eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    Bijlage no. 3 Bij no. 5024
    Bijvoegsel bij een brief van P. Spiring Silvercrona dd. 21 januari 1641.1

    Ceulen, den 16, Ianuarii 1641.

    Uyt dese quartieren is niet schryftweerdichs voorgevallen. De Hessen bevinden sich tegenwoordich seer sterck - men segt van 3000 mannen ende twee stucken geschuts - in 't land van de Berge; men meent dat zij eenen aenslaech op Dordmond gehad hebben. Tot Mullem is meer volcx tot versterckinge van 't guarnisoen gecommen; die van Duyts, alsoo het tegenwoordich eene opene plaetse is, hebben alle haere meubelen in dese stadt gevlucht.

    Uyt Regensporch wert van den 9. deses geadviseert dat s. keyserl. May.tt seeckere persoonen gedeputteerd hadde om de Brunswijgse ende Lunenborghse gesanten2 aen te hooren, maer dat dese sich geëxcuseert hadde aen deselve openinge van haere commissie te doen, als expresse last hebbende sulcke bij haere keyserlijcke May.t ofte in pleno aff te leggen. Aldaer hadde men - 'twelck vremd is - soo diverse tijdinge van des generael Banniers marche, dat men niet en wiste wat te gelooven. Eertshertoch Leopold ende Picolomini3 waeren noch aldaer ende waeren veele patenten heenen ende weeder aen de colonnels, sich op seeckeren daech ontrent Nurn-

    711

    berch met haere regimenten vinden te laeten, gesonden worden. Dat volck sal qualijck, wie de experiëntie allreede beweesen, sonder uytstofferinge in campagne te brengen zijn. Veele gesanten, sonderlijck van de rijcxsteeden, als siende daer niet meer van de bewaernissen men niet hooren wil, vertrocken allegssjens [sic].

    De colonnel Rosa4 was noch niet opgetrocken; den roep ginck dat de regimenten van Gonzaga, Hinderson5 ende andere die den Rijnstroom souden bewaeren, ordre gecreegen hadden naer Francken te marcheeren.

    De churfurst van Saxen6 dringt nu selfs sterck op de generael amnestie ende soude niet allerdings tevreeden sijn dat men daermede soo lange tergiverseert. Daerentegens is het den keyserschen niet een weynich suspect dat d'hertoch van Saxen-Aldenborch7 sijne gesanten bij den generael Bannier gehadt heeft, vreesende voor accomodatie ofte tenminsten handelinge van neutraliteyt. Alle aengecoomene advisen brengen mede dat de generael Bannier in d'Overpals ingevallen ende sijne marche naer Egra (?) toe neempt.

    Notes



    1 - Copie Stockholm, RA, Gallica 10, Handl. tillh. Hugo Grotii beskickning 1639-1641. Oorspr. De copie is van de hand van de klerk van Petter Spiring Silvercrona.
    2 - Jakob Lampadius, Heinrich Langenbeck en Johann Philipp Bohn (no. 5007 n. 15).
    3 - Aartshertog Leopold Wilhelm en Ottavio Piccolomini, hertog van Amalfi.
    4 - Rheinhold von Rosen (no. 4993 n. 4).
    5 - De keizerlijke kolonels Camillo Gonzaga en Thomas Henderson; vgl. Wrede, Gesch. k. und k. Wehrmacht II, p. 20, 31.
    6 - Johann Georg I van Saksen.
    7 - Friedrich Wilhelm II, hertog van Saksen-Altenburg (no. 5028 n. 4).