eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    7276. 1645 januari 26. Van G. Keller.1

    Hochedler, gestrenger herr ambassadeur, hochgeneigter herr vnd patron,

    Wass den 13. dieses ich von hier aus berichtet, daruff beruhts, so viel hiesigen orth belanget, annoch, ausser allein dss vff begehren der statt Strassburg2 vor deren abgesandten ein specialer passport durch die königl. Schwed. herrn legaten von den keyserl. gesucht,3 von diesen ab[e]r mit deme, dass ged[achte] statt der Prager Frieden beraits angenommen,4 dahero mit dem keyser weiter nichts zu desmesliren, v[nd] alsso sothanen passes nicht von nöthen hette, abgeschlagen worden, ohngeachtet in dem keyserl. general salvo conductu die ausstruckliche versehung geschehen, dss vff begehrenden fall die keyserl. gesandten allen v[nd] jeden stenden solche absonderliche geleitzbrieffe

    390

    ertheilen solten,5 dass alsso auch hierein der keyserl. parole directe von ihnen zu wieder gethan wirdt.

    Von Münster haben wir die nachricht, dass daselbsten die renovirte keyserl. vnd Fransösi[s]che vollmachten bereits angelanget sein, dss ab[e]r die Spanischen annoch aussbleiben,6 dessen vrsach messen selbige gesandten den Franssosen mit diesem bey, dss der jenige courrier, so mit der form des verglichnen instruments nach Madrid von ihnen spedirt, zu Paris vb[e]r die gewohnheit vnd gebühr were vffgehalten worden.7 Der Beyerische gesandter würd alss gestern zu Münster erwartet,8 so soll auch der Saphoysche nicht weit mehr von dannen,9 vnd imgleichen der stette Strassburg, Nurnberg, Frankfort v[nd] Ulm, albereits mit einander vnter wegs sein.10

    Wormit E. Exc. ich der schirmreichen obacht Gottes zu allem wolergehen ganz getrewlich empfehle,

    Ew. Excell. gehorsamber diener,
    G. Keller m.pa.

    Datum Ossnabrugk, den 16. Ianuarii 1645.

    Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 7 Febr. 1645.

    Notes



    1 - Hs. Den Haag, ARA, Eerste afd., coll. Hugo de Groot, aanw. 1911 XXIII no. 12, 123. Eigenh. ondertek. Georg Keller was secretaris van de Zweedse gevolmachtigde Johan Adler Salvius.
    2 - Het stadsbestuur van Straatsburg had in een schrijven van 30 december 1644/9 januari 1645 de Zweedse gevolmachtigden om de toezending van een vrijgeleide ter vredesconferentie verzocht.
    3 - De gezantschapssecretaris Mattias Mylonius Biörenklou bracht het verzoek op 15/25 januari ter kennis van de keizerlijke gevolmachtigden Johann Maximilian, graaf Lamberg, en Johann Baptist Krane (Acta pacis Westphalicae; Die Schwedischen Korrespondenzen I, p. 466-473).
    4 - De keizerlijken stuurden dezelfde dag de Osnabrücker deken Raban Heistermann (Heystermann) naar de Zweedse residentie met de verklaring dat Straatsburg na de vrede van Praag van 1635 de status van ‘neutrale stad’ had aangenomen en dientengevolge niet gerekend mocht worden onder de ‘confoederati et adhaerentes’ van de Zweedse of Franse kroon (Acta pacis Westphalicae; Die kaiserlichen Korrespondenzen II, p. 162, en Diarium Lamberg, p. 41).
    5 - De Zweedse gevolmachtigden hadden hun eerste uitnodiging aan de Duitse vorsten en standen (met inbegrip van de ‘mediatstände’), dd. 14/24 november 1643, vergezeld doen gaan van een in Rinteln gedrukt exemplaar van de op 28 januari 1642 door de keizer bekrachtigde vrijgeleidebrief; zie Acta pacis Westphalicae; Die Schwedischen Korrespondenzen I, p. 71-76, en Meiern, Westphälische Friedens-Handlungen I, p. 43-46.
    6 - De Munsterse bemiddelaars Fabio Chigi en Alvise Contarini hadden de koeriers twee maanden (20 november-20/30 januari) de tijd gegeven om de geëmendeerde volmachten uit Wenen, Madrid en Parijs op te halen. De Spaanse koerier was op de 21ste januari nog onderweg (Meiern, Westphälische Friedens-Handlungen I, p. 280-284 en p. 350-357).
    7 - De koerier vervolgde na het oponthoud in Parijs zijn reis. Op 31 januari stelde hij de Spaanse gevolmachtigden don Diego de Saavedra y Fajardo en Antoine Brun in het bezit van de verbeterde volmachten (Acta pacis Westphalicae; Diarium Volmar I, p. 267-270).
    8 - De Beierse gevolmachtigden Georg Christoph, vrijheer van Haslang, en dr. Johann Adolf Krebs wachtten in Hamm op de inwilliging van hun ceremoniële wensen. Als vertegenwoordigers van de keurvorst-hertog van Beieren meenden zij aanspraak te mogen maken op een ontvangst volgens hetzelfde protocol als tot nu toe in acht was genomen bij de intochten van de gevolmachtigden van gekroonde hoofden en de ambassadeur van de republiek Venetië. Later dan verwacht, op 22 februari, maakten zij hun entree in Munster (Acta pacis Westphalicae; Diarium Wartenberg I, p. 66-70 en p. 103-104).
    9 - De Savoyaardse gevolmachtigden, Claudio Gerolamo Chabod (Chabo) (1583-1659), markies van Saint-Mauris (S. Maurizio), en de Piëmontese senator Gian Francesco Bellezia (1602-1672), hadden de Franse hoofdstad op 3 januari verlaten (Acta pacis Westphalicae; Die Französischen Korrespondenzen II, p. 40). In de eerste week van februari namen zij hun intrek in het ‘Amtshaus’ te Wolbeck, ten zuidoosten van Munster (Acta pacis Westphalicae; Diarium Wartenberg I, p. 84 en p. 122, en Claretta, Storia della Reggenza II, p. 128-132 en p. 363-365).
    10 - De afgevaardigden van de rijkssteden maakten zich reisvaardig: dr. Markus Otto (Straatsburg), dr. Tobias Oelhafen (Neurenberg), dr. Zacharias Stenglin (Frankfort) en dr. Sebastian Otto (Ulm) (Acta pacis Westphalicae; Die kaiserlichen Korrespondenzen II, p. 191, p. 249, p. 252 en p. 284).