eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    270

    2307. 1635 oktober 11. Aan N. van Reigersberch1.

    Mon frère,

    Gisteren ontfing ick uE. bryeff van den XXIIII2; dat de mijnen eenige maelen wat laeter zijn ter hande gecomen, meen ick, dat gebeurt is, eer dat ick deselve gesonden had over Zeelant. Andersins heb ick deselve veel tijds bestelt door mijnheer Camerarius3, dye ick weet nyet naelaetigh zijn. Deselve continueert mij te adviseren, dat Aisma suspect4 is. Waerom ick alsnoch wensche Irenaeus5 daer conde gebruyckt werden ende wat goeds medebrengen.

    't Sal mij lieff zijn, dat voor de visscherije wel werdt gesorght, al waer het maer om dye van Rotterdam, dye ick hoope mij nyet langer en sullen willen slepen. Van Hanno6 is mij lyeff. Ick wensch hem goed succes ende doe mijne gebyedenisse. 't Waer goed, dat de geschillen met dye croon eens gebracht waeren in goede termen. 't Voornemen van de Engelschen is de zee te bevrijen van alle hostiliteyt. Dat loopen nae volck sal apparentelijck sijn een voltrecking van 't accoord, dat de Engelsche coopluyden gemaeckt hebben met de Spangaerden van gelt ende volck over te voeren.

    Nae de laeste tijding van victorie hebben wij andere gehadt van twee treffen, waerdoor Galas7 met de heele macht op de Franchoysen zijnde gevallen deselve in de vlucht heeft geslagen, soodat den cardinael8 met hertogh Barent9 ende d'heer van Feuquière10 - dye beyde zyeck zijn - haer hebben geretireert te Mets. De Sar is nu tuschen de Franchoysen ende Galas. Den coning11 zijn ..... becomen hebbende op genade ende ongenade ende vijftien burgers hebbende gereserveert met den doot te mogen straffen, heeft in plaetse van dyen IIII Cm gulden genomen, dye plaets nyet sterck zijnde heeft ten uyterste geopiniastreert, een teycken van een groote affectie van de Lorrains tot haer prins12. Galas heeft zijn canon met dye leste [s]lagh weder becomen ende genomen 't canon ende bagagie van den cardinael de la Valette. Men soeckt het gebroocken leger te redresseren. De Croaten loopen tot ontrent Mets ende hebben dese dagen een quartier der Franchoysen opgeslagen. De adel, dye uyt crachte van den ban ende arrière-ban bij den coning is, can de costen nyet langer draegen ende sal te meer nae huys loopen, indyen den coning selve, soo men seyt, herrewaert comt, soodat ick weynigh apparentie zye om hertogh Carel, dye te Rembervillers wel is gerescoucheert, off op te slaen off, 't welck men voorgaf, de vivres af te snijden.

    271

    Men roept hyer van het belegh van Valence, maer dye de saecken van Italiën best weten, gelooven 't nyet. De Grisons willen in vrede blijven met Tirol. Alcaeus13 ende Stesichorus14 zijn hyer gehaet als de pest. Ende Pindarus'15 werck gaet nyet wel. Eusebius16 heeft dese dagen geseyt aen dat van Venetië17 dat het nyet wel en sal gaen, tenzij Calaber18 soo haest hij [bij] Cimon19 is, vijff, ses personen het hooft afslaat20. Op Numaes21 volck schijnt het meest gemunt, omdat zij nyet genoech van Simonides22 gegeven hebben. Justinus23 weet wel, wat daerop te seggen valt ende twijffelt nyet, off Gracchus24 sal wijsselijck gaen.

    Men roept hyer oock zeer over Dorp25. Men hout het daervoor, dat den hertog van Nyenburgh26 hyer is onbekent. Ick hoor Manlius27 zeer onlustigh is.

    Ick heb nu soo datelijck gewest bij Eusebius. Hij geeft Thucydides28 goede woorden. Maer wij zijn twee jaer aen het solliciteren ende daerentusschen vergaen veele occasiën.

    Ick bid uE. te gedencken nyet alleen de saecke van Rotterdam29, maer oock van mijne boecken ende papieren. Ende alsoo mijn oudste soon30 beter als d'andere schijnt genegen te zijn tot de navigatie, wilt dencken, off hij nu wat geoeffent zijnde soude connen reysen met eenige eerlijcke qualiteyt om mettertijdt eenigh advancement van Sweden ofte van ons landt in de zeesaecken, daer veel aenhanght, te connen vinden.

    Dewijle uE. dit jaer nyet en heeft connen overcomen hoop ick, dat het sal zijn het toecomende jaer. Ick moet dat noch eens verhaelen, dat mij zeer soude behagen het employ van Constans' broeder31 bij den man van Sophi32. Wilt doch daerop letten.

    Mijne gebyedenisse aen de bekende heren ende vrunden.

    Den XI Oct. n. st. 1635.

    272

    Nae alle apparentie can ick nyet and (e)rs oordeelen, off Neeff33 ende V(ind)ex34 zijn wel tesamen om Pindarus bij Mustafa Bassa35 lang te doen leven.

    Nae de Nederlandsche historie van Bentivoglio36 is noch eene en (?) uytgecomen van een jesuyt Famianus Strada37, dye uyt het huys van Parma enige goede memorie heeft becomen, maer is zeer tegen de memorie van prins Willem38, dewelcke hij alle de schuldt geeft van de troublen.

    Adres (met andere hand): Mijn Heere Mijnheer Reigersberg, raet in den Hogen Raede in Hollant in Den Hage.

    In dorso schreef Van Reigersberch: Broeder de Groot, den XI Octob. 1635 wt Paris.

    Notes



    1 - Hs. Amsterdam, UB., coll. RK., H 19 b. Eigenh. oorspr. Niet ondertek. Antw. op no. 2288; beantw. d. no. 2321.
    2 - No. 2288.
    3 - Ludwig Camerarius, Zweeds gezant in Den Haag.
    4 - Foppe van Aitzema, resident van de Republiek te Hamburg. De woorden: ‘Aisma suspect’ staan in de tekst in cijfercode: 27.37.32.23.49. 67.93.34.47.33.12.68. met de ontcijfering door Van Reigersberch erboven geschreven.
    5 - Pseudoniem van Nicolaes van Reigersberch.
    6 - Schuilnaam voor Cornelis van der Myle; Van Reigersberch heeft erboven geschreven: van der Myle. Het betreft de benoeming van een gezant naar Engeland; niet Van der Myle werd benoemd, doch Cornelis van Beveren uit Dordrecht.
    7 - Matthias, graaf Gallas, keizerlijk bevelhebber.
    8 - Louis de Nogaret d'Epernon de La Valette.
    9 - Bernhard, hertog van Saksen-Weimar.
    10 - Manasse de Pas, markies van Feuquières.
    11 - Lodewijk XIII van Frankrijk.
    12 - Karel IV, hertog van Lotharingen.
    13 - Codewoord voor bestand.
    14 - Codewoord voor vrede.
    15 - Codewoord voor oorlog.
    16 - Schuilnaam voor De Richelieu.
    17 - De woorden ‘dat van Venetië’ staan in de tekst in cijfer: 277.928. 115. 69.72.78.33.38.110. met de ontcijfering door Van Reigersberch erboven geschreven. Bedoeld is Alvise Contarini di Nicolo, Venetiaans gezant in Parijs.
    18 - Schuilnaam voor Frederik Hendrik.
    19 - Codenaam voor de Geunieerde Provinciën.
    20 - De woorden ‘het ... afslaat’ staan in de tekst in cijfer: 57.33.38. 14.42.217.13.38.27.13.76.45.95.77. met de ontcijfering door Van Reigersberch erboven geschreven.
    21 - Codenaam voor de Palts.
    22 - Codenaam voor geld.
    23 - Pseudoniem van Grotius.
    24 - Schuilnaam voor Frederik Hendrik.
    25 - In de tekst in cijfercode: 44.91.66.82. met de ontcijfering door Van Reigersberch erboven geschreven. Het betreft Filips van Dorp; zie over hem V no. 2111, p. 493 n. 3.
    26 - Paltsgraaf Wolfgang Wilhelm, hertog van Neuburg en Jülich-Berg.
    27 - Adriaen Pauw; vgl. no. 2301, p. 260 n. 3.
    28 - Pseudoniem van de Zweedse rijkskanselier Axel Oxenstierna.
    29 - Het betreft Grotius' pogingen zijn achterstallige salaris als pensionaris van Rotterdam alsnog uitbetaald te krijgen.
    30 - Cornelis.
    31 - Nicolaes van Reigersberch; Constans is een pseudoniem van Maria van Reigersberch. Ter zake vgl. no. 2301, p. 262.
    32 - Axel Oxenstierna; Sophi is een codenaam voor Zweden.
    33 - Schuilnaam voor Frederik Hendrik; vgl. J. Fox, Hugo de Groot en de Gravin van Hohenlohe-Langenburg in Nederl. Archievenbl. 1962, p. 40.
    34 - Codenaam voor Frankrijk.
    35 - Codenaam voor de Zuidelijke Nederlanden; voor Pindarus zie p. 271 n. 3.
    36 - Kardinaal Guido Bentivoglio (†1644), vertrouweling van Urbanus VIII, schreef o.m. Della Guerra di Fiandra, waarvan het eerste deel (10 boeken) in 1633/4 te Keulen was verschenen; in 1636 volgde, eveneens te Keulen, het tweede deel (6 boeken) en in 1639 wederom te Keulen het derde deel (8 boeken). Hij was ook de schrijver van Relazioni di G. Bentivoglio in tempo delle sue nunziature di Fiandra e di Francia. Anversa 1629.
    37 - R.P. Famiani Stradae Romani E Societate Iesv De bello Belgico Decas prima Ab excessu Caroli V Imp. Vsque ad initia Praefecturae Alexandri Farnesii Parmae, ac Placentiae Ducis III. Antverpiae, Typis Ioannes Cnobbari, M.DC.XXXV; de eerste druk is van 1632 te Rome. Het werk is herhaaldelijk herdrukt en werd in 1647 gevolgd door Famiani Stradae Romani E Societate Iesv De Bello Belgico Decas Secvnda Ab initio Praefecturae Alexandri Farnesii Parmae Placentiaeqve Dvcis III. An. M.D.LXXVIII. Vsque ad An. M.D.XC. Cum Privilegiis. Romae, Ex Typographia Haeredum Francisci Corbelletti, MDCXLVII. De jezuiet Faminius Strada was in 1572 te Rome geboren en overleed in 1649.
    38 - Willem I, graaf van Nassau, prins van Oranje.
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]