eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    125

    6704. 1644 februari 13. Aan W. de Groot.1

    Mi frater,

    Gratias habeo pro remissis documentis.2 Videbimus quid hic fieri possit. Audio Bruxellae transactum negotium de captivis,3 etiam iis qui in Germania sunt, liberandis. Ita et noster libertatem recuperabit.4 Dominum Utenbogardum rogo urgeas,5 et editiones nostras.6

    Incendium illud in ecclesia aulica aliquid mali calvinismo mihi videtur portendere.7 Hic omnia sunt in veteri statu.8 Semina quidem sunt motuum, at motus nulli adhuc apparent. Exercitus parantur quatuor in Italia, Catalania, Alsatia et Campania. Ab Anglia nullam video spem pacis. Intrarunt eam hinc Scoti, inde Hiberni, et res regis ad Plimuthum retro eunt. Inter Barbarinos et Italiae principes foederatos magna spes pacis. Gallia vult conciliatrix esse inter Suedos et Danos.

    Deus vos sospitet,

    tibi obligatissimus frater,
    H. Grotius.

    13 Februarii 1644.

    Notes



    1 - Gedrukt Epist., p. 963 App. no. 691. Antw. op no. 6685, beantw. d. no. 6726.
    2 - De documenten die moesten bewijzen dat hertog Bernhard van Saksen-Weimar († 18 juli 1639) 4000 rijksdaalders had nagelaten aan zijn officier Dirk de Groot; zie no. 6663.
    3 - De missie van Bernard du Plessis-Besançon naar Brussel om met de Zuidnederlandse gouverneur don Francisco de Melo te onderhandelen over de uitwisseling van de manschappen die tijdens de campagnes van 1643 in krijgsgevangenschap waren geraakt (Mémoires de Du Plessis-Besançon, p. 38-39 en p. 156-166).
    4 - Grotius' jongste zoon Dirk werd nog steeds in Tübingen vastgehouden.
    5 - In een schrijven van 21 februari 1644 gaf Johannes Wtenbogaert een verklaring voor het uitblijven van een antwoord op Grotius' verzoek om ‘in dese verwarde ende bedroeffde tijden’ enkele gedachten op schrift te stellen over de noodzaak en de beste manier om de eenheid der kerken te herstellen; vgl. nos. 6724 en 6738.
    6 - De publikatie van Grotius' Anthologia Graeca (BG no. 534) en poemata, alsmede de voorbereiding van een bijgewerkte herdruk van De iure belli ac pacis (BG nos. 571 en 572).
    7 - De Haagse hofsecretaris Constantijn Huygens wijdde maar liefst drie gedichten aan de brand in de Waalse kerk op het Binnenhof. Het eerste gedicht kreeg het opschrift: ‘In incendium quo Hagae templi aulici tectum conflagravit, cal. febr. MDCXLIV, triduo post natalem principis mei’ (Dichtw. C. Huygens III, p. 285-286, p. 288 en p. 293).
    8 - Deze berichten komen ook voor in Grotius' nieuwsbrieven van 13 februari.