eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    7271. 1645 januari 21. Aan H. Appelboom.1

    Clarissime domine,

    Est sane, quod Deo gratias agamus etiam de anni nunc inchoati rebus prosperis. Accedunt et spes magnae, quas nobis spondent reginae pietas, ducum prudentia, exercituum fortitudo, hostium res ubique perturbatae. Imperator Hazfeldium instruere copiis non potest, nisi ut Hungariam nudam praebeat2 principi Rakoczio, forte et Turcis.3 Saxo mala sentit iniquae pacis.4 Rex Daniae pecunia caret. Nobilitas et plebs regni istius fracti cladibus languent.5 Ad belli mala morbi accedunt. Vide, quam multa, quae ab hominibus nec effici nec prospici poterant, Deus nobis confecerit.

    Mors reginae Polonicae Austriacam ibi factionem prostravit et consilia transtulit in

    382

    melius.6 Moscovitas Danus infestos Suediae facere voluit; ipse eos nunc sibi experitur infestissimos.7 Pergamus prodesse quam plurimis et bello nihil nisi pacem quaerere. Deum beneficiorum suorum non paenitebit.

    Dignus erat Anckerhelmius,8 qui tantae principi, quanta est regina Suediae, militaret. Valde autem placet admirabilis illa consensio reginae nostrae, senatorum ordinumque regni.9 Spero autem Batavos tandem discussa nube‹s› visuros, quid ipsorum intersit in nostro cum Danis bello.10 Nihil puto peccasse illustrissimum dominum baronem Oxenstiernae, quod ritus pervigilii ante natalem Dominicum spectare voluit.11 An eadem futura sint consilia legatorum Suediae et Galliae circa rem pacis, dubito,12 cum video frui bello eos quorum in manu est res Gallica. Testes aequitatis Suedicae erunt Germani principes et civitatum rectores, quos ad loca istius negotii festinare gaudeo,13 ut aliquando abscissis tricis ad rem ipsam veniatur. Galli et Argentorati et alibi studium suum pro libertate Germaniae multum ebuccinant.14

    Caesi ab Hispanis quidam Gallorum Bapalma egressi.15 Sed Wattam Hispani frustra oppugnaturos se sperarunt gelus beneficio. Portugalli quidam apud Talaveram caesi.

    383

    Harcurtius nondum hinc abiit. Marchio Sancti Chaumontius ne huc veniat, pedum aegritudinem adfert iuvante excusationem eius papa.

    Deus, clarissime domine, servet Claritudinem vestram,

    Claritudinis vestrae studiosissimus,
    H. Grotius.

    XXI Ianuarii 1645.

    Adres: A monsieur/monsieur Appelboom, Suedois, à Amsterdam. Port.

    Adres (volgens de uitgave der Epist.): D. Appelboom.

    Notes



    1 - Hs. Dresden, Sächs. Landesbibl., C 61 A, 70. Eigenh. oorspr. Gedrukt Epist., p. 741 no. 1724. Antw. op no. 7241, beantw. d. no. 7285.
    2 - Keizer Ferdinand III vreesde een inval van de Zweedse opperbevelhebber Lennart Torstensson in zijn landen. In allerijl trof hij maatregelen om het leger van de keizerlijke veldmaarschalk Melchior von Hatzfeldt und Gleichen meer stootkracht te geven, maar dit plan kon alleen verwezenlijkt worden als hij het offensief tegen de Zevenburgse vorst György I Rákóczi staakte en de Hongaarse regimenten van Johann, graaf van Götz(en), naar de Boheemse grens overbracht.
    3 - Een Turks leger trachtte Stiermarken onder contributie te brengen. Het keizerlijke garnizoen van Györ (Raab) had reeds groot alarm geslagen (Gazette 1645, no. 9, dd. 21 januari 1645).
    4 - Volgens de Gazette 1645, no. 12, dd. 28 januari 1645, zou keurvorst Johann Georg I van Saksen spijt hebben gekregen van zijn verzoening met de keizer bij de vrede van Praag van 1635 (no. 2131 (dl. VI)): ‘L'Electeur de Saxe tesmoigne estre beaucoup plus porté que ci-devant à la neutralité, notamment depuis que les Suédois lui ont fait voir clairement que l'Empereur n'avoit point d'autre dessein que de ruïner entiérement ce païs par les quartiers d'hyver qu'il y avoit donné à ses troupes, afin d'espargner d'autant plus son patrimoine’.
    5 - Koning Christiaan IV van Denemarken had zich neergelegd bij het advies van zijn rijksraden om meer aandacht te schenken aan een diplomatieke oplossing van het Zweeds-Deense conflict.
    6 - Koning Wladislas IV van Polen had na de dood van koningin Cecilia Renata van Oostenrijk (1611-† 24 maart 1644) zijn belangstelling voor het door de Habsburgers ingegeven Deens-Pools-Russische bondgenootschap verloren; zie nos. 6857 en 6865 (dl. XV).
    7 - Tsaar Michael Fedorovitsj gaf de Deense vorst geen enkele hoop op een spoedige vrijlating van graaf Valdemar Christian van Sleeswijk-Holstein uit Moskouse gevangenschap.
    8 - Admiraal Maerten Thijssen Anckarhielm had met 20 schepen van de Zweeds-Hollandse hulpvloot bijgedragen aan de Zweedse overwinning in de Fehmarnbelt (13/23 oktober). Op 8 januari waren zijn schepen de haven van Amsterdam binnengelopen.
    9 - Grotius dankte zijn correspondent voor het nieuws over het harmonieuze verloop van de rijksdag in Stockholm.
    10 - De Staten-Generaal begonnen in te zien dat er fermere maatregelen nodig waren tegen de willekeur van koning Christiaan IV en zijn tolgaarders te Helsingør. Op voorstel van de Staten van Holland hadden zij een wapenvereniging, krachtens het Zweeds-Staats verdrag van 1/11 september 1640, weer op de agenda van hun vergadering geplaatst.
    11 - De Zweedse gevolmachtigde Johan Oxenstierna had op kerstavond de nachtmis bijgewoond in de jezuïetenkerk St. Petri te Munster.
    12 - De Franse gevolmachtigden Claude de Mesmes, graaf van Avaux, en Abel Servien waren ingenomen met het bezoek van hun Zweedse collega. Na afloop van de besprekingen (26-28 december 1644) stelden zij tevreden vast dat ‘les desseins de la Couronne de Suède pour la négotiation de la paix sont à peu prèz conformes à ceux de la France et à ce qui est porté par nos instructions’ (Acta pacis Westphalicae; Die Französischen Korrespondenzen I, p. 822-828; Die Schwedischen Korrespondenzen I, p. 446-447, en Diarium Volmar I, p. 249).
    13 - De Zweedse gevolmachtigden ontvingen gunstige reacties op hun derde uitnodiging aan de Duitse vorsten en standen, dd. 28 november/8 december 1644 (Acta pacis Westphalicae; Die Schwedischen Korrespondenzen I, p. 429-430).
    14 - Johannes Tilmannus Stella de Morimont, heer van Tercy, sinds september 1644 Frans resident in Straatsburg, maakte propaganda voor de Franse uitnodigingen ter vredesconferentie. Het stadsbestuur van Straatsburg steunde zijn missie (Acta pacis Westphalicae; Die Französischen Korrespondenzen I, p. 469, p. 488 en p. 753).
    15 - Onderstaande berichten komen ook voor in Grotius' nieuwsbrieven, dd. 21 januari 1645.