Mijnheer,
Die van de Vereenigde Nederlanden, zoo ick zie, zullen haer in de zaecken van Swede ende Denemarck [niet binden]; maer toonende te letten alleen op haer eigene interest, zullen haerzelve alleen tot vrunden houden. 'tGunt uEd. adviseert van Neef ende Sophi heb ick lang gemerckt.2 Te Munster zullen de gezanten hapermarct3 vind[en]. Ydereen let daer zeer op zijn hoocheit ende alle de werelt heeft het ooge op hetgunt daer passeert.
Men spreect hier van het belegh van Grevelingen, 'twelck een groot stuck waer.4 't Retardement van 't octroi van Oost-Indië magh pretexten nemen zoo men wil, maer is zeer schadelijck zoo aen 't generael als aen de particulieren.5
Niet alleen zal het parlement verdeeling vinden over de kerckelijcke regiering, maer
453
oock over de jalousie ende misvertrouwen van de communes tegen de lords,6 inzonderheit tegen den grave van Essex.7 Monsieur Casaubon, canonick van Canturberg,8 is van zijne beneficiën gepriveert ende driemal geciteert zijnde bij het parlement, is bij Seldenus9 ende andere vrunden geraiden zich te vertrecken in Vrancrijck.4 Iunii 1644.
De uwen van den 25e Mey is wel ontfangen.10
Adres: Mijnheer/mijnheer van Reigersberg, raed in den Hoogen Raide in Hollant, in Den Hage. Port.
In dorso schreef Reigersberch: Broeder de Groot uyt Paris, den 4 Juny 1644.