eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    6779. 1644 maart 26. Aan W. de Groot.1

    Mi frater,

    Nondum otium mihi fuit legendi Latii scriptum,2 cui non video responsum a me reponendum. Si quis alius id facere volet, potero quaedam suggerere. Valde frequens est

    257

    apud Graecos πϱοπέμπειν εἰς ᾅδου,3 etiam in Maccabaico tertio.4 Initio Homeri habes πολλὰς δ᾽ἰφθίμους ψυχὰς Ἄϊδι πϱοΐαψε.5 Medicus quidam cum filium ad grammaticum misisset et is didicisset duos primos versus, ad illum versum ubi ventum esset, dixit ad hoc nihil opus grammatico, se ad eam rem filio optimum magistrum fore. Ita sane in epigrammate narrat Agathias.6 Sibyllini versus, id est veterum christianorum, dicunt ᾅδην ab Adamo dictum, quod is primus eo descenderit.7

    Nomen lutherani qui de iustificatione contra me scripsit est Hulsmannus.8 Fuit is nuper Amstelodami, sed in Saxoniam revocatus est. Codurci librum puto a me missum alicui in Batavis, sed non sat memini.9 Professio Mileterii pridem est edita, sed ad vos, ut credo, non venit.10 Continet moderatam explicationem omnium ferme eorum quae in controversiam vocantur. Videbimus an quod Sorbonistis persuasit, possit et Carentonianis persuadere. Salmasius quae in libro postremo de Hellenistica11 habet de voce ‘Iavan’, id est Ἰαύων apud Homerum,12 ea a me dicta reperies pagina 301 annotatorum ad libros de Veritate religionis christianae.13 Vellicat ille me non alia de causa quam quod ita se

    258

    putat optime adepturum gratiam eorum qui potentes sunt in Batavis.

    De Veteris Mosae cursu multa habeo documenta vetera,14 sed iis contra rem fiscalem uti nolim, Quicquid in romanensium causa posthac geretur, fac quaeso norim.15

    Multus hic de indutiis sermo.16 Ego tamen rumoribus talibus non credo. Illud scio seorsim cum duce Carolo agi, ut is se partibus Gallicanis adiungat. In Italia inter Romam et foedus oppositum pax erit, si volet papa, id est Barbarini, in quorum potestate is pridem est. Dux Vendocinensis Genevam attigit; creditur inde Venetias petiturus. De filiis nihil recens habeo.17

    Vale quam optime cum uxore et liberis et amicis,

    tibi obligatissimus frater,
    H. Grotius.

    26 Martii, pridie natalem LXI, anno 1644.18

    Notes



    1 - Gedrukt Epist., p. 964 App. no. 697. Antw. op no. 6765, beantw. d. no. 6799.
    2 - De Responsio ad dissertationem secundam Hugonis Grotii, de origine gentium Americanarum van de geograaf Johan de Laet (BG no. 733 en BsG no. 214). Grotius stelde geen prijs op een voortzetting van deze discussie; zie no. 6768.
    3 - In het licht van de laatste publikaties van de Leidse hoogleraar Claude Saumaise in zijn polemiek met Daniël Heinsius over het bestaan van een ‘lingua Hellenistica’ (no. 6743) had Willem de Groot de Annotationes in libros Evangeliorum, Amsterdam 1641 (BG no. 1135), Matthaeus 16: 18-19, nog eens nader bekeken. Hij stootte toen op het woord: ᾅδης (‘mors’ of ‘Hades’).
    4 - Grotius wijst op 3 Macc. 4:8, 5:42, 5:51 en 6:31.
    5 - Homerus, Ilias 1, 3.
    6 - Anthologia Graeca palatina XI, 401. Het epigram wordt toegeschreven aan Lucianus van Samosate (ca. 120-185). In de Anthologia van de Byzantijnse grammaticus Planudes staat dit epigram op naam van Agathias scholasticus (ca. 530-582); zie Epigrammatum Anthologia Palatina cum Planudeis ..., ed. F. Dübner, II, Parijs 1872 (BG no. 537), p. 354 en p. 392.
    7 - De Sibillijnse orakelen, een anonieme verzameling wijsheden uit de 5e eeuw. In de editie van J. Geffcken, Die Oracula Sibyllina, Leipzig 1902 (Die Griechischen Christlichen Schriftsteller der ersten drei Jahrhunderte), vindt men de passage in boek 1, r. 81.
    8 - De Harmonia apostolica SS. Pauli et Jacobi De justificatione, ab Hugonis Grotii corruptelis vindicata, Wittenberg 1643 (BsG no. 328), van de lutheraan Johannes Hülsemann. Grotius' huisgenoot Isaac Vossius had in brieven van 5 maart en [12 maart] 1644 zijn vader Gerardus Joannes om de toezending van het boek verzocht; zie nos. 6755 (postscriptum) en 6785. Op 16 maart 1644 schreef André Rivet aan zijn Parijse correspondentievriend: ‘L'ambassadeur des Gots a ici escrit à un sien ami Lutherien, pour avoir le livre d'Hulsemannus, à la charge qu'il luy envoye par ami, non par le poste qui couste trop’ (Bots-Leroy, Corresp. Rivet-Sarrau II, p. 226-228).
    9 - Philippe Codurc had in het voorjaar van 1642 het tractaat De sanctorum justificatione diatriba laten verschijnen. Deze publikatie had Grotius verzuimd aan zijn broer te melden.
    10 - Op 1 augustus 1642 had de protestantse theoloog Théophile Brachet de La Milletière de doctores van de Sorbonne te Parijs een Remonstrance à MM. de la Faculté de Théologie, assemblez en l'eschole de Sorbonne, sur la nullité de la censure du sieur Chapelas, avec la profession de la foy catholique du sieur de La Milletière aangeboden. Zijn verzoeningsgezinde opvattingen werden tegen het einde van 1644 aan een kritisch onderzoek onderworpen door een commissie van de nationale synode van Charenton.
    11 - Claude Saumaise's De Hellenistica commentarius, controversiam de lingua Hellenistica decidens, et plenissime pertractans originem et dialectos Graecae linguae, Leiden 1643, secunda pars, caput II, p. 340-341.
    12 - Homerus, Ilias 13, 685.
    13 - De annotatie treft men aan in de Cramoisy-editie van De veritate religionis Christianae. Editio Nova, additis annotationibus in quibus testimonia, Parijs 1640 (BG no. 950) en de edities die in 1640 te Amsterdam en Leiden verschenen (BG nos. 951-953). Zie ook Opera omnia theologica III (BG no. 919), De veritate religionis Christianae, liber primus, c. XVI, p. 21 r. 15A.
    14 - De bepaling van de loop van de Oude Maas, een kwestie waarover Grotius in de tijd dat hij werkzaam was als advocaat-fiscaal ook al het hoofd had gebogen. Stukken uit zijn dossier worden vermeld in L.J. Noordhoffs Beschrijving van het zich in Nederland bevindende en nog onbeschreven gedeelte der papieren afkomstig van Huig de Groot welke in 1864 te 's-Gravenhage zijn geveild, Groningen 1953, p. 63-67 en p. 76, deel X (auctie 1864), fol. 66 e.v. (Paelscheiding van Hollant ende Brabant) en fol. 377 e.v. (Cours van de Mase ende Merwede met de bewijsen). Thans bevinden deze documenten zich in het Gemeentearchief van Rotterdam, afd. Handschriften.
    15 - De maatregelen die de Staten-Generaal namen na het pleidooi van de Franse gevolmachtigde Claude de Mesmes, graaf van Avaux, ten gunste van de geloofsvrijheid van de katholieken in de Republiek.
    16 - Deze berichten komen ook voor in Grotius' nieuwsbrieven van 26 maart.
    17 - Cornelis de Groot verbleef nog steeds in Venetië. Het nieuws dat de hertog van Beieren de Frans-Weimarse officier Dirk de Groot had vrijgelaten was nog niet tot de familie doorgedrongen.
    18 - Grotius (* 10 april 1583) vierde zijn verjaardag op eerste Paasdag (27 maart 1644).
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]