eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Letter



    7386. 1645 maart 25. Aan H. Appelboom.1

    Clarissime domine,

    Magna sunt quae literae Claritudinis vestrae scriptae XIII Martii nuntiant de domini Coningsmarckii et domini Wrangelii rebus,2 sed maiora multo quae fama plurimis ex locis, etiam hostilibus, adfert de magno et foelici admodum domini Torstensonii proelio.3 Credimus quidem tanto undique consensui, sed specialem rei gestae historiam a vobis atque aliis exspectamus.4 Si ita se res habet et Rakoczius in Moraviam, ut dicitur, adventat, multum acciduntur spes5 imperatoris. Quodsi insuper episcopi et principes catholico-romani qui sunt in Germania volunt sibi avitam libertatem una cum pace restitui, haec omnia poterunt animos quamvis duros ad leniora consilia flectere.

    In Suedia eam, quae oportet, rationem haberi virorum quos aut sua aut parentum merita commendant, multum gaudeo.6 Dominum electorem Brandeburgicum in Suediam transiturum etiam hic suspicio est.7 Quae Osnabrugae tractantur, facilius per legatos8 expediri poterunt quam illud negotium, quod illum principem in Suediam trahere creditur.9

    Dominus Servientus in ea est apud cardinalem Mazarinum gratia,10 apud quem et

    590

    propinquum suum habet arcanis admotum,11 ut nihil credendus sit agere, quod non ipsi placere aut sciat aut existimet. Caeterum quomodo pacem Germaniae constituent legati Gallici, qui inter se pacem colere non possunt?12 Non desino hic impellere Gallos,13 ut ad Rhenum magni aliquid mittendo14 partem hostilium virium a nobis amoveant; ipsi penuriam pabuli moris obtendunt.

    Tota Italia trepidat Turcae metu eoque magis laborat papa bellum Alpibus excludere.

    Deus, clarissime domine, Claritudinem vestram praestet sospitem,

    Claritudinis vestrae studiosissimus,
    H. Grotius.

    Lutetiae, XXV Martii 1645.

    Adres: A monsieur/monsieur Appelboom, Suedois, à Amsterdam. Port.

    Adres (volgens de uitgave der Epist): D. Appelboom.

    Notes



    1 - Hs. Dresden, Sächs. Landesbibl., C 61, 9. Eigenh. oorspr. Gedrukt Epist., p. 746 no. 1747. Antw. op no. 7362; beantw. d. no. 7402.
    2 - De successen van de Zweedse bevelhebbers Hans Christoph, graaf van Königsmarck (Elbe en het aartsbisdom Bremen), en Helmut Wrangel (Jutland en Holstein).
    3 - De Zweedse veldmaarschalk Lennart Torstensson had op 24 februari/6 maart bij Jankov slag geleverd met de keizerlijke troepenmacht.
    4 - Onderstaande berichten komen ook voor in Grotius' nieuwsbrieven, dd. 25 maart 1645.
    5 - Onduidelijke lezing: ‘spes’ of ‘opes’.
    6 - Koningin Christina schonk de jonge graven Magnus Gabriel De la Gardie en Gustav Adolf Lewenhaupt (Leijonhufvud) hoge aanstellingen in haar leger.
    7 - Friedrich Wilhelm, keurvorst van Brandenburg, verwachtte in Koningsbergen een antwoord van rijkskanselier Axel Oxenstierna op een brief van zijn kanselier Sigismond von Götze, dd. 7/17 februari 1645, in de zaak van het ‘Zweedse huwelijk’ (Urk. u. Act. I, p. 866, en XXIII-1, p. 68-70).
    8 - De Brandenburgse gevolmachtigden Johann VIII, graaf von Sayn-Wittgenstein-Hohenstein, Johann Friedrich von Löben en dr. Peter Fritze maakten op 14/24 april hun entree in Osnabrück.
    9 - De keurvorst betrok alleen zijn getrouwen in de onderhandelingen over een huwelijk met koningin Christina. In juni zag hij definitief af van een reis over Osnabrück en Munster naar de Kleefse landen (Acta pacis Westphalicae; Die kaiserlichen Korrespondenzen II, p. 184, en Urk. u. Act. V, p. 235-236).
    10 - Grotius waarschuwde zijn correspondent voor de ambities van de Franse gevolmachtigde Abel Servien.
    11 - Hugues de Lyonne (Lionne), zoon van Artus de Lionne en Isabeau Servien(t), verzorgde de diplomatieke correspondentie van de kardinaal (NBG XXXI, kol. 309-313).
    12 - De Franse gevolmachtigde Claude de Mesmes, graaf van Avaux, stond op voet van oorlog met zijn collega; zie no. 7387.
    13 - Vgl. nos. 7334 en 7359. Het leger van de Franse maarschalk Henri de La Tour d'Auvergne, burggraaf van Turenne, wachtte in Spiers op het sein voor een mars naar de kwartieren van de Zwabisch-Beierse bevelhebber François de Mercy te Schwäbisch-Hall, Nördlingen en Bad Mergentheim (Mergental) (Mémoires du maréchal de Turenne I, p. 40-41).
    14 - Wellicht geeft ‘nitendo’ een betere lezing.
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    [text]
    [text]
    [text]