eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    2369. 1635 november 28. Van A. Matthisius1.

    Mijn Heere ende grootgunstige vriendt,

    Als ick Uwer E. eersten brief den 10en Octobris beandtwoordt ende teffens om uE. versouck nae te komen op Helmstadt geschreven hadde, wiert mij den tweeden van uE. in date 3 Octobr. nieuwen stijls gelevert van gelijcken inhoudt met den voorigen.

    Ick hebbe gewacht daerop te schrijven, totdat ick de andtwoorde van Helmstadt soude becomen hebben, die mij nu eerst is geworden, ter oorsaecken van

    364

    d'absentie D. Schraderi2, aen denwelcken mijnen brief gesonden was. Hij recomandeert mij met raedt van D. Calixto3 tot den bewusten dien[st bij] uE. eenen Brandanum Daetri Hamburgensem4, D. Calixti domesticum, van [den]welcken hij uyt D. Calixti mondt sulcken getuychenisse geeft van vromicheyt, geleertheyt, ijveren in 't predicken ende veerdige handt in 't schrijven, dat sij beyde uE. versekeren van hem seer goeden dienst te sullen cunnen genieten.

    D. Lindenbrogius5 getuycht oock 'tselve van hem, aen wien ick van D. Schradero gewesen was, om van sijne gelegenheyt naeder te vernemen.

    Den jongman is oock begerich besonder bij uE. sulck eene conditie aen te nemen ende belooft uE. daertoe allen mogelicken vlijt ende getrouwicheyt.

    Wanneer hij dan op dese getuychenissen uE. soude mogen gevallen wert mij ontboden, dat uE. om hem te becomen sall willen gelieven literas vocationis op hem over te senden, omdat sij niemandt gewent sijn tot Helmstadt de handen op te leggen tot den kerckendienst sonder alvorens deselve ontfangen te hebben.

    D. Calixtus verbindt sich oock, alsoo den jongman alumnus is Ernesti, principis Vimariensis6, dat hij sijne dimissie terstondt daerop sall procureren.

    D. Schraderus en soude selfs van desen dienst niet vreemt geweest zijn, ten ware hij publicam eloquentiae professionem even voor den ontfanck van den mijnen tot Helmstadt aengenomen hadde.

    Ick sall Uwer E. andtwoorde hierop bij gelegenheyt verwachten ende daernae geeren alles voorts bestuyren, wat uE. welgevallen sall.

    D. Calixtus, Schraderus ende, soo mij Schraderus schrijft, Jacobus Lampadius7, principum Bronsvicensium et Luneburgensium consiliarius, gebieden sich neffens mij aen uE. seer gedienstelick, gelijck het mede doen mijn Frère van de Wouwer8, D. Oudartius9 ende alle de andere vrienden alhier.

    Uwer E. seer dienstwillige
    Assuerus Matthisius.

    Hamburg, den 18/28 Novembris 1635.

    Adres: Mijn Heere Mijn Heere Hugo de Groot, ordinarys Ambassadeur van de Coninginne ende de Croon van Sweden aen den alderchristelicksten Coninck tot Parijs.

    In dorso schreef Grotius: 28 Nov. 1635 Mathisius.

    Notes



    1 - Hs. Den Haag, ARA. Eerste afd. coll. Hugo de Gr. Aanw. 1911 XXIII no. 22. Eigenh. oorspr. Betreffende Assuerus Matthisius -Sweer Matthijssen- zie V, p. 72 n. 10.
    2 - Christoph Schrader (1601-1680), theoloog, studeerde te Helmstedt en te Leiden; op 22 oktober 1635 was hij professor eloquentiae in de filosofische faculteit te Helmstedt geworden, in welke faculteit hij in februari 1636 tot magister werd gepromoveerd. Hij verbleef enige tijd in het huis van Calixtus.
    3 - De Helmstedtse theoloog Georg Calixtus; zie over hem V, p. 90 n. 6.
    4 - Brandanus Daetrius -Brandan Dätri- (1607-1688), luthers theoloog; in 1636 kwam hij als huispredikant van Grotius naar Parijs, waar hij tot juni 1638 verbleef. Hij genoot de volle waardering van De Groot en sloot met diens zoon Pieter een hechte vriendschap.
    5 - Friedrich Lindenbrog (1573-1648), jurist en filoloog uit Hamburg.
    6 - Ernst I de Vrome, hertog van Saksen-Gotha en Altenburg (1640-1674; geb. 1601, overl. 1675), broer van hertog Bernhard van Saksen-Weimar.
    7 - Jacob Lampadius -Lampe- (1593-1649), staatsman van Braunschweig-Lüneburg.
    8 - Jan van de Wouwere (†na 1644), koopman te Hamburg.
    9 - Robert Oudart, notarius in Hamburg, was van geboorte een Nederlander; hij was in 1629 in tweede echt gehuwd met Adriana von Weinberch, weduwe van Gisebert van Dalen. Oudarts dochter Elisabeth, geboren in Friedrichstadt in Holstein, trouwde in 1647 in Hamburg met Paulus van Dalen, zoon van Gisebert. Robert Oudart was toen al overleden.
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]