eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    Bijlage no. 22 Bij no. 4897
    Brief van Willem de Groot aan Maria van Reigersberch dd. 15 oktober 16401.

    Seer waerde suster,

    Ick hoope dat uEd. met lyef te Parijs sult zijn gecomen, eer desen daer sal zijn, immers dat uEd. nyet verre daervandaen sult wesen, want den wind en is nyet te verwenschen geweest. Wij zijn altemalen seer verlangende nae een letterken 'twelck ons van uEd. overcomste verseeckere.

    Ondertusschen moet ick uEd. communiceren, dat mij van een goed vryend ter ooren gecomen is, dat den pensionaris van s'Hertogenbosch Gans2 sijne voorss. charge wel soude willen resigneren op yemant mids daervoren hebbende vijf ofte ses duysent gulden. Ick dat hoorende begon terstond om uEd. soon3 te dencken, dye daertoe wel bequaem soude zijn ende hem dan eerlijck soude konnen onderhouden, want de gagie is duysent gulden behalven de emolumenten, dye noch wel soo veel werden geestimeert. Indyen men daerby konde krijgen een acte van neutraliteyt, soo soude de charge noch meer verbeetert werden, 'twelck ick meene dat in uEd. sone wel soude konnen vallen. Hij soude sonder twijfel grote vryentschap van den heer van Brederode4 genyeten ende dit soude hem konnen dyenen

    721

    om hem bekent te maecken ende in politycke saecken te oeffenen. Dat men voor soo een plaetse geld soude moeten geven, soude vreemt schijnen, maer ick sye nu voortaen, dat alles verkocht werd ende dat yemant, dye geen geld en wil geven ende geen groote ende machtige vryenden heeft, nergens toe en kan geraecken, waertoe in ons regard de gemeene disgratie ende de particuliere van uEd. soon in 't regard van sijn been5 nyet weynich en contribueren.

    Nu hoe het uEd. verstaet ofte nyet, ick hebbe geraden gevonden eens daervan te schrijven, om te weten uEd. intentie. Ick sach hem seer gaerne aen het wercken ende wensche hem wel een goede conditie toe, want ick wel bemercke, dat het met het advocaetschap nyet en sal willen vallen, om daer aen te blijven ende, gelijck ick ende anderen doen, de practijcke te oeffenen, soo datter yet anders voor hem gevonden soude moeten werden, ende in het voorss. pensionarischap soude hij wel sin hebben.

    Hyermede uEd. antwoord verwachtende, soo wil ick desen eyndigen ende uEd. inde protectie Godes beveelen.

    uEd. dyenstbereyden broeder
    Willem de Groot.

    Met haest, in 's-Gravenhage, desen XVen Octob. 1640.

    Adres: A madame madame de Groot, ambassadrice de Suède à Paris.

    In dorso schreef Grotius: 15 Oct. 1640. W. de Groot.

    Notes



    1 - Hs. Den Haag, ARA. Eerste afd. coll. Hugo de Gr. Aanw. 1911 XXIII no. 30. Eigenh. oorspr.
    2 - Johan Gans.
    3 - Pieter de Groot.
    4 - Johan Wolfert van Brederode, zwager van Frederik Hendrik.
    5 - Pieter was na een ziekte in zijn jeugd mank; vgl. M. van Leeuwen, Leven Pieter de Gr., p. 8.