eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    7042. 1644 september 12. Van H. Appelboom.1

    Illustrissime et excellentissime legate, domine observandissime,

    Proximas illustrissimae Excellentiae vestrae literas 19 Augusti datas recte accepi2 et solita cum voluptate devotioneque legi.

    Gallassius caesariano exercitu Albim iam transiisse fertur; quorsum meditetur, adhuc incertum.3 Facta est a Danis haud voluntaria separatio Bardenbocki,4 unde regres-

    733

    sum per archiepiscopatum Bremensem Gluckstadium susceperunt. Ex 3500 qui Gallassio missi erant, vix 2000 supersunt. Nostri ultimas hostium cohortes in transitu fluminis egregie percusserunt.5 Etiam ipsi caesariani ex eorum malo fatentur exercitum fere 3000 milites amisisse ex impossibili labore, dura fame coactaque eruptione. Non indubitanter sibi proposuerunt nostram ruinam, sed divino auxilio repulsi suam vix declinare potuerunt. Excellentia Torstensonius Ratzeburgo Gadeburgam et ultra Demitiam secessit, ut traiecto flumine hostem sequeretur;6 forte dum Gallassius gaudet se Torstensonii insidias aufugisse, novum impetum et metum Koningsmarckius dabit.7 Literas a Torstensonii Excellentia habui, quas Excellentiae vestrae hisce involutas et summa festinantia e Suedica lingua in Latinam traductas mitto;8 ignoscat, quaeso, illustrissima Excellentia vestra, si quae inibi errata commiserit exscriptor.

    Hisce Excellentiam vestram Deo supplex commendo et favori Excellentiae vestrae me submisse devoveo, futurus semper, illustrissime et excellentissime domine,

    illustrissimae Excellentiae vestrae addictissimus servitor,
    H. Appelboom.

    Amstelodami, 12 Septembris 1644.

    Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 20 Sept.

    Notes



    1 - Hs. Den Haag, ARA, Eerste afd., coll. Hugo de Groot, aanw. 1911 XXIII no. 15 (1644, 32). Eigenh. oorspr. Antw. op no. 7023, beantw. d. no. 7063.
    2 - Grotius' brief van ‘IX’ of ‘19’ augustus (no. 7023) was in werkelijkheid op 27 augustus geschreven.
    3 - In een eerste reactie op de mars van de Zweedse hoofdmacht naar Bad Oldesloe had de keizerlijke bevelhebber Matthias, graaf Gallas, zijn onderbevelhebbers opgeroepen om over Celle naar Maagdenburg te marcheren. Hijzelf zou in de omgeving van Lauenburg aan de Elbe op nadere orders van de keizer wachten. Begin september trok hij met zijn troepen naar Stendal (Doc. Boh. VII, p. 137 no. 398 en p. 138 no. 402).
    4 - Bardowick, ten noorden van Lüneburg. Aartsbisschop Frederik van Bremen, generaal van het Deense leger, herinnerde zijn soldaten aan hun plicht om het grondgebied van koning Christiaan IV te verdedigen; vgl. Doc. Boh. VII, p. 130 no. 373, p. 132 no. 378 en p. 138 no. 402, en Fridericia, Danmarks ydre politiske historie II, p. 402-403.
    5 - Tijdens hun mars over Mölln naar Lauenburg aan de Elbe kwamen de keizerlijken dicht in de buurt van de Zweedse kwartieren te Ratzeburg; zie no. 7035.
    6 - De Zweedse opperbevelhebber Lennart Torstensson volgde aanvankelijk een oostelijkere route. Zijn manschappen marcheerden van Ratzeburg over Gadebusch naar de versterkte plaatsen aan de Elbe (Boizenburg, Lauenburg en Dömitz) (Doc. Boh. VII, p. 132 no. 378 en p. 134 no. 386).
    7 - Het Zweedse expeditieleger van generaal-majoor Hans Christoph, graaf van Königsmarck, had zich verzekerd van de strategisch belangrijke stad Torgau aan de Elbe (Doc. Boh. VII, p. 137 no. 398).
    8 - De bijlage met Appelbooms vertaling van de brief van de Zweedse veldmaarschalk Lennart Torstensson ontbreekt.
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]