eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    2915. 1637 januari 1. Aan N. van Reigersberch1.

    Mijnheer,

    Ick heb gesonden aen mijn broeder De Groot2 het heele proces van monsieur De la Miletière3, ende zijne tegenspreeckers soo in 't latijn als in 't Franchois, waerin oock veel is van de predestinatie ende aenclevende poincten. UE. can het bij gelegentheyt mede overloopen, ende met te beter kennisse, als de occasie sich toont, daervan spreecken.

    De graeff van Licester4 in discourse comende hadde garen van mij gehadt eenigh expedient tot accommodatie van het different tusschen Hollant ende Engelant nopend de zee ende visscherije. Ick heb mij gecontenteert affectie te

    11

    thoonen sonder verder te gaen om redenen; hijselve is zeer geaffectioneert tot het gemeene beste. Gedacht d'passage, die in mijn bouck staet De iure belli5: Ex patria tot meis laboribus ornata indigne eiecto6 ende dat ick groot gelijck hadt alsoo te spreecken; wenschte zeer mij in Engelant te zyen gelijck oock doet den ordinarisse7.

    Van Galas'8 vertreck nae Duytschlant heeft men hyer wel opinie uyt het seggen van de gevangenen, maer tot noch toe toont hij hem wel sterck ende heeft hertoch Bernhard9, dye sijn quartier nae bij 't zijne hadde - de Franchoysen haerselven verre van daer tot op XVI mijlen buyten peryckel gelegert hebbende - doen wijcken ende vyer dagen naegevolcht, totdat zij hem gedreven hebben binnen La Motte ende haerselve op twee mijlen bij hem gelegert.

    Monsieur De Tureine10, die de trouppes van de cardinael de La Valette11 commandeerde ende de hertog van Longueville12 nyet haest genouch gereedt zijnde om hem te seconderen met een deel van dewelcke hij nu - soo ick verstae - wat gesterckt zijnde sich gelegert heeft te Condrecourt hoopende, soo Galas nae Duytschlant vertreckt, zijn volck wat te ververschen in den Elsas, dye men hout te zijn vyerduysent te paerd, tweeduysent te voet.

    In Guienne sterckt sich de vijant, maer Espernon13 geeft hoope deselve tegen de voorsomer - wanneer de landen wat drooger sullen zijn - te verjagen.

    Aen de colonnels Grisses is wat gelds [ge]geven, maer het mescontentement over de Valteline ontstelt als ... hier de vergadering, dye nu gehouden werdt.

    Plaisance is in groote noodt ende staet te vrezen, dat de vyerduysent Franchoisen, die door het Genuees willen gaen tot secours, te laet sullen comen.

    Op de eylanden hebben de Franchoysen nyet connen uytrechten om de tempesten; oock zijn de eylanden uyt Spaignie ende Italië met volck ende schepen versterckt. De Spaensche vloot is bij Vay ende Morgues, de Fransche bij Villa Franca sonder in desen tijdt yet uyt te rechten.

    Tot het oorlogh soude men hyer wel middelen van doen hebben ende men spreeckt van de costen op het sout ende wijn te verhoogen, maer werdt gebrieft (?), dat de gemeente ergens in oproeren mochte comen gestijft door de mescontentement van 's conincx broeder14 ende den graeff van Soissons15, met dewelcke noch gehandelt werdt. Le comte de Fiesco16 gecomen bij 's conincx broeder nae Sedan werdt met antwoord van de graeff van Soissons - dye altijdt in vrese blijft ende hem nyet en derft adventuyren te hove te comen - te Blois verwacht blij-

    12

    vende middelertijdt monsieur de Chavigny17 in ostage daer te Blois, alwaer hij bij den coning was gesonden.

    Aen de coninginne-moeder18 werdt hoop gegeven van haer wedercomste, opdat zij middelertijdt goede dyensten te Colen soude doen, dan men seyt, dat zij stut Coigneux19 ende Vieuxville20; de Spaignaerden willen haer wel quyt sijn, hoopende, dat zij in Vrancrijck wat de stucken omwaeien (?) soude, maer de cardinael21 sal hem nyet haesten ende zijn stuck soecken vast te beleggen.

    De Engelschen toonen geene acclamatie om in oorlogh te comen. De Franchoysen insisteren oock nyet meer daerop, seeckere brieven seggende, dat anderen de restitutie van de Pals - daar zij op hoopen - onnut soude zijn; opiniastreren bij haeren tol op de haering.

    Ognati22 heeft met den keyser23 een verbont besloten van hem met gelt ende volck te assisteren midts dat hij altijdt houde XL[m]. man, soo in Italiën als op de frontieren van Vrancrijck, om de Valteline oock uyt het Tirol aen te tasten, de Franchoysen uyt de Italiën te verdrijven ende in haer eygen lant aen te tasten. Soo met Vrancrijck een paix gemaeckt werdt ende Hollant daer nyet mede in en comt, dat dye XLm. man sullen tegen Hollant gebruyckt werden. Nu arbeyt hij oock met giften aen de churfürsten24, oock met het rijck een eeuwigh verbont ende ligue offensyff ende defensyff te maecken met verbintenisse van geen vrede te maecken dan tesamen ende vind veele, dye luysteren.

    Ick hoor den coning alhyer het nieuwe tractaat met Vrancrijck25 heeft geapprobeert. Het leger van hertogh Bernhard in sulcken peryckel ende dat men daermede Galas uyt Bourgogne getrocken heeft nae Lorraine om dat landt te be ... den geeft veele bedencken.

    't Schijnt men aen beyde zijde van de geallieerde niet en vraeght ende de paix ofte tresves wel eens mocht maecken t'haere coste. Picardië blijft in ruste. Van ons te betaelen maeckt men hyer geen werck. Daer werdt ernstelijck gehandelt van een neutraliteyt tussen het hertogdom ende 't graefschap van Bourgognie.

    Den 1 January XVIcXXXVII.

     

    Ick wensche uE. ende alle de onsen dit ende andere jaeren geluckigh.

    Van den 1 (?) december zijn geweest de laeste, die ick van uE. heb gehadt. Andere crijgen over Engelant, oock door coopluyden schepen, die afgaen of van Amsterdam oft Rotterdam. Wij moeten alle wegen besoecken, alsoo op de ordinarisse passage geen ordre en is ende Vrancrijck geen ordre en begeert sijnde tevrede de advysen door expressen te crijgen, als het noodt is.

    In dorso schreef Van Reigersberch: Broeder de Groot, den I Ianu. 1637 wt Paris.

    Notes



    1 - Hs. Amsterdam, UB., coll. RK., R 4 a. Eigenh. oorspr. Niet ondertek. Beantw. d. no. 2947.
    2 - Willem de Groot.
    3 - Théophile Brachet de la Milletière, protestants theoloog. Voor bedoelde zending zie men no. 2912.
    4 - Robert Sidney, graaf van Leicester, Engels extra-ordinarius gezant te Parijs.
    5 - Hvgonis Grotii de ivre belli ac pacis libri tres. In quibus ius naturae & Gentium: item iuris publici praecipua explicantur. Parisiis, Apud Nicolavm Bvon, in via Iacobaea, sub signis S. Claudij, & Hominis Siluestris. MDCXXV. Cvm privilegio regis.
    6 - Op. cit., p. 18 (ed. De Kanter-Van Hettinga Tromp).
    7 - John Scudamore, Engels ordinarius gezant te Parijs.
    8 - Matthias, graaf Gallas, bevelhebber in keizerlijke dienst.
    9 - Bernhard, hertog van Saksen-Weimar.
    10 - Henri de La Tour d'Auvergne, burggraaf van Turenne.
    11 - Louis de Nogaret d'Epernon de La Valette.
    12 - Henri d'Orléans, hertog van Longueville.
    13 - Jean Louis de Nogaret de La Valette, hertog van Epernon.
    14 - Gaston Jean-Baptiste de France, hertog van Orléans.
    15 - Louis de Bourbon, graaf van Soissons.
    16 - Charles-Léon, graaf van Fiesque.
    17 - Léon le Bouthillier, graaf van Chavigny.
    18 - Maria de Medici.
    19 - Jacques Le Coigneux.
    20 - Charles, markies van Vieuville.
    21 - De Richelieu.
    22 - Don Iñigo Veléz de Guevara y Tasis, graaf van Oñate.
    23 - Ferdinand II.
    24 - Zie voor hun namen VI, p. 381 n. 13.
    25 - ‘Vranckrijk’ is een verschrijving voor ‘Engelant’.