Ontrent het laatste van 't jaar [H.G. 26 Dec.] schreef hij ook zijne aanmerkingen over 't beleid der Fransche gezanten in Den Haag, besluitende die met deze woorden:
Beide de heeren d'Avaux en Servien zijn kloek,2 maar die monsieur d'Avaux van candeur prijzen, zouden wel mogen bedrogen worden.