1070. 1626 april 18. Aan N. van Reigersberch1.

(Mon frère,)

... heb ick geschreven door een extraordinarisse bode. Ick schrijve nu door de ordinarisse .......... het voorgaende, alsoo ick hoop, dat dye bryeff voor desen wel ter hande sal zijn ........... ambassadeurs negotieren te Fontainebleau op het gelt. Nopende de priesters ...... passeren. Op 't instellen van de belofte van onse assistentie jegens dye van de religie ........ Ick had geschreven van 150m croonen gegeven aen Denemarcken, maer het is .........: en wil de coning van Vrancrijck continueren te geven 50m gulden ...... oorlogh duyrt, gelijck hij verstaet, dat de Staten geven.

De Apocalypsis2 ...... in handen van eenigen getranslateert in 't Fransch, dient om d'arminianen ...... maecken; men seyt, dat Scribanius3 daervan den auteur is, alsoock van de (Veritas odiosa4), De prins van Condé5 had deser dagen aen den coning geschreven om oorloff (van te hooff) te mogen comen, clagende, dat hij seeckere processen niet en mocht vervolgen .... hij van sijne

45

De man van Alcmaer genaemt Nicolaes Cornelissoon Schapecaes de Witte6 comt bij wijlen bij mij, maeckt discoursen van entreprinse op eenige steden van den vijant in Nederlant, slaet breed voor, wil alles doen voor de generale vrijheyt van Nederland ende van de religie, soo voor d'eenen als voor d'anderen, seyt dat vele bisschoppen oock anderen in Nederlant de Spaensche regieringe moede zijn, seyt veel gecommuniceert te hebben met Octavio van Veen7. Hij is hyer besigh met een compaignie van verscheyde navigatie, hoopt te wege te brengen, dat de paus ende andere princen van Italië daertoe sullen contribueren tot afbreuck van Spangnie. In somma veel winds. Evenwel vind hij hyer gehoor. Seyt, dat eene genaemt Agent hem sterck maeckt voor een millioen in de compaignie te brengen; wilde wel, dat ick enige bekenden in ons lant disponeerde om mede daer in te treden, daertoe hij mij dese memorie8 heeft toegesonden. Ick segh, dat men eerst moet zyen het octroy ende conditie. Nu heeft hij op mij versocht, dat ick in 't lant soude schrijven, ten eynde hij met den prins van Orangie soude mogen spreecken ende te dyen eynde becomen seureté de corps, soo jegens alle officiers als jegens sijne crediteuren voor eenige maenden. UE. can met enige vrunden daerop letten.

Men is hyer quaelick te vrede, dat men in ons landt hem niet beter en weert tegen Spangnie. Mij dunckt: niet verloren is veel gewonnen. Ick sal uE. advysen verwachten.

Mijn huysvrouw nevens mij doet haere gebiedenisse aen alle de vrunden.

Den XVIII April XVIcXXVI tot Parijs.

UE. dienstwillige
H. de Groot.

Adres: Mijn heer Mijn heer Mr. Nicolaes Reigersberg, raedt in den Hoogen Raidt in Hollant. In 's Gravenhage.

In dorso schreef Reigersberch: broeder de Groot den 18 April 1626 tot Paris.