eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    7067. 1644 september 29. Van G. Keller.1

    Hochedler, etc., hochgeneigter herr vnndt patron,

    Der graff von Lamberg hällt sich noch allss privatus hier vff,2 lässt sich von niemandt besuchen, wirdt auch, ehe vnndt bevor der graf von Awersperg hinweg, sich nicht kundt geben vnndt anmellden lassen. Dieser wartet allein noch vff einen pass von der fraw landtgräffin, sobalt er den bekommen, wirdt er seine reise zue werck setzen. Jetzundt befindet er sich zue Münster,3 nimbt von den käysserl. vnndt Spanischen gesandten daselbst seinen abschied, vnndt wirt heut oder morgen wiederumb alhier erwartet.

    Der general Velen4 hat auss der Westphälischen guarnisonen 16 compag[nien] zue pferd vnndt 12 zue fuess gezogen, mit welchen er nach dem Sawrlandt gangen, daselbst meher völcker an sich zu ziehen, follgendts mit Gleen5 sich zu coniungiren vnndt so dan zue den Beyerischen zu stossen.

    Ich bin vnndt verbleibe,

    Ew. Exc. gehorsamber diener,
    G. Keller m.pa.

    Ossnabruck, den 19. Septembris anno 1644.

    Adres: A son Excellence, monseigneur Grotius, ambassadeur de Suede en France, à Paris. 9 st.

    Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 11 Oct. 1644.

    En in dorso: Rec. [sic] 19 Sept. 1644 Keller.

    Notes



    1 - Hs. Den Haag, ARA, Eerste afd., coll. Hugo de Groot, aanw. 1911 XXIII no. 12, 113. Eigenh. ondertek. Georg Keller was secretaris van de Zweedse gevolmachtigde Johan Adler Salvius.
    2 - Rijksraad Johann Maximilian, graaf Lamberg, de opvolger van de keizerlijke gevolmachtigde Johann Weichard, graaf van Auersperg, was op 11/21 september in Osnabrück verschenen. Pas op 2 maart 1645 maakte hij aan de Zweedse gevolmachtigden officieel zijn aanwezigheid op de vredesconferentie bekend (Acta pacis Westphalicae; Diarium Lamberg, p. 16 en p. 48; Die kaiserlichen Korrespondenzen I, p. 647, en II, p. 216 en p. 223, en Die Schwedischen Korrespondenzen I, p. 345 en p. 523).
    3 - Graaf Johann Weichard van Auersperg bracht van 26 tot en met 29 september een bezoek aan Munster. Hier nam hij afscheid van zijn collega's Johann Ludwig, graaf van Nassau-Hadamar, en dr. Isaac Volmar en van de Spaanse gevolmachtigden don Diego de Saavedra y Fajardo en Antoine Brun (Diarium Lamberg, p. 16-17). In de eerste week van oktober kreeg hij in Osnabrück het begeerde Hessisch-Kasselse paspoort aangereikt (Acta pacis Westphalicae; Die kaiserlichen Korrespondenzen I, p. 655, en II, p. 16).
    4 - Alexander, graaf van Velen en Megen, bevelhebber van het keizerlijk-Westfaalse leger, marcheerde met 2000 man en 2 kanonnen naar Koblenz (Gazette 1644, no. 124, dd. 8 oktober 1644).
    5 - Gottfried Huyn, graaf van Geleen, bevelhebber van de Westfaalse Kreits, bood de Zwabisch-Beiersen eveneens een contingent soldaten aan. Gealarmeerd door de Franse opmars langs de Rijn, vestigde hij zijn hoop op een verdedigingsverbond met hertog Karel IV van Lotharingen en de Luxemburgse gouverneur Johan van Beck (Foerster, Kurfürst Ferdinand von Köln, p. 266-268).