eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    6344. 1643 juli 31. Aan N. van Reigersberch.1

    Mijnheer,

    De zaecken gaen hier noch wel. Een ambassadeur van Spaignie genoemt don Diego de Saviedra is in 't gezelschap van een edelman, bij de coninginne-regente hem bijge-

    434

    voecht, door de stadt gepasseert zonder de coninginne te spreecken.2 Die voor Thionville zijn hoopen haest te comen aen de bolwercken, gaende een ravelijn voorbij. Den hertogh van Anguien daer met het belegh bezigh zijnde heeft hier een zoon becomen,3 waerdoor 't getal van de princen van 't bloed is vermeerdert, ende heeft vierduizent ruiteren die in 't belegh onnoodigh waeren gezonden aen den hertogh van Engoulisme4 om te beter Picardië te bewaeren. Wij verstaen dat den marescal de Guebrian is bij Rothweil,5 belettende dat de Lotteringsche ende Beyerschen die bij Simmeringen6 zijn haer niet en vougen bij de Spaensche tot het ontzet van Thionville. Ende schijnt dat denzelve marescal niet anders en zal bij de hand nemen, eer Thionville zal zijn genomen, 'twelck men hoopt te zullen zijn binnen de toecomende maent. Binnen dezelve maend zullen vanhier vertrecken zoo monsieur de Servien nae Italië,7 als de graven van Avaux ende Chavigny,8 eerst van Mazières de Maze af, daernae door Hollant nae Munster.

    Wij hooren dat den marescal de La Motte-Odincourt heeft Ribacorta9 becomen ende is d'Ebro gepasseert, hebbende tweeëndetwintichduizent man, dat de Portugezen noch zijn in Galicië, dat den coning van Spaignie zeer arbeidt om de vrede te maecken tusschen den paus ende de prinsen in Italië,10 alwaer men zegt die van Venetië op den paus becomen hebben eenige plaetzen gelegen aen de Po, die van Parme ende Modena in 't Ferrarois, den Grooten Hertogh in 't lant van Urbin. Den paus heeft eenige cardinalen gemaect,11 onder dewelcken noch niet en is den bisschop van Bauvais, maer monsieur Marescot12 is vanhier nae Rome vertrocken om voor hem te solliciteren. Men zegt vorder dat den prince

    435

    Thomas ende den marquis de Ville belegeren Villa Nova d'Asta,13 dat de Turcksche vloot haer blijft toonende ontrent Sicilië.14

    Achtduizent Spaignaerden hebben haer getoont hier ontrent Boulogne,15 zonder iet anders uitgerecht te hebben als 't branden van eenige huizen. Men gelooft zij desseing gehadt hebben op Boulogne ende Ardres. Men licht hier vannieus zesduizent man. Wij werden oock onderrecht dat die van het gepretendeerde parlement tot Londen tot gheene vredehandeling en willen verstaen om de exceptie van seventhien personen uit het pardon generael, gedaen bij den coning van Engelant.16

    31 Iulii 1643 te Paris.

     

    Wij verstaen dat veele van de roomschgezinde princen haer gevoucht hebben‹de› bij de protestanten om de vergadering tot Francfort te doen ophouden ende te zenden gedeputeerden nae de plaetzen daer van de generale vrede zal werden gehandelt,17 alwaer oock verhandelt zal werden de zaecke van den Pals,18 uitgenomen dat den keizer aen den hertogh van Zimmeren restitutie heeft belooft ende ten dien einde geschreven aen don Melos.19 Te Mentz werdt gehandelt van een gelijcke defensie in te stellen als in Westfaelen20 ende daerin te trecken de stadt van Francfort. Hertogh Carel heeft te Homburg in 't lant van Sarbruck afgestelt een gouverneur die bij de keizer was gestelt ende in zijne plaetze een gestelt van zijne handt.21 Men meent die prince zal zoecken van den Donau weeder nae den Rijn te comen, om te beter met Vrancrijck te mogen handelen.

    Den hertogh van Bouillon heeft uitgegeven zijne justificatie ende redenen waerom

    436

    hem de possessie van Sedan behoort gerestitueert, maer heeft niet anders becomen dan dat hem tijd gegeven is van een maendt om zich te bedencken off hij recompense wil nemen voor Sedan ofte niet.22 Don Diego de Saviedra heeft zijn middaghmael gedaen binnen dese stadt bij de chartreusen, heeft de Cours23 gezien ende is vertrocken ten zelven dage.

    In dorso staat in een onbekende hand: Den 3 [sic] July 1643.

    Notes



    1 - Hs. Amsterdam, UB, coll. RK, H 32h. Eigenh. oorspr. Niet ondertek. Mogelijk tezamen met no. 6343. Copie, afkomstig uit de briefwisseling van Grotius met P. Spiring Silvercrona, aanwezig te Stockholm, RA, E 1014 (bijlage bij een brief van P. Spiring Silvercrona aan J. Oxenstierna dd. 1/11 augustus 1643).
    2 - De doortocht van de tweede Spaanse gevolmachtigde ter vredesconferentie; zie nos. 6297 en 6298. In tegenstelling tot Antoine Brun kreeg don Diego de Saavedra y Fajardo op de 28ste juli wel de benodigde toestemming om zijn reis over Parijs voort te zetten (Archivo de Simancas, Catálogo IV, Secretaría de Estado; Negociaciones con Francia I, p. 204, en Gazette 1643, no. 96, dd. 1 augustus 1643). Tijdens zijn oponthoud in de hoofdstad woonde hij een mis bij in het klooster van de kartuizers bij de poort van Saint-Michel.
    3 - Louis II de Bourbon, hertog van Enghien, vernam in het Franse legerkamp voor Thionville het bericht dat hij op de 29ste juli vader was geworden van een zoon, Henri-Jules de Bourbon (Aumale, Histoire des princes de Condé IV, p. 540-541; Journal d'Olivier Lefèvre d'Ormesson I, p. 87-88).
    4 - Deze assistentie kon Charles de Valois, hertog van Angoulême, inzetten voor het volgen van de snelle ruiters van de Luxemburgse gouverneur Johan van Beck (Lettres Mazarin I, p. 245-254 en p. 266-270).
    5 - De Frans-Weimarsen van maarschalk Guébriant hadden op de 15de juli hun kwartieren te Engen verlaten. Na een mars over Stockach, Ravensburg en Tuttlingen kwam de voorhoede op 24 juli voor de stad Rottweil te staan (Episodes Guébriant, p. 340).
    6 - Sigmaringen, een van de steunpunten van het Zwabisch-Beierse leger (H. Lahrkamp, Jan von Werth, p. 133-134).
    7 - Abel Servien, graaf van La Roche-des-Aubiers, zou in Italië de ambassade overnemen van François Du Val, markies van Fontenay-Mareuil.
    8 - De door de regentesse aangewezen gevolmachtigden Claude de Mesmes, graaf van Avaux, en Léon le Bouthillier, graaf van Chavigny, hadden zelfs nog geen overeenstemming bereikt over de te volgen reisroute naar Munster (Acta pacis Westphalicae; Die Französischen Korrespondenzen I, p. LXIX).
    9 - Philippe, graaf van La Mothe-Houdancourt, versterkte met brandschattingen de positie van het Frans gezag in het gebied van de Ribagorza (Sanabre, La acción de Francia en Cataluña, p. 244-245).
    10 - Paus Urbanus VIII was van oordeel dat zijn leger op de lange duur de overhand zou krijgen op de troepen die Venetië, groothertog Ferdinando II van Toscane en Francesco I d'Este, hertog van Modena, in het veld hadden gebracht ter slechting van het conflict over de rechten op het hertogdom van Castro.
    11 - De kardinaalsbenoemingen van 13 juli 1643; zie Gauchat, Hierarchia catholica IV, p. 25-26.
    12 - De regentesse maakte voor de promotie van haar kardinaalskandidaat Auguste Potier, bisschop van Beauvais, gebruik van de diensten van de abt Marescot(ti) (Chéruel, Histoire de France pendant la minorité de Louis XIV I, p. 143-145).
    13 - Villanova d'Asti viel op 12 juli in handen van prins Tommaso Francesco van Savoye en de Savoyaardse luitenant-generaal Guido Villa, markies van Cigliano en Volpiano (Claretta, Storia della Reggenza II, p. 33-36, en III, p. 312-313).
    14 - De Venetianen hadden Maltezers horen spreken over de komst van 150 Turkse galeien (Gazette 1643, no. 93, dd. 25 juli 1643).
    15 - In opdracht van de Spaanse gouverneur don Francisco de Melo probeerde don Luis Perez de Vivero, graaf van Fuensaldaña, de aandacht van de belegeraars van Thionville af te leiden (Aumale, Histoire des princes de Condé IV, p. 52 en p. 184).
    16 - Koning Karel I had in zijn ‘Proclamation forbidding obedience to the Parliament, and for calling the members to him at Oxford’ van 26 juni/6 juli 1643 een zeventiental parlementsleden van een koninklijk pardon uitgesloten (The Parliamentary History of England III (1642-1660), kol. 133-139).
    17 - Aan de verlangens van de Duitse vorsten en standen naar een grotere betrokkenheid bij de vredesconferenties kwam keizer Ferdinand III niet tegemoet. Op de Frankforter ‘Deputationstag’ werd op 1/11 september 1643 een verklaring van de keizer ten gunste van de voortzetting van de bijeenkomst voorgelezen (W. Becker, Der Kurfürstenrat, p. 138-141). Na kennisneming van deze boodschap grepen de afgevaardigden van Würzburg, Brunswijk en Neurenberg de gelegenheid aan om voor de duur van één maand reces aan te vragen (Urk. u. Act. I, p. 826-828).
    18 - De keizer had zijn gevolmachtigden ter vredesconferentie uitdrukkelijk geïnstrueerd dat de kwestie van de restitutie van de Palts niet op de agenda geplaatst mocht worden (Acta pacis Westphalicae; Diarium Volmar I, p. 4). In plaats van een internationale conferentie stelde hij de hervatting van de Regensburgs-Weense besprekingen van 1641-1642 voor (Dickmann, Der Westfälische Frieden, p. 377-378).
    19 - In zijn brief van 25 juli (no. 6334) had Grotius geschreven dat Ludwig Philipp, paltsgraaf van Simmern, een hoopvol stemmend bezoek aan het Paltsische bolwerk Frankenthal had gebracht. Voor een blijvende vestiging had de paltsgraaf echter ook de toestemming nodig van het Spaans gezag in de Zuidelijke Nederlanden; vgl. Correspondance de la Cour d'Espagne; Les affaires des Pays-Bas III, p. 541.
    20 - Keurvorst-aartsbisschop Ferdinand van Keulen had in december 1642 de mening van de ‘Kurrheinische Kreistag’ gevraagd over een militair samenwerkingsverband met de Westfaalse Kreits. Uitsluitsel kon pas verkregen worden na overleg met de ‘Oberrheinische Kreis’. In februari wezen de twee Kreitsen het voorstel van de hand (Foerster, Kurfürst Ferdinand von Köln, p. 226-231).
    21 - Hertog Karel IV van Lotharingen had van de keizer de territoria mogen overnemen die tot 1635 in het bezit waren geweest van graaf Wilhelm Ludwig van Nassau-Saarbrücken (ADB XLIII, p. 131-133, en F. Petri, in Rheinische Geschichte: Neuzeit, p. 144-146).
    22 - Frédéric-Maurice de La Tour d'Auvergne, hertog van Bouillon, weigerde zijn souvereine rechten op Sedan in te ruilen voor een schadeloosstelling (Congar, Sedan et le pays sedanais, p.331-337).
    23 - ‘Le Cours-la-Reine’, een 1500 meter lange baan ten westen van de Tuilerieën.