eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    96

    7116. 1644 oktober 29. Aan N. van Reigersberch.1

    Denzelven brief [van 29 oktober] aan zijn zwager begon hij met deze woorden:

    De koninginne-regente is hier weder gekomen in 't koninglijk paleis,2 alwaar de kardinaal Mazarini mede is gelogeert,3 om geduurende zijne zwakheit niet van nooden te hebben te gaan van de eene plaats naar de andere. De hartog van Orleans, de prins van Condé4 en de hartog van Anguin5 zijn hier mede. Eergisteren heb ik de gelukwensching gedaan aan de koninginne-regente van de groote conquesten in Duitslandt,6 geprezen de goede ordre en ook de brieven bij haar Majesteit geschreven aan de princen van het Rijk;7 en aangedrongen het vermeerderen van het leger in Duitslandt.

    De Fransche veroveringen sterkten hem met reden in de goede verwachting voor het Paltzische huis.

    De koninginne-regente ... heeft den marquis van Baden8 in zijn goet herstelt; waarom hoop is dat zulks ook aan den keurvorst Paltsgraaf zal geschieden, en word daarover dagelijks in den raad overleg gehouden.9

    't Geen hij nevens verscheidene aanmerkelijke zaken verder in dien brief schreef, leest men met deze woorden:

    97

    Het schijnt dat men hier goede verzekering wil hebben dat zijn keurvorstelijke Hoogheit haar met de zaken van het parlement van Engelandt niet zal bemoeien.10

    Innocentius den X ... liet ... terstont op zijne munt11 dit opschrift stellen:

    Fiat pax in virtute sua - daar worde vrede in zijne kracht -.12

    Notes



    1 - Gedrukt Brandt-Cattenb., Leven II, p. 369 en p. 371. Mogelijk tezamen met no. 7115.
    2 - Anna van Oostenrijk en haar zonen koning Lodewijk XIV en Philippe, hertog van Anjou, hadden de herfst- en wijnmaand doorgebracht in het paleis te Fontainebleau. Op de 25ste oktober namen zij weer hun intrek in het ‘Palais-Royal’ (Gazette 1644, no. 133, dd. 29 oktober 1644).
    3 - Eerder had het hof aangekondigd dat kardinaal Jules Mazarin zijn gezondheid hoopte ‘te becomen’ in het buitenhuis van maarschalk François, baron van Bassompierre, in de Parijse voorstad Chaillot (Chaliot) (no. 7104, en Journal d'Olivier Lefèvre d'Ormesson I, p. 223 en p. 226-227).
    4 - Gaston van Orléans (‘Monsieur’) en Henri II de Bourbon, prins van Condé, hervatten hun werkzaamheden in de ‘Conseil d'Etat’.
    5 - Louis II de Bourbon, hertog van Enghien, werd binnengehaald als de held die de Zwabisch-Beiersen uit hun steunpunten in Baden, Württemberg en de Palts had verdreven (Gazette 1644, no. 129, ‘extraordinaire du XIX octobre 1644’).
    6 - Koningin Anna van Oostenrijk bood de Zweedse ambassadeur op donderdag 27 oktober de gelegenheid aan om zijn gelukwensen uit te spreken met de Franse overwinningstocht langs de Rijn. Grotius hield zijn toespraak ‘ongedekt’ (zonder hoed) (Acta pacis Westphalicae; Die Französischen Korrespondenzen I, p. 608-609).
    7 - Vgl. no. 7091. De tweede Franse uitnodiging aan de Duitse vorsten en standen om vertegenwoordigingen naar Munster en Osnabrück te zenden, dd. 4 (14) september 1644. In feite stond de brief op naam van koning Lodewijk XIV.
    8 - Frederik V (1594-1659), markgraaf van Baden-Durlach, trouw bondgenoot van Zweden en Frankrijk, kon na het verlies van bijna al zijn landen, nog slechts in naam rechten op enkele territoria in de Breisgau laten gelden. Na de slag bij Freiburg im Breisgau (3, 5 en 10 augustus 1644) en de verovering van Philippsburg namen de Fransen zijn zaak meer ter harte (Acta pacis Westphalicae; Die Französischen Korrespondenzen II, p. 527-528).
    9 - De Paltsische agent (Johann) Friedrich Pawel von Rammingen had Grotius ingelicht over het verloop van zijn besprekingen aan het hof van Fontainebleau (nos. 7081 en 7094). In werkelijkheid waren de Fransen geenszins van plan om hun veroveringen in de Palts onder het keurvorstelijk gezag van prins Karl Ludwig te plaatsen (Acta pacis Westphalicae; Die Französischen Korrespondenzen I, p. 557, p. 583, p. 592 en p. 614).
    10 - De Fransen wantrouwden de ‘Motives and reasons’ van de reis van prins Karl Ludwig van de Palts naar Londen (CSP Ven. 1643-1647, p. 148, en Acta pacis Westphalicae; Die Französischen Korrespondenzen I, p. 557).
    11 - Hier wordt misschien gedoeld op een munt geslagen ter gelegenheid van de kroning van paus Innocentius X op 4 oktober 1644; vgl. Pastor, Gesch. Päpste XIV 1, p. 27 n. 1, en Corpus nummorum Italicorum XVI, Roma, Tav. XVIII-XIX.
    12 - Psalmen 122 (121): 7: ‘Fiat pax in muris tuis, et securitas in turribus tuis’.
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]