eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    484

    3202. 1637 augustus 8. Aan N. van Reigersberch1.

    Mijn Heer,

    UE. brief van den 29 Iuly2 is mij over twee dagen behandight.

    Ick sie wel uit de autheurs van die commissie, dat ick mij voor Heu[f]d3 soo wel als voor anderen sal moeten wachten. Heb oock andere teickenen daertoe.

    Soo iet vorder passeert in de saeck van Urbanus4 ende Utrecht5 sal blijde sijn sulcx te verstaen. Van 't succes van Breda heb ick niet getwijffelt ende sie garen, dat alles daertoe coöpereert.

    UE. sal verstaen hebben de niet min vorsichtige als cloeckmoedige retraicte van den heer maerschalck Banier6. Hij can hem nu als hij wil vougen met de heer Wrangel7 ende, als 't noodt sal sijn, Pomeren te samen defenderen. Aen een goede paix, als wij die begeeren, sal 't ons niet gebreecken.

    Die van Vranckrijck8 doen ons hoopen dat hertogh Bernhard nu gaet over Rijn9. Wij sullen sien.

    'T gunt uE. mij doet weten van de Haegsche predicanten toont (?) waer te sijn, dat ick gelove, dat men met alle maniere de onwettelijcke actiën soeckt staende te houden. Ick sal voor mijn reputatie wel sorgen ende die boosen niet een haer toegeven.

    'T geeft mij wonder dat ick van Rotterdam10 ende van mijne soon Peter11 niet en hoore.

    Ick heb garen gesien de verantwoording van den eertsbisschop van Canturbery12, gedaen in de Stercamer, ende de hooge verseeckering die hij doet van geene inclinatie te hebben tot het pausdom. Ick gelove, dat het oock soo is ende dat sijne intentie alleen is alle hevige ende bittere manieren van bidden ende van predicken te beletten ende in de ceremoniën een eenpaerige geschicktheit te maincteneren. De harangue soude wel dienen overgeset in 't Hollandsch.

    Bij mij is geweest een predicant van Egmont13 hebbende affairen te Straes-

    485

    burg door het overlijden van d'heer Brederodius14. Verhaelde mij de miserie van de landluiden overal in Hollant, ende seide, dat Cats15 opentlijck seit de moeiten hem te willen ontslaen, alsoo alles niet deucht. Ick vraegde, off Mus16 mede sulcx wilde doen; seide neen.

    Ick sie, dat hierbij de predicanten niet alleen van Charenton, maer oock anderen mons.r Rivet17 van groote passiën tegen Amiraut18 ende Testard19 werdt beschuldigt, alsoo hij de selve hebbende bij sijne eigene brieven ontlast van meest alle de poincten, die haer bij mons.r de Moulin20 te laste werden gelegt, evenwel tegen haer heeft gesocht te becomen de advysen van alle universiteiten ende scholen, waervan eenige hebben geschreven het Fransch niet wel te verstaen ende oversulcx daervan niet wel te connen oordeelen. De opinie van Cameron21 werdt de sterckste ende alle de predicanten van Charenton nemen die cours. Eenige van mons.r de Moulins vrunden toonden in de synode sulcken ijver, dat sij oock alle desen wilden afgeset hebben als onsuiver, soodat men begint te sien wat cours in soodaenige materiën de beste is.

    Piccolomini22 is weder gesont ende met sijn leger van 7000 te voet, 1800 te paerd bij Ginai de Mase gepasseert, 't welck verstaen sijnde bij den cardinael de la Valette23 ende mons.r de la Milleray24 sijn gegaen met 4000 ruiters, 3000 man te voet, acht stucken canons, eten voor acht25 dagen, om hem te soucken, soo occasie is, te slaen - soo men ons seit - ende dan weder te comen nae haer groot leger, gelaeten onder monsieur de Candale26.

    In Italië gaet niet om. Den Spaignaerd is geretrencheert bij Aste, 't volck van Savoye nae daer bij, sonder schermutsinge. Maer het Montferrat werdt van beide sijden deerlijck geruïneert.

    Die van Genes sullen haere coopmanschappen, die in de Hollandsche schepen sijn geweest, niet wedercrijgen ende vresen meerder brouillerie met Spagnië, omdat sij de toevoer van coren nae 't Spaensche leger ende eenige plaetsen van het Spaensche gebiet, door eigen noodt, soo sij seggen, hebben verboden.

    Den paus27 schijnt dit jaer uit niet sullen leven, heeft 400 Corsen doen comen binnen Rome om hem te stercken tegen den cardinael de Medices28, die aldaer

    486

    met groot gevolg was gecomen. De Moren hebben Marugi gesaccageert op de custen van Tarento.

    De Grisons keeren weder van Milan triompherende over de Valtilonoisen, doordien haer de souveraineteit met de jurisdictie is toegestaen, sonder van het toelaeten ofte het verbieden van de religie iet te seggen.

    De Switsersche capiteinen claegen seer, dat sij vanwegen Vrancrijck niet en werden betaelt, maer bij monsieur de Bulion29 gewesen aen den ambassadeur30 in Switserlant, die seit geen ordre te hebben. Basel sterckt haer garnisoen sijnde bij de keiserschen beset met twee forten.

    Ick verstae de Polen oock staen nae den handel in Persië. Alle die dingen willen die zijde duir maecken.

    Vaert wel.

    Den 8 Augusti 1637.

    Adres: ... Mijn Heer Reigersberg, Raed in den Hoogen Raide in Hollant In Den Hage.

    In dorso schreef Van Reigersberch: broeder de Groot, den 8 Aug. 1637 wt Paris.

    Notes



    1 - Hs. Amsterdam, UB., 30 B 2. Eigenh. oorspr. Niet ondertek. Beantw. d. no. 3219.
    2 - Ontbreekt.
    3 - Johan Hoeufft, Parijse bankier; hij verzorgde de financiële belangen zowel van Zweden als van Frankrijk. De naam staat in cijfer: 9.24.1.10., met door Van Reigersberch erboven geschreven: Heud.
    4 - Codenaam voor Amsterdam; Van Reigersberch heeft de naam van de stad erboven geschreven.
    5 - In de tekst in cijfer: 1.70.45.24.38.37.95.780.870., met de ontcijfering door Van Reigersberch erboven geschreven.
    6 - De Zweedse veldmaarschalk Johan Gustavsson Banér; vgl, ter zake no. 3188.
    7 - Herman Wrangel, Zweeds veldmaarschalk.
    8 - De woorden ‘die van’ staan in code (טיא) en ‘Vranckrijck’ in cijfer (313.), met de ontcijfering door Van Reigersberch erboven geschreven.
    9 - Bernhard, hertog van Saksen-Weimar. Het woord ‘dat’ staat in code (ד), de woorden, ‘hertogh Bernhard nu gaet over Rijn’ in cijfer: 265. 21.1. 11.23.50.70. 20.64.82.71. 45.6.31.73., met door Van Reigersberch erboven geschreven: ‘dat -- nu gaet over Riin’.
    10 - Het betreft de pogingen door en namens Grotius ondernomen om hem zijn salaris als pensionaris van Rotterdam alsnog te doen uitbetalen.
    11 - Grotius' tweede zoon Pieter was na een studieverblijf in het vaderland op thuisreis.
    12 - William Laud; zie voor de bedoelde verantwoording no. 3199, p. 481 en n. 4 aldaar.
    13 - Lodewijk van Egmond. De naam van de predikant heb ik niet kunnen vinden.
    14 - Pieter Cornelisz. van Brederode, Staats agent in Duitsland en rechtsgeleerde.
    15 - Jacob Cats: de naam staat in cijfer: 12.23.95.94, met de ontcijfering door Van Reigersberch erboven geschreven.
    16 - Cornelis Musch; de naam staat in cijfer: 16.1.2.801.938. met de ontcijfering door Van Reigersberch erboven geschreven.
    17 - De Leidse hoogleraar in de theologie André Rivet.
    18 - Moïse Amyraut; zie over hem VI. p. 185 n. 16.
    19 - Paul Testard, sieur de La Fontaine, predikant te Blois.
    20 - De Franse theoloog Pierre Dumoulin.
    21 - Over John Cameron zie men IV, p. 4 n. 5.
    22 - Ottavio d'Arragona, prins van Piccolomini, hertog van Amalfi, bevelhebber in het leger van keizer Ferdinand III.
    23 - Louis de Nogaret d'Epernon de La Valette.
    24 - Charles de La Porte, markies van La Meilleray.
    25 - De uitgave der Oxenst. Skrifter geeft in brief no. 3196 dd. 6 augustus aan Axel Oxenstierna 6 in plaats van acht, evenals de editie der Epist. van die brief.
    26 - Henri de Nogaret de Foix de La Valette, hertog van Candale.
    27 - Urbanus VIII; hij overleed in 1644.
    28 - Carlo de Medici.
    29 - Claude de Bullion, sieur de Bonelles, surintendant des finances.
    30 - Blaise Méliand; zie no. 3196, p. 476 n. 1.
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]