150
Mijnheer,
Met de comste van de coninginne is hier in deliberatie gebracht van een ambassade naer Engelant te senden, waertoe alle de provintiën immers haer gedeputeerde ter vergaderynge van de Staten-Generael sijn gedisponeert behalven Hollant, daer in de Staten, die nu vergadert sijn, sooveel consideratiën vallen dat sij daerover met hare principalen consulteren. De brieven van de heer Joachimi, daerbij voor desen is geadviseert dat het parlamen(t) geen tusschenspreecken van dese landen aengenaem soude wesen, maeckt veele difficyl die meenen de ambassade wort aengeleyt om den coninck tegens het parlament te stijven ofte sijne Majesteyts voordeel te procureren.2 Effen sal dit voornemen bij Hollant niet afflopen. Evenwel heeft het apparentie, dewijle ongetwijfelt de coninginne het garen sal sien, voort moet gaen.
In Engelant verwijderen de saecken meer ende meer. Den conynck versocht om tot Londen te commen, heeft geantwoort dat hij daer noch met eere noch met seeckerheyt wesen kan.3 Daer wort gemeent sijne Majesteyt toeval van de Schotten hoopt. Het parlament, dat het beleyt van wapenen ende gesach over de frontieren ende militie sonder limitatie van tijt heeft begeert, heeft daerin oppositie van 17 heeren in het Hoge Huys gevonden. Ende de meyer ende oldermans van Lonnen, die hadden geremonstreert sulckx onredelijck was, sijn bij het parlament alle gedeporteert, hebbende vorder de electie van oldermans aen de gildens gebracht. Dickby, voor desen ambassadeur gedestineert in Vranckrijck, wiens brieven, daer ick voor desen van hebbe vermaent,4 in het parlament sijn gelesen, is geciteert ende heeft niet min te verwachten als een sententie van hoochverraet met confiscatie van goederen. De gevangen biscoppen sijn met confiscatie van goederen gedeporteert.5 Alles loopt tot extremiteyt.
Hier sal nu worden geresolveert, wat den staet tot een huwelijckxgifte aen prins Willem sal geven. De ambassadeurs die het huwelijck hebben ge contracteert, hebben al liberael gesproocken, wel van 50000 gulden jaerlijckx,6 dan sonder weten ende last van die het souden moeten betalen, ende soo dat moste worden gepresteert, souden voor de betalynge moeten sorgen. Maer den conynck heeft bij contracte niet willen stipuleren ende alles laten ter discretie van den staet. Hollant siende veele provintiën tot haren coste de liberale willen speelen, sijn geresolveert hetgene sij willen geven apart ende op haerselven te geven, latende de andere dan haer miltheyt oock gebruycken. Veele sien nu eerst het gevolch van dese alliantie ende noch en sien sij het niet al.
Rivets bouck wort alle dagen verwacht.7 Marais heeft alrede een deel aen den drucker van het sijne gesonden, dat tevoren in Rivets handen is geweest ende door de voornaemste
151
van de Franse predicanten sal worden oversien, soodat uEd. daer de wijsheyt van veele in dat een schrift vinden sal.8 Hier doet men ons geloven dat den heer cardinael sijn hant aftreckt van de middelaers ende Miletière sijn tractement is opgeseyt.9De separatie die de bewinthebbers van West-Indiën willen doen van Loan Sint Paul ende Sint Tomé,10 spruyt uyt het weynych contentement van graeff Maurits ende seggen sij die plaetsen soowel van hier als uyt Parmanbucq connen dirigeren, gelijck sij Castel del Mina11 onder haer beleyt hebben gehouden. Op de frontieren segt men de Portugesen een advantage hebben gehadt op de Spaengaerts, maer haer swacheyt is, haer te water te vreesen.
Van uEd. tweeden12 sal ick niet meer seggen dan dat het mij leet is dat uEd. sijnselven soo veel, alle de uwe soo weynych vertrout, die nochtans niet voor en hebben als uEd. ende de uwe goet te doen, ... te ... te vertrouwd.
Desen 24 Martii 1642.
Naer desen was geschreven ben ick onderrecht dat de coninginne een expressen heeft ontfangen, die tijdynge brengt dat het Laege Huys met pluraliteyt van één stemme, het Hoge Huys met contradictie van 17 stemmen, heeft verclaert den conynck een apostaet ende oorsaecke van de troubles in Engelant,13 die voor desen sijnen Raet sijn toegeschreven, den prince van Walles successeur van de croon, ende dat den conynck groot gevolch creech.
Adres: Mijnheer/mijnheer de Groot, raedt ende pensionaris van de coninginne ende crone van Sweden bij den alderchristelijcksten conynck.
Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 2 Martii [sic].
En in dorso: 24 Martii 1642 N. Reigersberg.