Mijn Heere,
Desen naermiddach heb ick over Amsterdam ontfangen die van den 21 Maert2.
De hoop tot het recouvrement van het fort van Schenck3 meerdert dagelijx. Van desen morgen sijn brieven gecommen van de gedeputeerde, die bij graeff Willem4 sijn, medebrengende, dat, bijaldien men haer in geen faute van gelt en laet, sij meenen de wercken eerlangc in sulcken staet te helpen, dat geen secours sal wesen te vresen, ende is noch vandage nieuwe provisie van gelt gesonden. Tsestych, tseventych compangiën te voet hebben oock patenten naer Nimwegen tot renforcement, off den viant, die noch vergaderynge maeckt, yet wilde tenteren. Het fort ofte veeleer de redoute Ferdinando, bij den viant bewaert met 110 mannen, is de vive force geëmporteert door twee hondert van de onse. Van beyde sijden is wel gevochten, den commandeur à coup de pique doorsteecken, sijn lieutenant5 dodelijck gequest, van de 110 sijnder tsestych doot gebleven.
Een Zeus oorlochschip convoyerende thien coopvaerders heeft tegens eenyge Dunckerckse fregatten mannelijck gevochten, een, soo men seyt, in de gront geschoten, al sijne schepen in salvo gebracht.
62
Aelianus6, die bij Arcesilaus7 naer Valerius8 heeft gewacht, is nu hier gecommen, alsoo den man van9 Sophi10 doet sieck bliift, heeft11 Iraeneus12 Iovinianus13 gepersuadeert14 op Constans' gesel15 te deincken ende hem bij Cimon16 te helpen. Soo Julianus' man17 dat18 niet goet vint, mach hij sien, off Xenocrates19 Irenaeus20 de Aertbesien21 smaeckelijck soude connen maecken.
Eenyge van Aristoteles'22 volck sullen Manlius23 bij Vindex24 willen houden; dat en is Gracchi25 intentie niet. Soo Fabius26 lust hadde, meene, hij Latou27 soude connen eeten; Calaber28 sage dat garen.
Dat Philemon29 door Cimon30 bij Simonides31 geraecke, heeft geen of weynych apparentie.
Van den hartoch van Lenenburch32 is mij de goede opinie van nieuws geconfirmeert. Engelant consenteert aen de croon Sweden lichtynge van vijff regimenten. In Sweden was voor de heer rijxcancelier33 een groot secours gereet om over te scepen, wel, soo men seyt, van 15000 man. Den generael Bannier34 was van de Sael naer Maechdenburg geweecken ende de Saxische waren over de Sael gecomen
63
overvallen hebbende twee regimenten ende vijfthien standaerts becommen. Lisle35, die in aentocht was naer Westphalen, soude hem weder naer Banner hebben gevoucht om de Saxische te besoucken. Ian de Waert36 domineert noch ontrent Luyck, ende loopt die stadt peryckel van in des keysers ofte biscops van Ceulen37 handen te commen.Caesar38 sal ick binnen een dach twee, drie de pretensiën overgeven ende voorts aenhouden.
Recommandere mij aen de bekende.
Desen 3 April, des avonts ten 10 uyren, 1636.
Adres: Mevrouw Mevrouw De Groot.
In dorso schreef Grotius: 3 April 1636 N. Reig.