Mijnheer,
Men continueert hier zeer in de preparaten tot het oorlogh. Men meent aen den marescal d'Odincourt2 te doen hebben tegen het voorjaer 27 duisent man, ende de marescal de Guiche3 te zenden nae de Opperrijncant. Prince Thomas,4 den hertoch van Longueville,5 de marescaux Schomberg6 ende Desdiguieres7 werden hier verwacht.
De Fransoisen schijnen in Italië voor Seravalle8 te zullen verwinteren, ende den paus met de andere princen van Italië vresende voor een inbreuck van de Fransoisen in 't Milanees, ende schijnt dat de zaeck van Castro zal gestelt werden aen de justitie,9
De Switsers continueren te arbeiden tot de neutraliteit zoo van Cosnitz als van het
6
graefschap van Bourgogne.10 Montaigu is hier vanwegen de coninginne van Engelant.11 De meublen van de coninginne-moeder werden vercocht om de schulden te betaelen.12 Men gelooft dat den grave van Harcourt zal zijn grand escuyer de France.13 Pont-Curlai heeft ontfangen van den coning de provisie hem noodigh tot het generaelschap van de galeyen ende tot het gouvernement van Havre des Graces.14 Die de zaecken van staet in haere handen hebben zijn te Ruelle15 geweest om de papieren die daer waeren te bezichtigen. Tot de wisseling van gevangenen wil den coninck niet verstaen zonder dat oock de princesse van Carignan werde gezonden uit Spaignie nae haerer man, de prince Thomas.16 's Conincx broeder17 comt hier met permissie van den coning; zegt dat al het quaed dat hij gedaen heeft, is geschiet door raed van personen ontrent hem die den cardinael daertoe door pensioenen hadde gewonnen. Den hertoch Beaufort is in een van zijn huizen; mevrouw de Vendosme zal bij den coning audiëntie becomen.18 De hertoginne van Espernon, voordesen de La Valette, met haer dochter19 waeren volgens de generale ordre tot Diepe bij den gouverneur gearresteert, maer den coninck daervan onderrecht zijnde heeft belast dat men [die] zoude laeten gaen ende overzulcx comen zij hier. Philippe d'Aria is in faveur van mevrouw van Savoie vrijgelaeten uit het Bois de Vicenne.20 Den cardinael Mazarin onderhout de gevangenen ende uitlandigen met goede hoope.7
't Gerucht gaet dat den coning te Havres ende Brouage gevonden heeft ontrent vier millioenen.21
3 Ianuarii 1643.
In dorso schreef Reigersberch: Broeder de Groot, den 3 Ianuarii 1643 uyt Paris.