eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    7314. 1645 februari 13. Van G. Keller.1

    Hochedler, etc., hochgeneigter herr vnndt patron,

    Am vergangenen Freytag ist mons[ieur] d'Avaux wiederumb von hinnen ab- vnndt nacher Münster verreiset.2 In dem negocio pacis3 wirdt man dess nechsten mit ablegung der haubt proposition gern forthfahren, immittelst aber ist zuverwundern vnndt zubeklagen, dass die von chur-fursten vnndt ständen dess Reichss, bevorab aber von den churfursten, erwartete mehrere gesandten nicht einst anhero kommen, zumahlen bekant, wie hoch die gegenwart derselbigen, wan je dass hohe interesse dess armen Teutschlandts mit frucht beobachtet werden soll, dabey erfordert werde. Obgemellten Freytag ist m[onsieur] d'Avangour auss Franckreich wiederumb anhero kommen, vnndt strackss nach d[er] Schwed. armee fortgeraisst.4 Der wegen der Portugesischen leiche5 an den general Gleen geschickte trompeter ist noch nicht wieder zuruck gelanget, desswegen dan man noch in zweiffell stehet, wass vor eine antwort erfollgen werde?

    458

    Hiemit vnndt negst trewlichster empfhelung zu göttlichem schütz schliesse ich, verbleibend stäts,

    Ew. Excell. gehorsamber diener,
    G. Keller m.pa.

    Osnabruck, den 3. Februarii anno 1645.

    Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 27 Febr.

    Notes



    1 - Hs. Den Haag, ARA, Eerste afd., coll. Hugo de Groot, aanw. 1911 XXIII no. 12, 126. Eigenh. ondertek. Georg Keller was secretaris van de Zweedse gevolmachtigde Johan Adler Salvius.
    2 - De Franse gevolmachtigde Claude de Mesmes, graaf van Avaux, was in de avond van de 4de februari in Osnabrück gearriveerd (nos. 7301 en 7302).
    3 - Het vraagstuk van de gelijktijdige aanvang van het ‘vredeswerk’ (negotium pacis) in Munster en Osnabrück (nos. 7288, 7289, 7301 en 7302). De graaf van Avaux had de Zweedse gevolmachtigden niet tot matiging van hun harde opstelling ten aanzien van de aanwezigheid van de keurvorsten en Duitse standen kunnen bewegen. Op 10 februari keerde hij misnoegd terug van het bondgenootschappelijke overleg (supra, n. 2): ‘Tout ce que nous avons pu faire est qu'ils semblent se restraindre à la venue des ambassadeurs de Mayence et Brandebourg et des députéz du cercle de Franconie’ (Acta pacis Westphalicae; Die Französischen Korrespondenzen II, p. 123-126).
    4 - Charles Du Bois, baron van Avaugour, Frans gezant te Polen en thans militair attaché in het leger van de Zweedse opperbevelhebber Lennart Torstensson, had in Parijs de papieren in orde laten maken voor de halfjaarlijkse Franse subsidie aan de Zweden. Nadat hij Grotius in de tweede week van januari de ‘visitte’ had gedaan (nos. 7254 en 7278), voegde hij zich weer bij zijn manschappen (no. 7287, n. 10; Doc. Boh. VII, p. 174 no. 508, en Acta pacis Westphalicae; Die Schwedischen Korrespondenzen I, p. 503).
    5 - De aanhouding van de lijkstoet van de Portugese gevolmachtigde dr. Rodrigo Botelho de Moraes († 15 december 1644 te Osnabrück). De Zweedse gevolmachtigden hadden op 4 februari een koerier naar het hoofdkwartier van de keizerlijk-Westfaalse bevelhebber Gottfried Huyn, graaf van Geleen, in Dortmund gestuurd. De missie verliep succesvol, want in de tweede helft van februari gaf de graaf aan de Fürstenauer comman- dant Michael Wilhelm Kobolt von Tambach opdracht om kist en koffers over te brengen naar Osnabrück (Acta pacis Westphalicae; Diarium Lamberg, p. 43; Die Schwedischen Korrespondenzen I, p. 496-497 en p. 503, en Die kaiserlichen Korrespondenzen II, p. 201).
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]