eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    3302. 1637 oktober 17. Aan N. van Reigersberch1.

    Mijnheer,

    Ick en heb dese mael van uE. niet gehadt nochte van iemant uit Hollant, 'twelck mij wonder geeft.

    Monsieur Euskercke2 is noch sieck, niet sonder groot peryckel.

    Ick wacht uE. tijdinge van Caesar3.

    Wij verwachten hier mijnheer den prins van Condé4, die men seit gesonden sal worden nae Guyenne off Languedoc cum maiore quaqua erit imperio.

    De doot van den hertogh van Savoye5, die maer negen dagen sieck is geweest, ende meteene van den comte de Verrue6, sijne favoryt, meent men dat Vrancrijck niet en sal hinderen, alsoo 't beleit van den hertogh voos ende suspect was. De weduwe7, die, soo men seit, over de kinderen8 ende landen regente is gestelt, altijd geaffectionneert geweest tot Vrancrijck, de macht van Vrancrijck sal van doen hebben tot haer appuy ende van Spaignië niet goeds en heeft te verwachten, alsoo haer mans broeders, die haer veel onlust hebben aengedaen, sooverre, dat sij oock de wettelickheit van haere kinderen in twijffel hebben getrocken, sijn d'eene generael van een Spaensch leger9, d'ander protesteur van Spaignië tot Rome10.

    De Fransoisen hebben Maubeuge goed gevonden te verlaeten ende twee legers, van den cardinael de La Valette11 ende van Candale12, sijn t'samengevoecht bij Landrecis, 'twelck Picolomini13 door D. Iean de Viveros14 tevergeefsch heeft gesocht te beletten. In twee attaquen, die de Spaignaerden de Fransoisen in 't passeren hebben aengedaen, d'een bij Vau, d'ander bij Pont sur Sambre, sijn ontrent 150 Fransoisen gebleven.

    Den hertogh van Longueville15 belegert Chaussin ende sent, soo men ons seit, aen hertogh Bernhard16 drie regimenten maeckende tweeduisent vier hondert man. Van haer arrivement is noch geen tijding ende souden wel onderwege wat mogen crimpen.

    653

    Bij Dampvillers is men besigh om de gracht te vullen. Wij wachten seer op 't veroveren van die stadt, opdat alsdan een deel van dat leger volgens des conincx17 belofte mogen gaen nae hertogh Bernhard.

    Van de slagh van Leucate verstaen wij wat naerder seeckerheit door brieven van den achtste uit Narbone: deselve is geschiet den 28 September; heeft vijf uiren geduirt tot in de nacht. Cerbellon18 heeft hem wel gequeten ende de Fransoisen soo wel, dat duisent van haer gequetst sijn, de dooden ten wedersijde niet boven de vijfhondert. 's Nachts nae de slagh hebbende de Spaignaerden haere retrenchementen, die treffelijck waeren, ende geschut verlaeten, wel te pas voor de stadt, die alrede open sijnde door een bresche geen drie dagen en conde harden. Ende Cerbelon was verwachtende verstercking van vierduisent man, die nu nae dat ongeluck bij hem sijn gecomen. Hij hout hem niet verre van daer onder de Pirenesche bergen. De Fransoisen hebben het buspoeder ende crijgstuig op den vijant becomen laeten verstroyen ende de soldaten siende, dat de capiteinen nae de victorie gelt ontfangen hebbende haer niet en geven, verloopen seer.

    Ick sende uE. een waerachtigh verhael van 'tgunt gepasseert is in de tijdt van de t'samenvouginge van 't leger van Maubeuge ende van Landrecis19 veel verschillende van het gedruckte20, 'twelck ick heb gesonden aen mijnheer Camerarius21.

    Men onderhout hyer de gemeente soo men can.

    Den XVII october nieuwe stijl XVIcXXXVII.

     

    Den jongen hertogh van Mantua22 heeft negen jaeren, die van Savoye23 niet meer als vijf. Uit dit laeste volgt eene lange regence, de naeste vrunden uit dat lant gesloten, de Spaignaerd niet sullende willen lijden den Fransoisen in den inganck van Italië ende hieruit apparentie van een lang oorlogh.

    In dorso schreef Van Reigersberch: Broeder de Groot, den 17 octob. 1637 wt Paris.

    Notes



    1 - Hs. Amsterdam, UB., coll. RK, R 5 m. Eigenh. oorspr. Niet ondertek.
    2 - Johan van Euskercke, gezantschapssecretaris te Parijs.
    3 - Codenaam voor Rotterdam; het betreft de pogingen door Grotius en voor hem ondernomen om zijn achterstallige salaris als pensionaris van Rotterdam alsnog uitbetaald te krijgen.
    4 - Henri de Bourbon, prins van Condé.
    5 - Vittorio Amedeo, gestorven op 7 oktober 1637.
    6 - Manfredo Scaglia, graaf van Verrua.
    7 - Christine, zuster van Lodewijk XIII van Frankrijk.
    8 - Zie voor hun namen no. 3297, p. 642 n. 2.
    9 - Tommaso Francesco van Savoye, prins van Carignano.
    10 - Kardinaal Maurizio van Savoye.
    11 - Louis de Nogaret d'Epernon de La Valette.
    12 - Henri de Nogaret de Foix de La Valette, hertog van Candale.
    13 - Ottavio d'Arragona, prins van Piccolomini, hertog van Amalfi.
    14 - Juan de Vivero, commissaris-generaal van de cavalerie.
    15 - Henri d'Orléans, hertog van Longueville.
    16 - Bernhard, hertog van Saksen-Weimar.
    17 - Lodewijk XIII.
    18 - Johann, graaf van Cerbellon -Giovanni Serbelloni-.
    19 - Ontbreekt.
    20 - Zie no. 3300, p. 649 n. 4.
    21 - Ludwig Camerarius, Zweeds gezant in Den Haag; vgl. no. 3300, p. 646 n. 6.
    22 - Carlo III Gonzaga, hertog van Mantua.
    23 - Francesco Jacintho (1632-1638) van Savoye.
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]