eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    899. 1624 Mei 10. Aan N. van Reigersberch1.

    Mon frère.

    Onse Ambassadeurs2 worden noch zeer liberalijck van 's Conincx wegen getracteert: wat haere affairen belanght, deselve gingen tamelick wel in de eerste drye conferentiën. Tot de vyerde als men soude openen de poincten, waerop de Coning met de onsen soude willen comen in naerder alliantie - want voor desen tijdt en is tusschen dese Croon ende ons Landt geen alliantie van assistentie, maer alleen van generale vrundschap ende commercie zijnde dye van de assistentie geëxpireert met de Treves - soo hebben zy vremdt opgehoort als men haer afvorderde exercitie voor de Catholycken, steden van ostagie, entree voor den Ambassadeur in den Raed van State, verbintenisse van sonder 's Conincx consent geen vrede nochte bestant te tracteren. Tot het leste schijnt dat zy last hadden als de assistentie jaerlicx vast soude gaen. Van 't eerste te versoecken zijn des Conincx Raden gedrongen geweest door het aenhouden van verscheyde Theologanten, niet alleen Jesuyten maer insonderheyt Sorbonisten, dye aen den Coning scrupule van conscientie moveren, soo hy assisteert dyeghenen dye professie maecken van de Catholycken te persecuteren ende haeren staet daerop funderen, 't Laeste Placcaet3 jegens de Geestelycken dye in onse Landen comen, loopt hyer in 't Fransch over de Pont neuf ende causeert exacerbatie. Oock de boeten dye men eenige verwanten van grooten alhier heeft afgevordert ende dat men Hauteriffe4 zijn priester heeft doen demitteren. Ten minste in 't regard van de

    366

    Fransche Catholycken sal men yet moeten toegeven. Aengaende 't stuck van den Raed van State sal men nu zien de faute dye men gedaen heeft doe met de betaeling van de schuld aen Engelant ende restitutie van de steden van ostagie 't recht van de Engelschen om een te hebben in den Raed van State cesseerde. Ick heb doe urgeert van Carleton sulcx aen te seggen, maer wierd niet gevolght. Van de steden van ostagie te geven meen ick immers dat de onsen haer niet en sullen laeten bewegen. Wy hebben te groote moeyte gehadt eer wy uyt de Engelsche handen de steden gecregen hebben ende noch is daer groot geluck by geslagen. Ick meen men hem hyer met Sluys wel soude contenteren. 't Is apparent dat, alsoo op dese poincten geen apparentie is van handeling, dat sonder alliantie alleen geldt aen de onsen aengetelt sal worden, te weten 200m croonen als reste van het voorgaende jaer, noch soo veel voor, nu met toesegging van noch soo veel voor het eynde van het jaer. De lichtinge dye Candale5 voor hadde van een Regiment tot 4000 man schijnt achter te sullen blyven, eensdeels omdat de Ambassadeur van Spaignie daertegen zeer crijt, seggende dat zijn meester sulcx houden sal voor rupture van den vrede; het senden van geldt, hoewel het niet wel en accordeert met de vrundschap ende alliantie tusschen de twee croonen, dat sulcx nochtans can gedissimuleert werden, maer niet openbaeren aenneming van corps d'armée à son de tambour, etc. De onsen hebben oock difficulteyt gemaeckt om dat regiment aen te nemen sonder vernieuwing van de toegeseyde secours, als op dye last geen reeckening gemaeckt hebbende, soodat sy hyer in wel sullen te scheyden zijn. Onse Ambassadeurs clagen over d'heer du Maurier als dye de actiën van den Prins van Orangie ende de nieuwe Regenten zeer descrieert. Milord de Carlisle6 wordt hyer verwacht binnen weynig dagen om het huwelijck van Madame te versoecken: daer sal wat difficulteyt vallen op de renuntiatiën. De Geestelicken sullen oock zeer urgeren, dat men wat behoort te doen voor de Catholycken, maer de Politycken meynen dat het genoech exercitie te hebben voor Madame ende haere familie; dat de verdere sorg den Coning van Groot Bretaigne tot ruste van zijn rijck moet bevolen zijn. Ick verstae uyt den Ambassadeur van Engelant7 dat zijn meester meent de Placcaten jegens de Catholycken te laeten soo dye zijn, maer in de executie zeer te doen civilizeren. Deselve seyde my dat veele wysen van opinie waeren, dat synen Coning 't oorlog niet en most doen in den Pals, maer by diversien. Hy blijft my wel toegedaen. De Coning comt eersdaegs hyer om te beginnen het groote bastiment van de Louvre 't welck by de hondert jaeren nu is uytgestelt. Ick heb lust om yet in te stellen ter inscriptie etc. op een medaille tot memorie van desen aenvang. De Valtelyne blijft in handen van den Paus uyt crachte van de oude sequestratie. Uyt Coire, Manzenveld ende eenige andere plaetsen hebben de Spaignaerden haer garnisoen uytgetrocken, bedongen hebbende seeckere sommen gelds ende ostagiers. De Coning van Groot Bretaigne heeft twee Ambassadeurs uytgesonden nae Denemarcken, Sweden, Saxen ende op andere plaetsen. 't En doet onse Ambassadeurs geen goet dat sy dagelijcx tot haere raeden gebruycken Alourix, een lichte vogel, ende Michel, een hevigh diaecken van Charenton. Tot Paumier ende in eenige

    367

    andere steden van de Comté de Foix is wat inobediëntie gevallen op het stuck van de electie van de magistraten, waeruyt men vreest generael miscontentement jegens dye van de Religie. Tronchon is wedergecomen, hebbende met den Prins van Condé gecommuniceert over de occurrentie van den tijdt. Van des Prins comste te hooff hoort men noch niet. Monsr. Chastelet8 zyende niet veel apparentie om my in 't Landt te brengen urgeert my op het stuck van de Religie, seggende dat de Coning beter middel heeft yemant goed te doen door officiën ende beneficiën dan anders, ende dat de Religie daerin beletsel is. Ick heb beleefd geantwoordt. Twijffele wat van de wederhelft van mijn pensioen sal worden, maer dat men my hyer haest moe sal zijn doen my veel teeckenen geloven. De President de Mesme blijft my zeer toegedaen, rijst niet voor September; is nu met eenige anderen van het Parlement by den Coning om te adviseren op het straffen van de duels. Mijn huysvrouw wilde wel weten off het seecker is dat haer geseyt is dat de vrouwen sonder paspoort gins ende weder reysen. Ick hoop met den eersten hyer op advys te hebben ende bidde om myne gebiedenisse aen moeder, broeders, susters, ende vrunden, namentlick d'heeren Boreel ende Beaumont9. Tot Parys den Xen Mey XVIcXXIIII.

    U.E. dienstwillige broeder
    H. de Groot.

    De Cardinael de Richelieu continueert in groot credijt; werdt gehouden niet bygot, goed Franchois. De nonce van den Paus seyt van hem, dat hy niet Cardinaels en heeft dan de rock.

    Adres: E. hooggeleerde voorsyenighe Mr. Nicolas Reigersbergh, Advocaet voor de Hove van Holland tot Middelburgh.

    In dorso schreef Reigersberch: broeder de Groot den X Mey 1624 tot Paris.

    Notes



    1 - Hs. U.B. Amsterdam, cod. H. 6 a.
    2 - Zie p. 350 n. 2.
    3 - Van 26 Febrnari 1622.
    4 - Zie p. 104 n. 1.
    5 - Henri de Nogaret, graaf de Candale, zoon van den hertog van Epernon (zie p. 364 n. 8); over Candale zie ten Raa en de Bas, Staatsche Leger III reg.
    6 - Zie p. 359 n. 6.
    7 - Zie p. 282 n. 6.
    8 - Zie p. 339 n. 2.
    9 - Zie p. 212 n. 3.