eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    209

    6752. 1644 maart 7. Van W. de Groot.1

    Frater optime,

    De Sarmatico libro bene iudicas;2 vellem melius curatam rem typographicam et alia quae magni faciet qui in eo scripto vapulat. Liber Latii de rebus Americanis in te conscriptus sub praelo sudat et iam quinque folia ante aliquot dies fuere impressa; totidem expectantur.3 Si quid eius nancisci potero mittam confestim, nunc hic nihil reperire potui. Filio maiori bonas cum Venetis conditiones,4 minori libertatem plenariam in proximo voveo.5

    Res Gallicae ut video non sine motibus sunt,6 Deus et istos et reliquos Europae tumultus aliquando serenet. Legati qui hic sunt Galli in postrema oratione causam romanensium qui hic sunt, publice egerunt.7 Responsum est ab Ordinibus Foederatis per delegatos eam rem altius radices agere et penetralia reipublicae petere.8 Manserunt ipsi intra postulationis terminos, quanquam oratio paulo crudior visa fuit; negavit Servientus id suo consilio factum.9

    210

    Hogerbetius noster, qui hic viginti dies frustra consumsit,10 iam Ultraiectum redit dum Ordinum Hollandiae habebuntur comitia, rediturus ubi ea dissoluta fuerint. Nam Lugdunenses minantur se ea de re in conventu acturos, quod ego nunquam facturos puto. Ubi comitia erunt dissoluta rursus ipse aderit, interea rem procuratori et amicis mandavit. Quando aliquis in Hollandia per viginti dies hoc unum egit ut iudicem adeundi potestas fiat, neque hilum promovit, quaeso quam longe a denegata iustitia abesse putes? Ita hic iam vivitur.

    Vale. Deus Optimus Maximus tibi, tuae, liberis, amicis omnia prospera largiatur,

    tibi obsequentissimus frater,
    Guilielmus Grotius.

    Hagae, VII Martii 1644.

    Adres: A monsieur/monsieur Grotius, ambassadeur de la reine et couronne de Suede, à Paris. Port 17 s.

    Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 16 Martii.

    En in dorso: 7 Martii 1644 W. de Groot.

    Notes



    1 - Hs. Den Haag, ARA, Eerste afd., coll. Hugo de Groot, aanw. 1911 XXIII no. 24, 297. Eigenh. oorspr. Antw. op no. 6731, beantw. d. no. 6768.
    2 - Grotius' mening over het Apologeticon adversus Satyram viri clarissimi Danielis Heynsii, cui titulus: Cras credo, hodie nihil, 1644, van een Pools sociniaan, wellicht Samuel Przypkowski. Het vermoeden was al uitgesproken dat Amsterdamse remonstranten de publikatie van deze anonieme kritiek op Heinsius' Cras credo, hodie nihil, sive Modus tandem sit ineptiarum, Satyra Menippea, Leiden 1621, op hun geweten hadden; vgl. no. 6712.
    3 - In het Amsterdamse uitgevershuis Elzevier werd de laatste hand gelegd aan de Responsio ad dissertationem secundam Hugonis Grotii, de origine gentium Americanarum van Grotius' opponent Johan de Laet (BG no. 733 en BsG no. 214) (Bots-Leroy, Corresp. Rivet-Sarrau II, p. 195 en p. 223).
    4 - Cornelis de Groot verbleef nu al meer dan vier maanden in Venetië; vgl. no. 6515 (dl. XIV).
    5 - De familie in de Republiek wachtte op de tijding van de vrijlating van de Frans-Weimarse officier Dirk de Groot uit Beierse krijgsgevangenschap.
    6 - De partijstrijd aan het Franse hof; zie Journal d'Olivier Lefèvre d'Ormesson I, p. 157-159: ‘[Le dimanche 6 mars] ... Après le disner, vint un gentilhomme qui nous dit ... que M. de Chavigny n'estoit pas bien; que M. le duc d'Anguien contestoit le commandement des armées à Monsieur, et qu'il y auroit brouillerie’.
    7 - De Haagse conferentie over een nieuwe Frans-Staatse ‘alliantie offensive ende defensive’ had drie maanden geduurd. Op 1 maart plaatsten de Staatse onderhandelaars en de Franse gevolmachtigden Claude de Mesmes, graaf van Avaux, Abel Servien en ambassadeur Gaspard Coignet, sieur de La Thuillery, hun handtekening onder het verdrag. Op 3 maart boden de Staten-Generaal de gevolmachtigden een afscheidsaudiëntie aan. De plechtigheid kreeg een verrassende wending toen de graaf van Avaux in zijn adres de aandacht vroeg voor het lot van de katholieken in de Republiek (Acta pacis Westphalicae; Die Französischen Korrespondenzen I, p. LIII-LVI, en Aitzema (fo) II, p. 960-966).
    8 - De Staten-Generaal beantwoordden de toespraak met een resolutie waarin een verscherping van de voorgaande plakkaten tegen de ‘paus-gesinde’ werd aangekondigd. De volgende dag bracht een delegatie van de Staten-Generaal de inhoud van de resolutie ter kennis van de Franse gevolmachtigden; vgl. Knuttel, Cat. v. pamfl. nos. 5105-5107: ‘Extrait de l'Harangue du comte d'Avaux, ambassadeur extraordinaire du Roy tres-chrestien Louys XIV, faite en l'Assemblée des ... Estats Generaux des Provinces Unies, en la Haye le 3 du mois de Mars’; weldra gevolgd door het uitvoeriger pamflet: ‘Auctentijc extract wt de propositie van den grave van Avaux, extra-ordinaris ambassadeur ... van Vranckryck; aengaende de paus-gesinde hier te Lande, gedaen in de Vergaderinge van de ... Staten Generael in 's-Graven-hage, den 3 Martii 1644; midtsgaders de resolutie van hare Ho. Mogende, den selven dito, daer over genomen, ende aen de voorsz. Heere Ambassadeur gecommuniceert’, Dordrecht 1644.
    9 - De Franse gevolmachtigde Abel Servien distantieerde zich van de uitspraken van zijn collega. Desondanks stelde kardinaal Jules Mazarin ook hem verantwoordelijk voor dit initiatief (Lettres Mazarin I, p. 656 en p. 683-684).
    10 - Adriaen Hogerbeets (no. 6753) was in de week van 14-20 februari in Den Haag verschenen. Zonder enig resultaat werkte hij aan de bevordering van het proces dat hij namens de familie tegen de Leidse stadsbestuurders had aangespannen in de zaak van het postume eerherstel van zijn vader Rombout Hogerbeets. De raadsheren van het Hof van Holland verklaarden niet bevoegd te zijn om uitspraak te doen in publieke aangelegenheden uit het jaar 1618; vgl. nos. 6726 en 6738.