eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    3230. 1637 augustus 29. Aan N. van Reigersberch1.

    Ik heb in deze dagen den Koning2 gesproken te Chantilly, en naar de gelukwenschingen over des Konings overwinningen van dit jaar, zijne Majesteit zeer aangemoedigt om Hartog Bernhards3 magt te versterken, opdat dezelve niet alleen de genomene posten mag inhouden, maar ook zijne wapenen verder brengen in Duitslandt. Zijne Majesteit toonde de gelegentheit van den overtogt en retrenchementen wel te verstaan, en sprak ook loffelijk en met goede kennis van de retraite van den Heer Bannier4.

    Notes



    1 - Gedeelt. gedrukt Brandt-Cattenb., Leven II, p. 114.
    2 - Lodewijk XIII.
    3 - Bernhard, hertog van Saksen-Weimar.
    4 - De Zweedse veldmaarschalk Johan Gustavsson Banér. Vgl. terzake no. 3188 dd. 1 augustus van Axel Oxenstierna.