343
Mijnheer,
De coninginne-regente ende alle de ministres d'Estat die hier zijn verzeeckeren mij ende alle anderen van haere goede intentie tot onderhouding van de tractaten ende continuatie van het oorlogh met gemeen accord totdat men een generale vrede zal connen becomen.2 De daden verzeeckeren ons oock daervan, alzoo den hertogh van Anguien Thionville, hoewel den vijant daer vannieuws volck heeft ingebracht, aentast.3 Men meent dat de trouppes van den grave van Guebrian wel derrewaert zouden mogen gaen4 ende den hertogh van Angoulesme middelertijd de frontieren bewaeren, waertoe hem volck werdt toegezonden.5 Men zegt oock dat den marescal de Motte-Odincourt treckt in Arragon,6 de Portugezen in Castille Vecchia. Dat de Beyerschen haer houden bij Tubinguen,7 de Lotteringsche bij Heidelberg, don Melos ontrent Berguen in Henegouwe. Dat die van Venegie ende den Grooten Hertogh haer verclaert hebben tegen den paus8 ende ingetrocken in het Ferrarois, waerdoor den paus genoodzaect zal werden te comen tot accommodement ende daertoe de authoriteit van Vrancrijck te gebruicken.
De Palsische die tot Francfort zijn geweest, meenen haer te begeven nae de plaetzen gedestineert tot de conferentie9, alzoo 't meerderdeel van de princen anders als de Beierschen verstaen dat de zaecken van den Pals daer moeten gehandelt werden daer de generaele zaeck zal gehandelt werden. Den vorst van Beyeren, nu hij van den keizer becomen heeft de over-Ensische landen,10 spreect niet meer van vrede, noch van de vrijheit van
344
Duitschlant, nochte van de neutraliteit van de drie creitzen, nochte van de intelligentie met Vrancrijck.De coninginne-regente van Vrancrijck is zeer geoffenseert door de ongeschickte proceduiren van de lage camer van het parlement van Engelant tegen de coninginne aldaer.11 Heeft aen den coning van Engelant gezonden hondertduizent croonen bij provisie. Naedat den president Bailleul ende monsieur d'Avaux hebben becomen de superintendentie van de finantiën in plaetze van de heer Boutiller, zoo heeft oock d'heer van Chavigny, zoon van denzelve Boutiller, zijn officie nedergelegt ende is in zijne plaetze secretaire d'Estat12 pour les affaires estrangers geworden den graeff van Brienne, voordezen genoemt La Villeauclerqs ende eertijds mede geweest zijnde een van de vier secretarissen d'Estat, maer 'tzelve officie zich quijd gemaect hebbende; heeft doen gelt ontfangen ende nu gelt gegeven.13 D'heer Chasteauneuf, broeder van monsieur d'Hauterive, voordezen geweest zijnde guarde des seaux,14 pretenderende oock cancellier te zijn omdat hem bij 't leven van den cancelier Aligre een brevet daervan is gegeven, hout zich buiten deze stadt te Monruix15 ende werdt bij ontallijcke veele personen gevisiteert. Men weet noch niet wat de coninginne-regente van hem zal willen maecken. De hertoginne van Longueville is zwanger16 ende de hertoginne van Anguien op het uiterste.17
Men zegt noch dat monsieur d'Avaux haest zal vertrecken nae de handeling, dat den hertogh van Longueville daernae zal volgen. Wie de derde zal zijn, daerop vallen verscheide gissingen.
20 Iunii 1643.
Men meent dat monsieur de Chasteauneuf bij provisie zal zijn cancellier van de order de Saint-Esprit ende daerenboven surintendant van 't huis van de coninginne. Hij hoopt noch beter. De hertogen van Richelieu ende Fronsac ende den marescal de La Millerai zijn te hoof ontboden.18 Hier zijn oock advysen dat den Grooten Heer een derde zoon
345
heeft becomen19 ende dat in 't lant van Mogor oorlogh is om de croon. Men zegt ons dat Buquoi noch leeft, maer zeer quaelijck staet met de Spaegnaerden.20 Dat in Engelant 's conincx volck ontrent duizentzevenhondert man hebben becomen in Cornouaille, maer de parlamentarissen daertegen de stadt van Wachenfield.21 Dat den coning van Spaegnie om Vrancrijck daerin niet te wijcken zijn rijck gesteit heeft in de protectie van de Heilige Maget,22 dat de huisvrouw van Olivares23 blijft in 't hoff wel gezien bij de coninginne, dat eenige oproer is in Arragon.In dorso staat in een onbekende hand: Den 20 Juny 1643.