eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    1625. 1631 april 25. Aan N. van Reigersberch1.

    Mijnheer,

    Dit schrijff ick, mijn huysvrouw staende op haer vertreck2 ende sal daerom te corter vallen, alsoo zij mijne opinie nopende de publycke saecken ende de particulieren genoech sal verclaeren ende beter dan ick die soude connen schrijven.

    Sij sal uE. oock connen laeten zyen de requeste van 's conincx broeder3, dye in het parlement niet en is gelesen ende evenwel oorsaeck is geweest dat Roger4, procureur-generael van 's conings broeder, dye deselve aen een raedsheer gegeven hadde om te rapporteren, is gevangen, hebbende ondertusschen het gerucht van deselve requeste niet weynigh geholpen om te steuyten de verificatie van de declaratie van den coning tegen deghenen, dye zijnen broeder volgen, waerop vandage zijnde gedelibereert zijnde de opinie geweest, dat het hoff sich moet informeren op de feyten in de declaratie vermelt, sulcx dat de saecke niet wel voortgang schijnt te sullen hebben, tenzij den coning, dye nu te Fontainebleau is, come in 't parlement. Sij sal uE. oock laeten zyen de laesten bryeff van de coninginne-moeder5, waerbij zij weygert te gaen nae Moulins, hoewel gedreycht zijnde, soo sij te Compiègne blijft, van harder getracteert ende nauwer bewaert te werden. Hyer is gerucht, dat 's conings broeder uyt Lorraine gaet nae Nederlant.

    Op huyden heb ick gezyen de tractaeten gemaeckt in Italië tusschen Galeasso6 vanwegen den keyser7 ende Toiras8 met Servien9 vanwegen den coning.

    'tGunt ick uE. hadde geadviseert, dat dit accoord erger was als dat van Regensburgh - waertoe het andersins is relatyff - is waer, alsoo blijckt, dat de hertogh van Savoye10 becomt meer als het derde paert van het Montferrat, drye steden Trino, Calvo, Montalto ende bij de seventich dorpen begrijpende al het corenlant van Montferrat, soodat Casal daerdoor can uytgehongert werden. Ende

    384

    den hertogh van Guastallo11 becomt het derdepaert van 't Mantuaen, waeronder Cornette, een stercke plaetse op de Po, sonder dat den hertogh van Mantua12 eenige andere plaetse op de Po behoudt. Ende dat wel te noteren is, beyde sullen zij dese stucken behouden sonder subjectie, relieff ofte reversie aen de hertogh van Mantua, in seecker recht, als den hertogh van Mantua het zijne behoudt, soodat denselven hertogh van Mantua, zijnde soo gepluckt, noch macht, noch wille en sal hebben voor Vrancrijck ende sal door dit exempel alle princen ende steden in Italië belet zijn oyt te dencken op de Fransche protectie. De Franchoysen mogen haer voortaen wel besloten houden binnen de bergen. De cardinael13 schuyft de schuldt op de coninginne-moeder ende 's conings broeder, gelijck hij oock apparentelijck sal doen, soo 't geldt aen ons volck niet sulcx en volght als belooft is.

    Vale.

    Den XXV April XVIcXXXI.

    UE. dyenstwillige broeder
    H. de Groot.

    Adres: Mijn Heer, Mijn Heer Reigersberg, raedt in den Hoogen Raide in Hollant in 's Gravenhage.

    In dorso met onbekende hand: Den 25 Apr. van de troublen van Vrankrijk.

    Notes



    1 - Hs. U.B. Amsterdam, coll. R.K. H 15 f. Eigenh. oorspr. Antw. op no. 1617?
    2 - Vgl. no. 1627, p. 385 en n. 4 aldaar.
    3 - Gaston Jean-Baptiste de France, hertog van Orléans.
    4 - Michel Roger.
    5 - Maria de Medici.
    6 - Matthias Gallas; zie no. 1558, p. 289 n. 2.
    7 - Ferdinand II.
    8 - Jean de Saint-Bonnet de Toiras.
    9 - Abel Servien; zie no. 1581, p. 324 n. 14.
    10 - Vittorio Amadeo.
    11 - Ferrante II; zie III, p. 221 n. 4.
    12 - Carlo Gonzaga.
    13 - De Richelieu.
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]