eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    1887. 1633 oktober 25. Van W. van Oldenbarnevelt1.

    Mijn Heer,

    UEd. leste is van den 5en deser; tsedert hebbe van uEd. niet gehad.

    Beyde de legers sijn in garnison, sullen nu tijt hebben om op den trefves te dencken.

    De gemeente in Holland heeft het meeste contentement van den prins2 niet, daer dan andere quaetwillige onder roeden. Men heeft de vier pensionnarisen3 aengeseyt, dat sij in Hollant niet waeren gekommen om te woonen, maer om te negotiëren, soodat sij wel mochten vertrecken, waerop sij tijt van ses weecken versocht hebben, die haer geconsenteert sijn te blijven. Het schijnt, dat noch eenige van desen wel weder in Den Hage mochte gaen. Dan4 ick kan niet gevoelen, dat sij wat sullen wtrechten, hoewel die van Hollant taementlijck gedisponeert sijn, maer de conditiën sijn te onreedelijck.

    Den prins soude met het romelisoen wt het leger gekommen sijn.

    Wij hebben hier gelooft, dat de paix in Duytslant tusschen den keyser5 ende Saxen6 gemaeck was, maer den lesten courier seyt, dat alles gebroocken is, maer dat de paix wel gemaeckt was, maer drie daegen daernaer gebroocken.

    Men spreeck veel van de reys van den hertoch van Aerschot7 naer Spangnien; den prins van Barbançon8 gaet naer den keyser.

    Dit is alles, wat hier omgaet, want met geruc(ht)en wil ick uEd. niet onderhouden.

    199

    Verwachtende meerder seeckerheyt blijve ick,

    Mijn Heer,

    UEd. ootmoedichsten dienaer
    W.d.B.

    Den 25en October 1633.

    Adres (met andere hand):

    Aen Men Heer Men Heer de Groot etc. tot Hambourch.

    Port.

    In dorso schreef Grotius: 25 Oct. 1633. Stoutenburg. Rec. 7 Nov.

    Notes



    1 - Hs. Amsterdam, U.B., coll. RK., A5q. Eigenh. oorspr. Gedrukt Kroniek Hist. Genootsch. Utrecht 1873, p. 520.
    2 - Frederik Hendrik.
    3 - Zie no. 1860, p. 153 en n. 6 aldaar.
    4 - De lezing van het hs. luidt ‘dat’, kennelijk een verschrijving.
    5 - Ferdinand II.
    6 - Johann Georg, keurvorst van Saksen.
    7 - Philips Karel, prins van Aremberg, hertog van Aarschot; zie no. 1800, p. 78 en n. 7 aldaar.
    8 - Albert de Ligne, prins van Barbançon en van Aremberg (1600-1674). Hij was de intieme vriend van Hendrik, graaf van den Berg en onderhield nauwe relaties met François de Carondalet, deken van Kamerijk; deswegen van verraad verdacht werd hij in 1634 gearresteerd. Hij werd in 1642 in vrijheid gesteld en stierf in 1674 te Madrid.