Mijnheere,
Daer is tijdinge dat een Deensch overste Bielke de Moerschanse, sijnde een pas tussen Norwegen en Sweden, per surprinse soude geoccupeert hebben.2 Ende willende vor-
435
ders in Sweden inmarcheren, door manquement van proviand en de moyelickhijt van de wegen bij wintertijden soude wederom terugge hebben moeten trecken nae Norwegen, laetende de schanse met 600 man beset. Ende is dit hetgeene de Deenen hier en elders soo groot hebben voorgegeven.Den overste Helm Wrangel ligt in ende om Aelburg in Jutland wel gecampeert;3 is wel versien van ammonitie en voeragie, alles volop. Den eertsbisschop van Bremen, rijcxmaerschalck Bille, generael-lieutenant Bauwer, generael-major Alefelt, met hun volck in de 7000 sterck, sijn dicht bij hem gelegert geweest, maer hebben op hem niets dorven attenteren. Ende hebben wij tijdinge dat deselve Deensche volckeren schielijck terugge sijn getrocken,4 gelijck dan de cavallerie onder Alefelt al te Itzehoe soude aengecomen sijn, den aertsbisschop te Gluckstad ende Bauwer wederom nae Fuinen over sijn gegaen. De reden van dese onvermoedelijcke decamperinge is onbekent;5 naerichtinge heeft men dat den aertsbisschop sich met den marschalck Bille wegen het commando gans niet connen verdragen. Sij hebben misschien mede gevreest de compste van Coningsmarck, die tegenwoordig Hornburg attacqueert ende beschiet.6 Ondertussen heeft graeve Pents7 met eenige Deensche troepen Pinnenberg, een slot niet wijt van Hamburg, berent in meeninge 'tselve per force te gewinnen.
Van de hooftarmeën hebben wij niet anders als dat den generael Torstenson met de armee stond om in Bohemen in te trecken.8 Dat den landgraef van Hessen9 nae Dresden vervoert was met apparentie om tegens den overste Gersdorf10 en andere wederom gelost te werden. Jan de Weert soude met sijne 3000 man wederom terugge nae den Rijn gaen.11
436
Den rijcxdagh in Polen gaet sijnen begin nemen den 14 Februari12 ende alsdan mede de bijeencompste wegen de vereenigung der religie.13 Daer word een bisschop wt Polen nae Vranckrijck gedestineert, soo men segt, in 't stuck van 't houwelijck tussen den coning van Polen en de princesse van Nevers.14 Oock soude eene aensienlijcke ambassade wt Polen nae Sweden gedestineert werden.15
De tractaten tussen Sweden en Dennemarcken schijnen hunnen voortgang den 8/18 Februari te sullen nemen.16 Van Deenscher zijde sijn daertoe genomineert den rijcxhofmeester Corvix Ulefelt, den rijcxcantselaer Höge, den slotheer te Fredericxburg Christof Ulefelt ende den stadhouder in Zeelant Zeefelt.17
Van Osnabrugge en Munster word bericht dat de Fransche ambassadeurs18 sich de interceptie van het Portug[es]ysche lijck hooch aentrecken.19 De keysersche officiers die 'tselve gedaen hebben sijn te Munster, ende dorven sich niet vandaer begeven, also hun van den generael Veelen20 een arrest ende dienvolgens straffe gedraeigt werd. Een domesticq van den heere baron Oxenstirn, die bij het lijck is geweest, is wel wederom teruggegecomen en vrijgelaeten,21 maer van de restitutie des lijcks ende de daerbij ontnomene saacken en wil men niet weeten of daertoe verstaen. De heeren d'Avaux ende Servien souden soo wijt in oneenichijt sijn, dat den heere d'Avaux, het schrijven van den heere Servien in sijnen naeme alleen aen de stenden des Rijcx de novo gedaen,22 geïmprobeert soude we-
437
sen, ende soude hun van 't hof van Vranckrijck aenbevoolen sijn geworden sich onder malcanderen te verdragen23 ende tot noch toe bij de keysersche niet te roeren wegen de vrijstellinge van den ceurvorst van Trier.24Te Osnabrugge heeft de conincklijcke Sweedsche ambassade op begeeren van de stad Straesburg een speciael paspoort van de keysersche voor de Straesburg[sch]e gedeputeerden versocht, waertoe sich de keysersche25 soo weinig als tot een paspoort voor de stad Straelsond willen verstaen, voorgevende dat Straesburg wel een immediate stand is, maer niet in confederatie met Sweden of Vranckrijck. Dat behalven dat deselve stad den Praager Vrede hadde aengenomen ende dieswegen met den keyser nu niets te demesleren meer hadde, 'twelck alles directelijck is strijdende tegens het praeliminaer convent ende daerwt af te sien hoe de keysersche de vredestractaten aen alle canten soecken om te stooten.26
Te Munster sijn de gerenoveerde keysersche en Fransche volmachten aengecomen. Maer de Spaensche blijven noch terugge,27 allegerende de Spaensche dat de Fransche selfs daervan oorsaack sijn, also hun courier buiten billichijt in Vranckrijck soude sijn opg[e]houden geworden. Ondertussen werden te Munster de Beyersche afgesanten verwacht,28
438
alsoock een van Savoyen,29 ende souden de gedeputeerden van de steden Straesburg, Nurenberg, Franckfort, Ulm op wegh sijn.30Ick blijve, mijnheere,
u. Excellentie dienstwilligste.
Hage, 6 Februari 1645.
Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 15 Febr.
En in dorso: 6 Febr. 1645 Spierinck.