eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    5760. 1642 [± 20 juni]. Van P. Pels.1

    Mijnheer,

    U. Exc.cie aengenaeme van 17 Maii met de comunicacie, daervor ick dancke, he(bbe ick) well ontfangen. Uyt dese quartieren en is niet sonders, oftewell de tract(aeten) van stillstandt der waepenen terugge sijn gegaen en Lychtmaer tot Coninx(bergen) well aenkommen.2 Ende dat men daerdor meinde de rayse van den churvorst gesu(spendeert) te sijn, soo is dogh sulckx anders. Den churvorst sall naer de Marck raysen end(e) schaynt datter eene plaetse sall beraempt worden ome mondelinge conferenc(ie) te hauden, dat ombrage geeft van naerder aliancie.

    De groote victorie van Torstenson in Slesingen3 hebben de breuyloft van den hartogh van Neuwborgh me(t) de princesse van Polen4 wat doen uytstellen. Den hartogh van Saxen-Lauwenbo(rgh) is van sijne wonden, soo men segt, tot Gros-Glogauw overleden, 'twelck ooc ee(ne) perturbacie veroorsaekt aen alle de imperiale leveën in dese landen, 't En waer(e) dese victorie, ick geloove men saude dor allerhande pratijcken gesogt hebben de orloghe in dese quartieren te brengen.

    De tractaeten ofte rassumacie in matte(rie) van religie,5 daer en verneme niet meer van. 't Is, als u. Exc.cie segge, sonder hooft niet aen te vangen.

    Die perturbacie van Engelandt en kan niet minder als die gereformeerde in Vrancrijck odieux maacken. Het doet alle potenta(eten) uyt de oogen sien en worde seckerlijck bericht

    278

    dat het ooc in Polen groote verbitteringe veroorsaekt. Verre siende konnen ooc well ordeelen dat alle haere sinoden wijnigh ten principaele doen sullen.

    De coniginne van Engelandt saude haer tot Breda eenen tijt ophauden, soo de saacken niet en worden geaccomodeert. Den last van die alliancie6 en sall geen vordeel geven. Ick sien datter ooc all diverse gevoelen in Nederlandt over vallen. Ofte die met de balcken in de oogen, die met de splintters sullen reformeeren, daer twijffel(e) ick seer aen. Als Godt de landen straffen wilt, soo spreuyt de straffe uyt de confusie van die in 't ongelijck recht willen hauden.

    Hiermede eyndende blijve, mijnheer,

    u. Exc. ootmoedige diener,
    Paulus Pels.

    P.S. Compt tijdinge uyt Polen datter in de Palatinschap van Chieff in Reuyssen eene generale revolte saude sijn van de Griecksche religie tegens de papisten, begeerende in alles gerestitueert.7 Sijn in somma het puretijnste dor gants Europas. Sij soucken de brieven, die de meuysen geëten en verteert hebben. Het gemaant mij gelijck een bedelaersbreuyloft: als het broot op is, soo vermooren se malcanderen met de sacken.

    Adres (met andere hand): Sijn Exc.z, mijnheer Hugo de Groot, ordinari ambassadeur etc. van haere konincklijcke Mayesteyt ende croon Sweden, tot Paris.

    Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 22 Iulii.

    En onderaan: ... 27 Iunii.

    In dorso: 7 Iulii 1642 Pels sr.

    Notes



    1 - Hs. Den Haag, ARA, Eerste afd., coll. Hugo de Groot, aanw. 1911 XXIII no. 16 (1642, 6). Eigenh. oorspr. Rechterzijkant beschadigd. Deze ongedateerde brief is een antwoord op een niet teruggevonden brief van Grotius, dd. 17 mei. Aan de hand van een brief die Pels op 27 juni aan Grotius schreef (no. 5765: antwoord op een schrijven van 24 mei) kan deze brief gedateerd worden op ca. 20 juni.
    2 - De onderhandelingen over de ratificatie van het Zweeds-Brandenburgs wapenstilstandsverdrag waren in mei vastgelopen. Begin juni brak de Brandenburgse gezant Gerhard Rumelian Leuchtmar von Kalcheim zijn verblijf in Stettin af (Urk. u. Act. XXIII-1, p. 27-32).
    3 - De overwinning die de Zweden op 30 mei nabij Świdnica hadden behaald op het leger van de keizerlijke veldmaarschalk Franz Albrecht, hertog van Saksen-Lauenburg (†10 juni 1642).
    4 - Op 8 juni trad Philipp Wilhelm van Palts-Neuburg (1615-1690) te Warschau in het huwelijk met prinses Anna Catharina Constantia van Polen; vgl. no. 5674.
    5 - Keurvorst Friedrich Wilhelm had op 26 april de lutherse en gereformeerde predikanten in Pruisen uitgenodigd voor een colloquium in zijn paleis te Koningsbergen. Keer op keer werd het godsdienstgesprek uitgesteld (W. Hubatsch, Geschichte der ev. Kirche Ostpreussens I, p. 135).
    6 - De nauwe band die sinds een jaar tussen het Engelse koningshuis en het huis van Oranje bestond.
    7 - Er was in deze tijd sprake van grieks-orthodox verzet tegen de kerkhervormingen van Petrus Mohila (Mogilas), metropoliet van Kiew 1633-†1647 (A. Jobert, De Luther à Mohila, Parijs 1974, p. 367-373).
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]