eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    5910. 1642 oktober 6. Van W. de Groot.1

    Frater optime,

    Pro libro tuo ad (me m)isso gratias habeo, in quo multa reperio accurate sane tractata, quae mihi se valde probant. Sed nescio cur epistolam principis nulla sane necessitate adigente adiungere libuerit. Videtur enim aliqua iis fieri iniuria, quorum litterae se insciis et viventibus vulgantur. Reigersbergius etiam aegre fert nomen suum in ista epistola extare ideoque omnino editionem dissuasurus erat.2

    Vossius, qui iam in Frisiam ad adornandas filio Mathaeo nuptias profectus est,3 ante abitum suum filiis meis dixit nosse se quendam hominem Amstelodami Graece satis peritum, utpote qui rector scholae fuerit, nomine Simonidem Heusdanum, quem concinnando in Anthologiam indici aptissimum putat.4 Tu iam quid fieri velis indica.

    Gallis commodum accidisset, si iam et Rosas expugnare potuissent.5 Quid novitas ista confiscationis Mediolani incepta porro productura sit scire avebo,6 itemque quid de Sedano futurum sit.7 Ego Bricmautio aliquam novae praefecturae offam aut bonam pecuniae summam obiici debere arbitror, ne domini, quamvis captivi, voluntati reluctetur.

    Si libellos de privata tua re Roterodamensibus decurionibus dari velis,8 id rogo alicui e Roterodamensibus per epistolam iniungas, ne ipsi opera sua fraudi sit apud rectores. Ego

    463

    semper credidi debere te causam istam per viam arresti Rothomagi aut alibi in Gallia in ius ducere debere, et cur id nolis nescio. Certe cur apud scabinos Roterodamenses litigare velis, non percipio. Praestaret id coram Curia fieri, ne trinis appellat(io)nibus res trahatur.

    Hic nihil iam geritur, nisi quod (inte)r Batavos et Foederatos gliscunt discordiae, orto ex rebus Anglicis initio,9 quae iam regias partes quod attinet sane pessime se habent nisi quod reconciliationis aliqua spes affulgere dicitur, sed non sine iactura regiae auctoritatis et quidem gravissima.

    Vale, frater optime, et nos ama,

    tibi obedientissimus,
    Guilielmus Grotius.

    Hagae, VI Octobris 1642

    Adres: Monsieur/monsieur Grotius, ambassadeur de Suede, à Paris. Port 14 s.

    Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 14 Oct.

    En in dorso: 6 Oct. 1642 W. de Groot.

    Notes



    1 - Hs. Den Haag, ARA, Eerste afd., coll. Hugo de Groot, aanw. 1911 XXIII no. 24, 261. Eigenh. oorspr. Antw. op no. 5897, beantw. d. no. 5918.
    2 - Willem de Groot bevestigt de ontvangst van het Votum pro pace ecclesiastica (BG no. 1183). Niet al te goed te spreken was hij over het besluit van zijn broer om een twintig jaar oude brief van Frederik Hendrik in de uitgave op te nemen; vgl. no. 776 (dl. II).
    3 - Vossius' zoon, de historiograaf Matthaeus (1611-1646), trad op 22 november 1642 te Leeuwarden in het huwelijk met Johanna de Veno (Rademaker, Life and Work of G.J. Vossius, p. 339-340 en p. 442).
    4 - Aan zijn studenten Johan en Jacob de Groot had Vossius verteld dat de Amsterdamse rector ‘Simonides’ van Heusden wellicht bereid zou zijn mee te werken aan de voltooiing van Grotius' Anthologia Graeca (BG no. 534). Anderhalve maand later kwam Willem de Groot tot de ontdekking dat de voorgedragen kandidaat zijn vrije tijd bij voorkeur besteedde aan de bestudering van de wijnfles; vgl. no. 5959. Nadere bijzonderheden over de Amsterdammer zijn niet te geven; zijn naam komt niet voor op de ‘lijst van rectores 1536-1945’ in J.H. van den Hoek Ostende, Inventaris van de archieven van scholarchen en curatoren en van de rector van de Latijnse School 1682-1945, Amsterdam 1968, p. 31.
    5 - Het bezit van de havenplaats Rosas zou de positie van de Fransen in de Roussillon kunnen verstevigen.
    6 - De maatregelen die gouverneur Juan Velasco y de la Cueva, graaf van Siruela, in het hertogdom Milaan tegen Savoyaardse goederen en bezittingen wenste te ondernemen (Archivo de Simancas, Catálogo XXIII, Papeles de estado, Milán y Saboya, p. 341 (49)).
    7 - De hertog van Bouillon had afstand moeten doen van het prinsdom Sedan. In het kader van de overdracht van de souvereiniteit aan de Franse kroon moest de hertogelijke gouverneur Jacques Briquemault plaats maken voor de nieuwe gouverneur Abraham de Fabert.
    8 - De verzameling Autentycque stucken, raeckende de saecke van den heer Hugo de Groot... (BG no. 889) was aangelegd met het oog op een proces dat Grotius tegen de Rotterdamse stadsbestuurders wilde voeren teneinde hen alsnog te verplichten tot uitbetaling van zijn pensionaris-tractement over de periode 1618-1634; vgl. Brandt-Cattenb., Leven, ‘Aenhangsel’, en H.J.M. Nellen, in Rott. Jaarb. 1984.
    9 - De zeegewesten Holland en Zeeland verdedigden het standpunt dat prins en Staten-Generaal zich ten aanzien van de Engelse geschillen neutraler moesten opstellen.