Mon frère,
Ick danck uE. van de advysen ende assistentie aen mijn huisvrouw.
Wij en weten niet, wat hier van de saecken werden sal. Men seit het huwelijck van 's conings broeder2 met de suster van Lorraine3 alrede is voltrocken, een periculeuse saecke voor haer, alsoo het lichtelijck mettertijdt soude connen werden geannulleert ende in alle gevalle tegen wille van den coning geschiet sijnde geduirende des conings leven niet veel voordeels nochte plaisirs sal geven. Den coning seit in Augusto nae de frontieren te willen. Den prins van Pfalsburg4, die lichtinge doet in Lorraine ende Duytschlant, doet den coning verseeckeren daerin niet te sijn tegens sijnen dienst ende soo de coning daerover ombragie soude nemen, dat hij bereidt is de commissie gecasseert aen den coning te leveren. Evenwel hout men het daervoor, dat 's conings broeder niet alleen een regiment de guardes voor hemselve heeft geformeert, maer staet maect van tyen duisent man bijeen te brengen, dewelcke hebbende hij toeval hoopt uit Vrancrijck door de glants van sijne fortuine ende de onlusten tegen den cardinael5, die met Bretagne, soo men seit, hem niet genoegende oock het particuliere gouvernement van Brest soect nae hem te slepen, om sich op alle manieren te verseeckeren. Dese inlandsche beroerte geven wel eenige reden aen den coning om de saecken van de steden in het rijck te behartigen ende den keiser6 werck te geven, opdat hij hem met des broeders saecke niet en moeie, maer de distractie van de macht ende de sorge van deghenen, die regieren voor haer eigen conservatie, sal sulcx niet wel toelaeten, te meer alsoo in Duitschlant questie is van de geestelijcke goederen, om welcke oorsaecken den coning eerst het oorlogh in Bearn heeft begonnen schijnende niet wel redelijck te sijn, dat
424
hij andere verhindere te doen hetgunt (hij) selve redelijck heeft gevonden; dan hetgunt ick boven alle dese redenen apprehendere is, dat die regieren haer om geen ding quaelijck willen stellen met Rome, 'twelck oock de reden is, waerom onlancx père Souffran7 suspect sijnde 's conings conscientie evenwel is gebleven in handen van de jesuyten.'t Is wat, dat men den ambassadeur van Sweden8 gelt geeft ende lichtinge toelaet, niet bij autorisatie, maer bij oogluickinge, doch hetgunt soo geschiet can nae de occurrentie lichtelijck verandert werden, 'twelck den coning van Sweden wel considererende buiten twijffel hemselve sal meten met sijn eigen maet.
De Engelschen willen hier niet geloven 'tgunt men seit van haer equippage tot dienst van Spaignie.
Ick bidde om mijne gebiedenisse aen de vrunden.
Den 17 July 1631.
UE. dienstwillige
Adres: Mijn Heer Mijn Heer Reigersberg, raedt in den Hoogen Raide in Hollant in 's Gravenhage.
In dorso schreef Reigersberch: broeder de Groot den 4 (sic) Iuly tot Paris.