eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    131

    6114. 1643 maart 2. Van P. Spiring Silvercrona.1

    Mijnheere,

    Den Franschen resident te Hamburg, monsieur Saint-Romain, heeft boven den voor 8 dagen gemelden salvum conductum, sijnde van den keyser afgevaerdicht in den name des conings van Spaegnie, bij de jongste posto noch een ander exemplar met des conings van Spaegnie eigene onderschrijvinge herrewaerts gecommuniceert,2 'twelck tegenwoordig het meeste is daer men alhier in besoigneert. Wat het effect sal wesen, leert den tijt.

    Middelerwijle sijn de seven presidenten van dese Vereenichde Provintiën gecommitteert om met sijn Hoocheit vanwegen de oorlogsdesseings tegens den aencomenden somer te delibereren, ende also verwacht word wat La Strada wegen den coning van Vranckrijck mede sal brengen, en is noch niets geresolveert geworden. Ondertussen nemen de ordinari jaerlijckse crijgspreparatiën voor als nae haeren gang.3

    De gedestineerde afsendinge aen de vrouwe landgravinne van Hessen is noch tot geen effect gecomen, hebbende die van Holland de saacke in deliberatie genomen.4

    Verleden Donderdag is de coniginne van Engelant te Schevelingen scheep ende t'zeyl gegaen, naedat sij tevooren wegen de ammonitie, die sij onder haer convoy heeft willen medegenomen hebben, veel spartelings heeft gemaackt.5

    Waermede verblijve, mijnheere,

    u. Exc.tie dienstwilligste.

    Hage, den 2 Martii 1643.

     

    Dese leste posto en hebbe van u. Exc.tie geene brieven ontfangen.6

    Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 11 Martii.

    Bijlage:

    Ceulen, den 24 Februarii 1643.

     

    De propositie is eindelijck den 21e deses tot Franckfort op de stellage getreden,7

    132

    maer van geene andere materie gesproocken dan van de justitie, doch met een aenhangsel, oock een weinig van den vrede, ende dat in conformitijt van des keysers expresse begeeren, hebbende sijne luiden last met den anderen aenwesenden gesanten daerover te communiceren ende also t'samender hand te helpen coöpereren tot de negotiatie van Hamborch.8

    Op denselven dach quam tot Franckfort eene vliegende tijdinge van de Necker dat de Lottaringse met hulpe van Jan de Weert eenen inval in der Franschen-Wijmersche quartier tot Messingen souden gedaen, 1500 paerden geruïneert ende 4 regimenten bagage becomen hebben; maer also hiervan geene brieven noch auteur waren, wirde sulcx niet gelooft.9

    Het is seecker dat Piccolomini, naedat hem noch veel volcks wt des keysers erflanden - men schrijft van 4000 paerden ende 2000 te voet - toegecomen waren, met de gansche armee om het ontset van Frijburg te versoecken opgetrocken was.10 Hoe het Torstenson gemaackt heeft, daervan wisten de jongste brieven wt Leipsigh niet te seggen.11 Alleen ging den roep van eenen vergeeffelijcken aenval op 't casteel gedaen, ende also men voorlangs aen 't keyserlijcke hof gesegt heeft alle vremde officiers wt te monsteren, soo werd gesegt dat Piccolomini selfs sijn afscheit begeert, geresolveert nae Spaegnie te gaen, aldaer hij tot des conings dienst beroepen is, doch tevooren noch desen tocht te doen ende dat wterste daerbij op te setten.

    Tot Prague sijn de colonels de Four, Gal ende Matlo gedecapiteert worden.12 Men meent dat het tot Dresden den gouverneur Sleunitz ende den oversten lieutenant Transdorff13 niet beter gaen werde.

    Den 18e deses heeft den bisschop van Wirtsburg ettelijcke gedeputeerden naer Erffurt gesonden om met denselven gouverneur wegen der commerciën, opdat die haeren vrijen loop hebben mogen, te tracteren.14

    Notes



    1 - Hs. Den Haag, ARA, Eerste afd., coll. Hugo de Groot, aanw. 1911 XXIII no. 13, 121 en 122. Niet ondertek. De brief (inclusief bijlage) is van de hand van Spirings secretaris Pieter Pels.
    2 - In brieven van 10, 13 en 17 februari had de Franse resident Melchior de Harod de Senevas, markies van Saint-Romain, zijn ambtgenoot in Den Haag, Henri (of Jean) Brasset, formulieren van Spaanse vrijgeleidebrieven voor de Staatse gevolmachtigden ter vredesconferentie doen toekomen; zie nos. 6101 en 6104. Het laatste schrijven bevatte een copie van het op 19 november door koning Philips IV ondertekende origineel (Res. SH, dd. 23, 24, 26-28 februari 1643).
    3 - Tijdens de onderhandelingen over de verlenging van het Frans-Staats subsidieverdrag lieten de Fransen steeds de klacht horen dat de Staten-Generaal liever bezuinigingen wilden doorvoeren dan oorlogvoeren. Op 26 februari ging de Franse kolonel Godefroi d'Estrades bij Frederik Hendrik informeren naar de wijze waarop deze zijn leger weer in staat van paraatheid meende te kunnen brengen (Correspondance d'Estrades I, p. 137-159).
    4 - Met de landgravin van Hessen-Kassel zou gesproken worden over de kwestie van de inkwartiering van Hessische troepen in Oostfriesland. Over de instructie en de persoon die de missie moest uitvoeren bestond nog onenigheid (L. van Tongerloo, in Hess. Jb. Landesgesch. 14 (1964), p. 251).
    5 - Groot was de opluchting toen koningin Henriëtte Maria op de 26ste februari aanstalten maakte de Republiek te verlaten.
    6 - Petter Spiring Silvercrona moest het nieuws van 21 februari missen; vgl. no. 6097.
    7 - In Frankfort was op 11/21 februari de ‘Deputationstag’ hervat (Urk. u. Act. I, p. 793-799, en Dickmann, Der Westfälische Frieden, p. 113-117).
    8 - De Hamburgse preliminaria voor de aanstaande vredesconferenties.
    9 - De Gazette 1643, no. 28, dd. 7 maart 1643, berichtte dat de manschappen van hertog Karel IV van Lotharingen in de omgeving van Ulm aansluiting hadden gekregen met het Zwabisch-Beierse leger van Johan van Werth en François de Mercy. Op 14 februari probeerden zij bij Metzingen een contingent Frans-Weimarse cavaleristen van maarschalk Guébriant te overmeesteren (Gazette 1643, no. 31, dd. 14 maart 1643).
    10 - Hoewel de keizerlijke legeraanvoerder Ottavio Piccolomini door koning Philips IV was uitgenodigd om in Spaanse dienst te treden, nam hij toch de taak op zich om het ontzet van de Saksische stad Freiberg te regelen (Doc. Boh. VI, p. 458 no. 1396 en p. 459 no. 1401).
    11 - Lennart Torstensson brak op 27 februari het beleg op (Doc. Boh. VI, p. 459 no. 1403).
    12 - De geëxecuteerde kolonels Four, Gal en Madlo waren waarschijnlijk falende garnizoenscommandanten; vgl. Courante 1643, no. 9, dd. 28 februari 1643.
    13 - De Saksische garnizoenscommandanten Joachim von Schleinitz en Christoph Trandorf hadden op 6 december 1642 de stad Leipzig overgeleverd aan de Zweden; vgl. Doc. Boh. VI, p. 447 no. 1370.
    14 - Johann Philipp von Schönborn (1605-1673), elect van Würzburg (ADB XXXII, p. 274-276), voerde met de Zweedse commandant van Erfurt besprekingen over de hoogte van de verschuldigde contributie (Gazette 1643, no. 38 (= 39), dd. 28 maart 1643).