eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    6064. 1643 januari 31. Aan [P. Spiring Silvercrona].1

    Den coninck toont dat hij niet anders voor en heeft als in alle sincerité met de geallieerden te gaen, want alsoo e[e]n jacobijn ofte dominicaen hier was gekomen uyt den huyse van Erbestein, gesonden van Wenen met brieven niet van de kayser maer van de heer Trautmansdorff aen de cardinal de Richelieu - welcke brieven men meent nae 't advys van de doot van de cardinal te sijn geschreven - ende zich geaddresseert hadde aen de cardinal Mazarini, trachtende tot particuliere handelinge,2 is sulx plat afgeslagen ende geseght dat de coninck niet wilde doen sonder sijn geallieerden. Ende alsoo Erbestein daernae quam te spreecken van de generale handelingh, is getoont dat het hoff van Wenen gemancqueert hadde te ratificeren 'tgunt op de voorberijdingh van de handelingh met last was geaccordeert, ende op 'tgeen hij seyde dat niemant van 's coninckx wegen was te Hamburgh aen dewelcke men sigh soude kunnen addresseren, is geantwoort dat de coninck daer had een resident3 met genoegsaeme macht, die oock bij de coninck van Denemarcke was erkent. Den jacobin had hier seer gaeren in een clooster gebleven om te sien wat hier passeert, maer sulxs is niet goetgevonden. Vanwegen Beieren segt men dat hier ooc eenighe sijn geweest, maer zulx is seer bedeckt.

    De coninck is te Versail, comt binnen wijnigh dagen weder te Saint-Germain ende, soo men meent, gaet in 't eynde van Februarius na Dijon om 't oorlogh te doen in Franche-Comté. Den graef van Guebrian hout sigh nu in Wirtenbergerlant,4 end sackt na Brisac in Svitserlant. Ende nae den Elsas is gelt gesonden tot lightingh.

    In Catalogne bereiden haer beyde partijen om haest in 't velt te comen. In Italië is de trefves uyt met de paus ende de hertogh van Parma, ende werden veele desseings gemaeckt van wederzijde. Den cardinal Antonio5 heeft den volle last van den oorlogh ende de coninck van Spaegne doet aen de paus groote presentatie - hoewel hij noch gelt noch volck te over heeft -, soo de paus sich met hem wil voegen om Italië in rust te houden ende de progressen van de Françoisen te stuyten. De coninck, die wel siet dat de princen

    61

    van Italië jalours over hem beginnen te worden, segt dat hij alle conquesten die hij sal doen, wil overgeven aen Italiaensche princen, aen Vranckrijck niet dependerende.6

    Den prince Thomas wert hier verwacht.7 Den ambassadeur van Vranckrijck is met onlust van Rome vertrocken.8 Monsieur Lesdiguère hoopt haest te sijn duc ende pair de France.9

    Men spreeckt van monsieur de Ferté-Imbaut10 weder te senden nae Engelant om 't accord te maecken tusschen den coninck ende het parlement, ende beyden te induceren om de Spaensche advysen te laten vaeren ende de saacken van de Palatinat te behartighen, dogh hooren wij dat de coninck tot geen vrede wil verstaen eer dat de maire ende eenighe schepenen van Londen hem overgelevert of in hechtenis zullen sijn gestelt,11 'twelck schijnt te strecken om de gemeente van Londen daerdoor tegen 't parlement te stellen, gelijc het parlement deselve tegens de coninck heeft gebruyckt.

    Mijnheer de prince van Condé, hebbende vanwegen sijn soon die abt is van Sint Denys12 eenighe pretentiën op Ruelle,13 heeft in recht doen roepen madamoiselle Marie de Vignerot, vefve de Combalet, jadis capitaine au regiment de Normandie. Die naem geeft men nu aen degene die plach te sijn madame la duchesse d'Esguillon, ende dat omdat de coop van Esguillon haer mede wert gedisputeert.14

    De gedeputeerde van de magistraet van Sedan sijn hier geweest ende hebben den eed simpelijck gedaen aen den coninck,15 dewelcke commissarissen derwarts sent om de justitie ende politie te stellen op sijn naem. De hertogh van Bouillon heeft sijn leven ende vrijhijt, ende sal noch gelt toe hebben.16 In de Bastille sijn noch 40 gevangenen; de coning sal 't getal minderen. Wij verstaen dat sesduisent Duytschen van Napels gaen nae Milaen, dat de heeren van Venetië maecken tien nieuwe galeyen, twee galiassen ende eenighe

    62

    andere schepen; dat hertogh Carel, op wegh geweest sijnde om sigh te vougen bij het Beyersche volck, terugge is gekeert nae Worms.17

    Bovenaan de copie staat: Paris, den 31 Januari 1643.

    Notes



    1 - Het origineel dat vermoedelijk weer een copie is van een niet teruggevonden nieuwsbrief aan Nicolaes van Reigersberch dd. 31 januari 1643, is verloren. Copie (zonder adres en ondertekening), afkomstig uit de briefwisseling van Grotius met P. Spiring Silvercrona, aanwezig te Stockholm, RA, E 1014 (bijlage bij een brief van P. Spiring Silvercrona aan J. Oxenstierna dd. 10 februari 1643).
    2 - De dominicaan Georg Sigmund von Herberstein. Zijn instructies had hij op 22 november 1642 van rijksraad Maximiliaan, graaf van Trauttmansdorff (1584-1650), ontvangen (Acta pacis Westphalicae; Instruktionen, p. 387-397). Het antwoord van Mazarin, dd. 23 januari, is in Duitse vertaling te lezen bij Londorpius, Acta publica V, p. 820-821.
    3 - Melchior de Harod de Senevas, markies van Saint-Romain, die in Hamburg de afwezige Franse gevolmachtigde Claude de Mesmes, graaf van Avaux, verving. Zijn diplomatieke status was die van resident (Lettres Mazarin I, p. 41-42 en p. 116-117).
    4 - Het Frans-Weimarse leger lag aan de Neckar. Een maand later kreeg het contact met het Frans garnizoen te Breisach (Episodes Guébriant, p. 312).
    5 - Kardinaal Antonio Barberini verdedigde het pauselijk grondgebied tegen aanvallen van Odoardo Farnese, hertog van Parma. Sinds kort werd de strijd over het hertogdom van Castro aan de oevers van de Po uitgevochten.
    6 - Graaf van La Roca en de regent Matías de Casañate bepleitten het Spaanse standpunt aan de diverse hoven; vgl. no. 6038.
    7 - Prins Tommaso Francesco van Savoye had van kardinaal Jules Mazarin de verzekering gekregen dat hij in Frankrijk door de koning ontvangen zou worden (Lettres Mazarin I, p. 8).
    8 - In december 1642 had de Franse ambassadeur François Du Val, markies van Fontenay-Mareuil, afscheid genomen van het pauselijke hof.
    9 - François de Bonne de Créquy, hertog van Lesdiguières, gouverneur van de Dauphiné, voerde tot 1638 de titel ‘comte de Sault’ (Tallemant des Réaux I, p. 51-59 en p. 734).
    10 - Jacques d'Estampes (1590-1668), markies van La Ferté-Imbault, Frans ambassadeur in Engeland sinds 1641, was op verzoek van koning Karel I in september 1642 teruggeroepen. Voorlopig bleef de ambassade onbezet (DBF XIII, kol. 169-170; CSP Ven. 1643-1647, p. 4).
    11 - Een delegatie van de Londense burgerij was teruggekeerd uit Oxford met de boodschap dat de koning pas na uitlevering van de ‘mayor’ en drie ‘aldermen’ de stad weer in zijn genade zou opnemen (CSP Ven. 1642-1643, p. 230-231).
    12 - ‘Mala mansio’ (Malmaison) was een oud domein van de abdij van Saint-Denis. Het feit dat Armand de Bourbon, prins van Conti, ‘abbé commendataire’ van Saint-Denis was (Aumale, Histoire des princes de Condé III, p. 444), telde voor de prins van Condé minder dan de bijzonderheid dat zijn oudste zoon Louis, hertog van Enghien, gehuwd was met Richelieu's nicht Claire-Clémence de Maillé-Brezé.
    13 - Ruel, thans Rueil-Malmaison (dep. Hauts-de-Seine), het vorstelijke buitenverblijf, dat Richelieu had nagelaten aan zijn lievelingsnicht Marie-Madeleine de Vignerot, weduwe van Antoine Du Roure, heer van Combalet (†1622), sinds 1638 hertogin van Aiguillon.
    14 - Over de koop van het hertogdom van Aiguillon viel een proces voor het Parlement van Parijs. In augustus 1645 werd de koop erkend (Tallemant des Réaux I, p. 309 en p. 987).
    15 - Sinds 29 september 1642 stond het prinsdom Sedan onder het gezag van de Franse kroon. Van de inwoners werd een eed van trouw aan de koning verlangd (Congar, Sedan et le pays sedanais, p. 333).
    16 - Hoewel de vroegere heer, Frédéric-Maurice de La Tour d'Auvergne, hertog van Bouillon, op 15 september 1642 afstand had gedaan van het prinsdom, kon hij het niet laten om zijn voormalige onderdanen te wijzen op de catastrofale gevolgen van de herinvoering van het katholicisme in deze protestantse vrijplaats (Congar, o.c., p. 333-337).
    17 - De krijgsplannen van hertog Karel IV van Lotharingen werden verstoord door de aanwezigheid van het Frans-Weimarse leger van maarschalk Guébriant in de directe omgeving van zijn landen (Gazette 1643, no. 13, dd. 31 januari 1643).