eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    154

    1469. 1630 januari 9. Van J. Brasser1.

    Laus Deo den 9 January 1630 In Amsterdam.

    Mon Cousyn.

    Naer uwe E. ende onse nichte gewenst hebbende een gelucksalich nieuwe jaer dyent desen int corte, dat het D. Smoutius2 met sijn predicken hyer soo groff gemaeckt heeft, dat hem bij resolutie van de heeren schoudt, borgemeesteren, schepenen ende raden als gisteren aengeseyt es de stadt binnen 24 uuren te ruymen ende daer nyet weder in te koomen op pene van arbitrale correctie. Hij heeft geobedieert ende es huyde naer Haerlem gevaeren bij de andere wtgeseyde3, sonder dat hetselve enige commotie off alteratie gemaeckt heeft. Een van de swaerste poincten dwelcke hem te lasten zijn geleyt is, dat hij gepredickt ende daernaer daerbij in borgemeester camer gepersisteert heeft, dat de proceduren van deselve heeren jegens enige ijveraren van de waere religie gehouden, oorsaecke es geweest, dat den vijandt in de Veluwe was gekoomen ende dat ducq Dalve4 nooyt dyergelijcke hadde gepleecht. Bij dat staeltgen can uE alle de reste wel affmeten. De heeren zijn courageus ende sullen haer den stock nyet laten ontrecken. In somma, in dye stadt, daer men de predickers eerst heeft gegeven alle ongebondene licentie, daer schijndt het sal men se wederom eerst temmen ende tot redenen brengen. Tstadthuis sal hyer nu wel booven de kerck blijven. Als morgen meynt men sullen de magistraten haere commissarissen cessie doen nemen in de ordinaris vergadering van de kerkenraedt, dwelcke den anderen meest al belooft hadden, dat se sulckx koomende te gebeuren, souden opstaen ende deurgaen. Maer met dit exempel aen Smoutius sal de saecke mijns oordels geen last lijden. De heeren Staten van Hollandt zijn gisteren wederom beginnen te vergaderen; Godt geve, dat se op de wtcomste van de oorloogen wat goets moogen besluyten. Uwe E. ende nichte hyermede naer onse dienstelijcke gebiedenis Godt almachtich bevelende.

    Uwer E. dienstw. Cousyn
    Joost Brasser.

    Adres: A Monsieur Monsieur Grotius A Paris.

    Port.

    In dorso schreef Grotius: 9 Jan. 1630. Brasser.

    Notes



    1 - Hs. Gem. Bibl. Rotterdam, coll. Rem. Kerk, cat. v. hss. no. 812. Eigenh. oorspr. Gedrukt Oud-Holland IX (1891), p. 261.
    2 - De woelige Amsterdamse contra-remonstrant Adriaen Jorissen Smout (± 1580-1646) kreeg op 7 januari 1630 aanzegging de volgende dag vóór zonsopgang de stad te verlaten; voor de sententie zie Knuttel, Pamfl. no. 4033.
    3 - Joannes Kloppenburgh; zie Aitzema, Saken van Staet en Oorlogh I, p. 1019 vv.; Rogge, Johannes Wtenbogaert en zijn tijd III, Amsterdam 1876, p. 217 vv.
    4 - Fernando Alvarez de Toledo, hertog van Alva (1507-1582). Hij was van 1567 tot 1573 Spaans landvoogd in de Nederlanden.
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]