eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    2240. 1635 augustus 17. Aan N. van Reigersberch1.

    Mijnheer,

    Soo datelijck ontfang ick uE. twee brieven van den 29 ende 31 July, met de copye van den brief van Sijn Ex.tie2 aen de heeren Staten-Generael. Ick mercke

    172

    oock uit de brieven van de heer Camerarius3, dat de verslagentheit over dit verlies groot is. Wij moeten hoopen, dat de naersticheit van Mijnheer den prins ende de macht van twee legers het quaed sal steuiten.

    Ick danck uE. van de gestadige sorge voor de saecke van Rotterdam4, bidde daerin te continueren alsoock te gedencken van mijne boecken ende papieren, om altemet wat goeds te mogen doen. 't Is reden, dat de papieren, die uit tytel van confiscatie mij sijn ontnomen, mij weder gegeven werden uit crachte van de sententie van 't Hoff. Ick bedancke Fabius5 ende Besemer6. Duraeus'7 voornemen is loffelijck. Heeft oock aen de predicanten alhier op die materie geschreven ende niet verswegen de meeste swaericheit gemoveert te werden uit vrese, die men heeft, dat Claudianus8 daermede op de teen soude raecken, hoewel eenige aldaer seggen, dat het gevoelen van Claudianus - sooals het is uitgeleit in de Apologie9 - verder gaet dan dat van de viole10 in de Rose11. Maer die van Charenton12 verstaen dat anders, soo veel de vijf13 articulen belangt. Wilt nae alles vernemen ende met d. Duraeo vrundschap houden.

    Ick heb wat bedencken daerop, dat mijne brieven van de 22 Juny14 ende 5 July soo laet bestelt sijn. Sal sooseer toesien als ick can. Bidde uE. te continueren in de moeite van bij alle gelegentheit te schrijven.

    Van de Valteline heb ick uE. laestmael15 geadviseert. 't Gaet daer wel. Dan den vijant sent veel volcx nae Tirol - van nieus tienduisent man - om andermael de fortuine aldaer te tenteren, ende den coning van Hungaren16 is van Heilbrun gegaen nae Ulms om te sien, off hij die stadt can doen volgen het exempel van Noremberg ende oock om eenige lichtinge in Switserlant te becomen. Gallas17 is geweecken nae Worms toe, hebbende Zweibrug vrijgelaeten.

    Hoe het met Ments gaet, weten wij niet. Eenige meenen, het ontset sal sijn;

    173

    anderen, dat de cardinael de la Valette18 op het aenhouden van hertogh Bernhard19 wat difficulteit heeft gemaect, sonder naerder last. Ock hoor den coning20 hem verboden heeft te slaen. Daer vallen veele speculatiën op vijandicheit, dewijl Philippus' volck21, soo hier als te Wenen22 soo seer tot Alcaeus23 arbeiden. D'advysen uit Duitschlant seggen, dat den coning van Hungariën heeft twintich regimenten onder Coloredo24, twintichduisent man onder den hertogh van Lorraine25 ende Jan de Waert26, tienduisent onder Mansfeld27, sestien regimenten onder de marquis de Grana28, die nae Cobelentz gaen, om dat te belegeren. Piccolomini29 werdt daer gehouden sterck te sijn met het volck, die daer gebracht zijn door den sergiant maioor Beck30, tot een ende twintich duisent man. Misschien datter wat bijgeclamt (?) werd. Maer La Force31 is veel swacker dan den hertogh van Lorraine, die dagelijcx veel toeval crijght uit Bourgogne ende uit Lorraine hem houdende ten deele bij Remiremont, ten deele in 't hertogdom van Bar, sijnde den hertogh van Angoulesme32 gearriveert met vijf hondert carabins ende een regiment Iren in de stadt van Bar. Men hout het daervoor, dat La Force herrewaert sal werden ontboden onder pretext van te out te sijn.

    Middelertijdt heeft den hertogh van Lorraine een deel Fransche ruiterie door embassade geslagen, ende noch een convoy gaende met coren op Nancy, heeft oock Dernay ende Fontenay met assaut becomen ende alles gedoot, 't welck nu de manier werdt. De Spaensche vloot heeft haer herstelt ende toont haer bij de eilanden van Jeres. Den ban ende arrièreban is vol defecten door velerley excuse. Een fauxbourg tot Bourdeaux is gepilleert van de boeren, die de partisans quaemen soecken.

    Ick verstae seeckerlijck, dat hier te hove alle middelen gesocht werden om Chastilion33 een taeck op te leggen. Rohans34 successen werden benijt. Den coninc licht 12m Switsers gedestineert, soo men seit, nae de Valteline. Andere meenen, dat men die sal gebruicken tegen de seditie in Guyenne. Francfort hooren wij, dat handelt ende den keiserschen toeganck geeft. Men voeght daerbij, dat de brugge tusschen deselve stad ende Saxenhausen soude sijn gebroocken. Franquendael, Manheim ende 't casteel van Heidelberg sijn in noodt. Ende de Fransche armées doorgaens, gelijck oock de keiserschen in groot gebreck van vivres.

    174

    In Italië schijnt, dat niet en sal vallen, soo omdat den hertogh van Savoye35 leutert, als omdat het landt van Milan beset is met 25m man, de stadt van Alexandrië ende andere frontierplaetsen wel gefortificeert; de brieven, die vandaer comen, verwachten daer geen oorlogh, maer meenen, dat het volck onder Crequy36 sal dienen om te beletten, dat de princen van Parme37 ende Modene38 niet en werden verdruct door Spaignie, om welcker saecke met Spaignie te accommoderen gearbeit werdt bij den keiser39 ende Florence40. Ende de vloot van Napels sal genoech doen, dat deselve den coning van Vrancrijck jaecht op groote costen in 't besetten van de cust van Provence. De seditiën van Guienne sullen oock volck van doen hebben ende men meent, dat een goed deel van de 12m man, die in Switserlant gelicht werden, derrewaert sullen moeten gaen. Ondertusschen doet de vrees van soodaenige commotie oock daerin quaet, dat men geen nieuwe middelen en dorft vinden, nochte de oude executeren. Om deselve oorsaecke sterct den coning sijn regimenten des guardes met drieduisent man. Eenige van hertogh Bernhards volck, alsoo men haer wilde doen doen eene nieuwen eedt, daer den naem van Vrancrijck incomt, hebben 't geweigert ende sijn gegaen nae den keiser.

    UE. dienstwillige.

    Den 17 August. 1635.

    Adres (met andere hand): Mijnheer Mijnheer Reigersberg, raet in den Hoogen Raet in Hollant.

    In dorso schreef Van Reigersberch: Broeder de Groot, den 17 Aug. 1635, tot Paris.

    Notes



    1 - Hs. Amsterdam, UB., coll. RK., H 18 m. Eigenh. oorspr. Niet ondertek. Beantw. d. no. 2277.
    2 - Frederik Hendrik.
    3 - Ludwig Camerarius, de Zweedse gezant in Den Haag.
    4 - Dit betreft Grotius' pogingen zijn achterstallige salaris als pensionaris van Rotterdam alsnog uitbetaald te krijgen.
    5 - Schuilnaam voor Simon van Beaumont, Grotius' opvolger als pensionaris van Rotterdam.
    6 - Adriaen Lenertsz. Besemer (1584-1657), in 1618 door prins Maurits bij het veranderen van het stedelijk bewind van Rotterdam in de vroedschap benoemd, tussen 1625 en 1650 herhaaldelijk burgemeester; later (1636-1640) werd hij lid van het college der admiraliteit op de Maas en van 1642 tot zijn dood bewindhebber van de Oostindische Compagnie in de kamer Rotterdam.
    7 - Jean Dury -Johannes Duraeus- (1596-±1680). Hij maakte er zijn levensroeping van het plan, dat de Zweedse jurist en lutheraan Kaspar Godeman hem omstreeks 1628 voorlegde tot overeenstemming tussen luthersen en gereformeerden inzake het avondmaal, te helpen bevorderen en bereisde te dien einde Engeland, Duitsland, Nederland, Zweden en Denemarken; eerst in 1674 heeft hij zijn ideaal opgegeven.
    8 - Claudianus zijn de gereformeerden.
    9 - Verantwoordingh van de Vvettelijcke Regieringh van Hollandt Ende West-Vrieslandt; Ter Meulen-Diermanse, no. 872 vv., nos. 880 vv.
    10 - Codenaam voor de Evangelischen.
    11 - Codenaam voor Duitsland.
    12 - In de tekst in cijfercode: 213. 12.57.27.66.52.62.68.42.24.
    13 - In de tekst in cijfercode: 189. 69.71.8.54.
    14 - No. 2156.
    15 - No. 2230 dd. 10 augustus.
    16 - Ferdinand, zoon van keizer Ferdinand II en later als Ferdinand III diens opvolger.
    17 - Matthias, graaf Gallas.
    18 - Louis de Nogaret d'Epernon de La Valette.
    19 - Bernhard, hertog van Saksen-Weimar.
    20 - Lodewijk XIII van Frankrijk.
    21 - Philippus is codewoord voor de paus.
    22 - In de tekst in cijfercode: 28.33. 2000.52.41.33.24.
    23 - Codenaam voor bestand.
    24 - Jerónimo, Jung-Colloredo; vgl. no. 2239, p. 169 n. 3.
    25 - Karel IV, hertog van Lotharingen; zie over hem o.a. V, p. 276 n. 1.
    26 - Johan van Werth, ruiteroverste in het leger van Ferdinand II.
    27 - Philipp, graaf van Mansfeld.
    28 - Francisco del Caretto, markies van Savona y Grana.
    29 - Ottavio d'Arragona, prins van Piccolomini, hertog van Amalfi.
    30 - Johann Beck; zie over hem no. 2239, p. 169 n. 11.
    31 - Jacques Nompar de Caumont, markies van La Force.
    32 - Charles de Valois, hertog van Angoulême.
    33 - In de tekst in cijfercode: 39.14.49.103.8.60.89.73.78.; het betreft Gaspar de Coligny, graaf van Châtillon.
    34 - In de tekst in cijfercode: 66.80.14.49.62.76.; bedoeld is Henri, hertog van Rohan, die met succes in de Veltlin opereerde.
    35 - Vittorio Amedeo.
    36 - Charles Créquy de Blanchefort de Canaples; zie over hem III, p. 221 n. 1.
    37 - Odoardo Farnese, hertog van Parma.
    38 - Francesco d'Este, hertog van Modena; zie over hem no. 2239, p. 170 en n. 7 aldaar.
    39 - Ferdinand II.
    40 - Ferdinando II de Medici; zie over hem no. 2239, p. 170 n. 1.