eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    1667. 1631 augustus 7. Aan N. van Reigersberch1.

    Mijn Heer,

    Teffens ontfang ick den uwen van den 21 ende 28.

    Ick hoore garen, dat tusschen Engelant ende ons de saecken niet en verbitteren. Sij connen noch eens goeden raedt geven tot onse kerckelijcke saecken.

    Dat D. Tisius2 opinie van mij heeft, dat ick mij houde aen de Antiquiteit, is mij lief ende sal sich daerin niet bedrogen vinden.

    Van Duitschlant hooren wij mede niet goeds. Eenige meenen, dat het stuck van den administrateur van Wirtenberg3 niet sooseer uit schrick is toegecomen als door collusie met den keiser4. Soowel die deditie als de neutrale actiën van Saxen verswacken de heele Leipsichsche parte.

    430

    Van de trefves loopen hier stercke geruchten. Wij en hooren noch niet, dat 's conincx broeder5 bij sijne moeder6 soude sijn geweest. Hij hout sich nu te Bezançon. Ick achte Spaignie ende den keiser sullen eerst willen sien, oft eenige steden haer voor die partie sullen verclaeren, waertoe ick noch geen apparentie en sie, maer verscheide heeren te hoof sijnde ontboden doen haere excusen, den hertogh van Guise7 daerenboven versoect, dat den coning hem ordonneert een plaetse van 't vertreck buiten 't rijck. Den coning comt nu hier apparentelijck om nieuwe middelen ende eenige declaratie tegens sijne moeder.

    't Is seecker, dat Engelant sich gereedt maect om den haeringvanck door industrie tot haer te trecken. Ick meen, datter wat dreigementen tegens de onsen bij sullen comen.

    Soo iet nieus in Westindië passeert, bidde daervan onderrecht te mogen sijn. Wat de saeck van Amsterdam ende Leiden aengaet, ick houde het daervoor, dat die van Leiden niet anders en connen pretenderen dan de naem van universiteit met executie van eenige lasten ende recht van promotie. De rest is juris naturalis ende staet alle steden vrij. Maer tegen het aftrecken van de professoren van Leiden nae andere steden soude in posterum met ordonnantie connen werden versien. Dordrecht heeft professoren gehadt voor desen ende alle steden van Duytschlant gebruicken dat recht, sonder privilegie8.

    Den coning hier licht van nieus 12 regimenten, 16 compagniën te paerdt. Den marquys de la Vieuville9, voor desen surintendant geweest sijnde van de finantiën, is bij de coninginne-moeder.

    De gebiedenisse aen de vrunden.

    Den 7 Augusti 1631.

    Adres: Mijnheer Mijnheer Reigersberg, raedt in den Hoogen Raede in Hollant in den Hage.

    In dorso schreef Reigersberch: broeder de Groot in Paris den 7 Aug. 1631.

    Notes



    1 - Hs. U.B. Amsterdam, coll. R.K. H 16d. Eigenh. oorspr.; niet ondertekend.
    2 - Anthony Thys - Thysius - (1565-1640), hoogleraar in de theologie te Leiden, gematigd voorstander van de denkbeelden van Gomarus.
    3 - Bedoeld is de administrator van Maagdenburg, Christian Wilhelm (1587-1665), markgraaf van Brandenburg; hij werd bij de verovering van Maagdenburg in mei 1631 gevangen genomen en door de keizerlijke soldaten zeer smadelijk bejegend.
    4 - Ferdinand II.
    5 - Gaston Jean-Baptiste de France, hertog van Orléans.
    6 - Maria de Medici.
    7 - Charles de Lorraine, hertog van Guise; vgl. no. 1666, p. 429.
    8 - Vgl. no. 1585.
    9 - Charles de la Vieuville; zie II, p. 408 n. 5.
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]