eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    7197. 1644 december 17. Aan Christina van Zweden.1

    Serenissima [ac potentissima] regina, domina clementissima,

    Ducis Aurelianensis filia annos iam habet XVII.2 Aulici eam uxorem destinant, alii Hispaniae regi, alii regi Poloniae, alii principi Walliae, primo filiorum regis Angliae. Cum adhuc sine liberis esset rex Ludovicus XIII, eam virginem quasi filiam suam habere voluerat, nullo tamen publico decreto ea de re facto. Nunc cum honores filiarum Franciae sibi vindicaret et ea de causa in templo, dum reginae Hispaniae parentatur, syrma sibi a

    242

    duobus viris nobilibus portari iusserit,3 reprehendit hoc regina regens, eoque iustius quod id exemplum imitari voluerant matronae quae ad regiam stirpem pertinent.4

    Non carent res Gallicae periculo tum in Catalania, tum ad Rhenum; copiae sunt tenues, nec minus pecuniae.5

    Deus, serenissima ac potentissima regina, domina clementissima, augustae Maiestati tuae semper sit favens,

    tuae augustae Maiestati semper obedientissimus,
    H. Grotius.

    Lutetiae, VII/XVII Decembris 1644.

    Bovenaan de brief in de eerste copie te Leipzig: Argumentum. Ducis Aurelianensis filia, quibus destinata? Ob syrma sibi portari iussum reprehensa. Res Gallicae haud absque periculo.

    Notes



    1 - Copieboek Dresden, Sächs. Landesbibl., C 61, 226. Gedrukt Epist. ad domum Sueciae, p. 12 no. 19. Afschriften ook in copieboek Leipzig, UB, ms. 2633, f. 394 en f. 463. Koningin Christina van Zweden aanvaardde op 7/17 december de regering over haar landen.
    2 - Anne-Marie-Louise (1627-1693) (‘la Grande Mademoiselle’), hertogin van Montpensier, dochter van Gaston, hertog van Orléans (‘Monsieur’), en Marie de Bourbon (1605-1627), was voorbestemd voor een voornaam huwelijk. In augustus 1644 werd haar naam nog in verband gebracht met koning Wladislas IV van Polen, prins Karl Ludwig van de Palts en Karel II van Gonzaga, hertog van Mantua (no. 7021 (dl. XV)). Thans sprak de een over een huwelijk met koning Philips IV van Spanje en de ander over een huwelijk met de jonge Karel (1630-1685), prins van Wales. Geen enkel huwelijksplan hield stand. In 1670 liet zij haar oog vallen op een jong edelman uit het zuiden van Frankrijk. Koning Lodewijk XIV weigerde zijn zegen te geven aan deze verbintenis (Mémoires de mademoiselle de Montpensier I, p. 319-366 en p. 445-447).
    3 - Op 5 december werd in de Notre-Dame te Parijs een dienst gehouden ter nagedachtenis van Isabella (Elisabeth) de Bourbon (1602-† 6 oktober 1644), koningin van Spanje (Gazette 1644, no. 148, ‘extraordinaire’ dd. 16 december 1644: ‘Le service solemnel fait à Nostre-Dame pour la Reine d'Espagne’). Anne-Marie-Louise maakte haar opwachting in het gezelschap van twee edellieden die haar sleep droegen (Journal d'Olivier Lefèvre d'Ormesson I, p. 232-237; Mémoires de madame de Motteville II, p. 121-125).
    4 - De leden van het huis Bourbon-Condé namen aanstoot aan de pretenties van ‘Mademoiselle’.
    5 - De verwaarlozing van de Franse legers; zie no. 7200.
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]