse van den staet van sijn Vaderlandt: so hebben se in sulcker voegen t'samen gesworen ende overeen gedragen hem, suppliant, te ruineren, dat hy ter selver tijdt, dat de groote veranderinge sich, toedroech in Holland, gevangen wierd geset met verscheyden andere Persoonen, waervan de Historie gemeen ende openbaer is over gheheel Europa. Alsdoe was het dat syne handelingen, waerdeur hy hadde staende gehouden het gene hy in last hadde voor te stellen, volgens de commissiën van syne Meesters, om te handhaven de oude forme van Regieringe, ende de Wetten des Lands, gheduydet zijn geweest voor misdaden van gequetste Majesteyt, van die gene, die 't gewelt in handen hadden, omdat sulcx was tegen hunluyden voornemen, ende dat hy, suppliant, met hunluyden niet hadde willen aenspannen: en alsoo is hem sonder wettelycke macht en forme, teghen 't gebruyck ende de vryheyt van de Provincie van Holland, sijn proces gemaeckt deur van te vooren inghenomen ende gepassioneerde Commissarissen ofte Rechters, met sulcken gewelt, dat se sonder andere reden ofte oorsake, als dat hy van de haren niet hadde geweest, sijn goederen hebben gheconfisqueert, ende hem geconfineert ofte opgesloten in eene gevanckenisse, die voor hem eeuwich soude hebben gheweest, indien het de Godlycke goedtheydt niet hadde belieft hem - nadat hy aldaer een langhen tijdt hadde gequijnt en in lyden geweest, sonder eenigen anderen troost, als de verseeckertheyt van sijn onschult, mitsgaders de memorie van de loffelycke letter-consten, scientiën ende gheleertheyt, die hy gheduyrichlycken gelieft ende bemint heeft - met uytersten hasard ende als door mirakel daer uyt te verlossen. Doch soo heeft hy, suppliant, uyt dese rampsalicheyt dit voordeel ghetogen, dat hy gekomen zijnde in Franckrijck - welcke altijdt is gheweest den eenigen toevlucht der verdructe Volckeren, ende het secoers ofte onderstandt der ellendigen - Uwe Majesteyt syne komste hem heeft laten welghevallen, die hem heeft gedaen de weldaed van hem gunstichlijck te onthalen, ja selfs hem te vereeren uyt syne mildadicheyt met een tractement, welcke hy hem, suppliant, heeft geordonneert om sich selven te onderhouden in dit Conincrycke: Voorts, na dat hy reeckenschap hadde gegeven van sijn handelinghen aen Uwe Majesteyt, dewelcke van elders ghenoech daervan was geinformeert ende onderrecht: soo heeft hy geacht dat hy behoorde het selve gemeen te maken, ten eynde dat sijn onnosel-

    278

    heyt van allen mochte werden erkent, ende syne reputatie ghesuyvert van de schandelyke titulen, waermede syne beschuldigers hem hebben willen diffameren ende verleelycken: het welcke hy heeft gedaan in eene openbare Verantwoordinghe2 die ghedruckt is geweest in dese stadt van Parijs, met privilegie van Uwe Majesteyt. De overlesinge van 't selve Boeck sal toonen, dat d'Autheur sich heeft vergenoecht met staende te houden de wetten van sijn Land, en te rechtveerdighen syne handelingen en doen: sal mede toonen de nulliteyt ende onbehoorlijckheyt van de procedueren, die men teghen hem heeft ghevoert: hem houdende binnen de simpele palen eener rechtveerdiger verontschuldiginge, met alle het respect ende sedicheydt, die men soude konnen vereyschen, alhoewel het tractement, dat hy heeft ontfangen, en de materie, die hy verhandelt, hem hadde mogen vrystellen van sulcke wederhoudinge sijns selfs, ende ten minsten excusabel maken de klachten in den mont van een Persoon, soo geweldich verongelijct ende onderdruckt. Waerinne hy, suppliant, hoopte genoech gedaen te hebben selfs die gene, die oorsaecken zijn geweest van sijn ellende. Maer in plaetse van daerdeur versoet ende nedergeset te worden, so hebben se 't selve ghenomen voor een nieuwe misdaet, het welcke betoont dat de waerheyt aen de dach te brengen is so veele als haer seer te raken, ende dat se niet willen lyden dat men hare doen overbrenge ende voorstelle aen de nakomelingen, omdat se het oordeel daervan niet konnen verdraghen, ende beducht zijn voor de geheuchenisse van dien, als verseeckert wesende van hare veroordeelinge ende condemnatie: in voegen dat se daerdeur boven de mate verbittert ende aengedreven zijn tot alderuyterste resolutiën, om te vervolgen beyde Autheur en Boeck, ende beyden het leven te nemen, mits onderdruckende en in duyster houdende d'een, en proscriberende, dat is lyveloos ende goedeloos makende, d'ander. Want die gene, die door veranderinge haer selven Meesters gemaeckt hebben van den staet der voorseyde Landen, seggende in eene Ordonnantie ofte Placcaet3 - soo zy 't noemen - van den 24 Novembris laestleden, dat se het voorseyde Boeck, gemaeckt ende gedruckt binnen Parijs, gelesen hebben, verklaren het selve voor oproerich, argerlijc ofte schandaleus, ende een fameux Libel, en als wesende sodanich verbieden het selve te vercoopen, hebben, lesen, ofte doen lesen, met straffe over dien, die daer tegen doet, ende daer-en-boven verklaren hem, suppliant, Autheur desselfs, strafbaer aen lijf ende goet, in allen plaetsen ende tyden daer hy soude mogen gekregen ende achterhaelt worden. Dit zijn de eygen woorden van 't voorsz. Placcaet: het welcke is eene vremde maniere van proscriptie, om hem, suppliant, over te gheven in ghenade van alle gehuerde Moordenaers: dewelcke doet blycken, dat hare verbolgentheydt, haer dryvende tot ongewoonlycke Acten, oock broedt extraordinare ofte ongewoonlycke aenslagen tegen den Persoon van hem, suppliant, die deur den middel van dit Placcaet geduyrichlycken is in gevaer van sijn leven, hoewel hy anderssins niet gehouden zy, ter oorsaken van dit Boeck, te rechte te staen als in dit Coninckycke en voor de Rechters van Uwe Majesteyt: aengezien dat het Boeck hier is ghemaeckt, ende ghedruckt met publycke goetvindinge, ende met Uwe Authoriteyt, sulcx dat wanneer het schoon een Crimen wesen soude - gelijck sy-lieden presupponeren ofte voor bekent stellen - de waerheyt geseyt, ende syne onnooselheyt verantwoordt te hebben, sy-luyden sulcx hadden behooren te vervolghen ende justitie

    279

    daervan te begeeren, en niet selve dat te doen, en te procederen deur sulcke proscriptiën, die daer schenden ende violeren de vryheyt van Franckrijck, de Rechten ende Authoriteyt van de Croone, onder de bescherminge van dewelcke hy, suppliant, leeft, onderhouden wordende door de weldaden van Uwe Majesteyt. Het welcke niet kan genomen worden als voor een Attentaet, ende een geweldich ongeoorloft bestaen: sulcx dat boven d'importantie der sake, hy, suppliant, hem aen niemant anders heeft konnen addreseren, als aen Uwe Majesteyt. Het welcke geconzidereert zijnde, Heer Coninck, also van het gene hy, suppliant, gedaen heeft in dit Conincrycke, niemant kennisse nemen en mach als d'Officieren van Uwe Majesteyt, en dat het mitsdien niet redelick en is, dat sijn Boec, gedruct in dese Stadt, met Privilegie van Uwe Majesteyt, veroordeelt werde voor een fameux Libel by de gene, die buyten het Conincrycke zijn: veel min dat sijn Persoon uyt dier oorsaken tot allen uren ende oogenblicken in hasard van sijn leven stae: dat het voorseyde Placcaet strijdt tegen de Rechten van Franckrijck, alwaer men niet toe en laet d'onderdruckinge van eenigen vreemdeling, selfs oock niet totte slaven toe, den welcken vryheydt ghegheven wordt, soo haest als se voet op 't lant geset hebben, ende de Fransche locht hebben ghetoghen: dat hy, suppliant, sijn vertreck ghenomen hebbende in dese stadt, behoort te ghenieten de bescherminge, dewelcke ghenoten wordt van alle de gene, die haer vertreck ende toevlucht nemen onder de hand van de groote Monarchen, ofte Souveraine Princen, welcke eene is van de alderhoochste ende heerlijckste weerdicheden van eene Majesteyt, deur de welcke dat se de werckingen ende Actiën Godes navolgen, die hem selven besonderlijck ofte particulierlijck toeschrijft desen Tytel en dit ampt van Beschermer der Verdruckte. Hier-en-boven dat hy, suppliant voornoemt, hebbende sijn vertreck ghenomen in Franckrijck, niet simpelijck als een vremdelinh, die deur 't lant deurreyst, maer met toelatinge en toestemminge van Uwe Majesteyt, vereert ende onderhouden met uwe weldaden, niet en kan te voren ghegeven worden tot het lyden van eenich, ongelijck ofte geweld, sonder dat Uwe Majesteyt daerinne sy geinterresseert, ende de eere van syne bescherminge daerdeur gequetst: en niettemin, dat deur sodanich een Placcaet vergrijp geschied tegen d'Authoriteyt van dese Croone, en de Rechten van desen Souverainen staet ofte Monarchie, door 't middel van 't welcke het leven van hem, suppliant, daghelijcks in hasard is, ghemerckt by heur ghehuerde Moorders ommegebrocht, ofte geweldelycken ghelicht soude konnen worden uyt kracht van dien, en deur secrete commissiën, die ofte arrede ghegeven zijn, ofte by ghevolghe ghegheven sullen worden: ghelyckerwijs het niet seer lange gheleden is, dat d'Autheurs van 't voorseyde Placcaet sulcks hebben doen in 't werck stellen in Duytsch-landt, tegen een Persoon4 die ten naesten by wert vervolcht om de selve oorsake, als hy, suppliant, doet: waerinne het van nooden is versien te worden.

    Soo believe het Uwe Majesteyt verbodt te doen aen alle Persoonen, van wat qualiteyt, natie en conditie de selve mogen zijn, het leven ofte Persoon van hem, suppliant, niet aen te tasten uyt kracht van sulcken Placcaet, noch te bestaen 't selve te executeren, ofte hem, suppliant, te misseggen of misdoen, op peine van exemplare straffe, en tot dien eynde hem, suppliant, te stellen in de Sauve-

    280

    garde van Uwe Majesteyt, presenterende hy, suppliant, te staen ter verantwoordinge over 't stuck van sijn Boeck in uwe Hof des Parlaments van Parijs, ende staende te houden tegen alle Persoonen, datter niet en is 't welck niet soude wesen conform de waerheyt der sake, ende de wetten van sijn Lant.

    Notes



    1 - Deze vertaling is gedrukt Knuttel, Pamflet n. 3487 en 3488; Brandt, Leven I, p. 306. Zie Rogge nos. 100, 101. Het stuk moet van begin Februari 1623 zijn; volgens p. 276 n. 4 was het 26 Jan. nog niet verzonden. De apostille, waarbij de Koning Grotius in zijn sauvegarde nam, is van 26 Februari; bij Knuttel l.l. en Brandt, l.l. p. 311.
    2 - Zie p. 76 n. 1.
    3 - Zie p. 262 n. 3.
    4 - Dit ziet op Adolf de Wael, heer van Moersbergen, die naar het Sticht van Munster gevlucht was, doch daar op last van de Staten-Generaal 21 Jan. 1619 werd opgelicht en naar Holland gevoerd. Zie Brandt, Historie der Rechtspleging p. 65.