eLaborate
::: eLaborate options :::
    Show pagebreaks
    Show variations
    Search



    Searchform

    Fulltext search

    Search domain

    Search site
    Search current document

    Letter



    6751. 1644 maart 7. Van H. Appelboom.1

    Illustrissime et excellentissime domine legate, domine observandissime,

    Optamus et hic, ut publica declaratio iam diu expectata veniat,2 ut occludantur maligna ora quae ex proprio commodo aut nonnullo damno contra iustitiam causae debacchantur.

    Muscovita, ut hic fert fama, residentem Suedorum eiecit3 et Ingriam pecunia redimere postulat aut armis eandem recuperare agitat. Poloniae rex a Tartaris vexatus militem colligit4 et finitima circa Lithuaniam castra viris annonaque munit.5 Caesar lubens quidem succurreret Daniae regi,6 sed a Ragotzio iam tandem impetitus facile obsessa lo-

    208

    ca relinquat et in Hungariam exercitum mittat.7 Torstensonii Excellentia Haderslebiae castra metat8 et ingentem navigiorum copiam Flensburgi tenet.9 Ripam navigasse Danicas naves,10 alii tres bellicas et 16 onerarias, alii tres tantum munitas nuntiant, quae a legionis equestris praefecto Daniele in nostram potestatem redactae sunt; quidam volunt eas ex Hispania reduces belli praesentis ignaras. Multi existimant non debere infestari a nostratibus Fiuniam, sed tantummodo navalibus in speciem paratis a Scania diverti regem, qui insulam sex millibus insedit. Gustavum Hornium Scaniam et Laurentium Kagge Hallandiam ingressos esse11 nuntiant nautae qui secretarium regis Daniae Kunterum huc tulerunt.12

    Nos nullas iam diu e Suedia habuimus litteras.

    Koningsmarchius Bremerfordae castra tenet13 et episcopatum hostiliter infestat, cum detecta sit fraus episcopi, qua simulabat se velle pecunia terras suas a ferro flammaque liberare, ut se ad defensionem pararet.14 Quid conventus urbium Hanseaticarum Lubecae, quae urbs nostri[s] parum favens, concludant, sollicite expectamus.15 De Battavis optima omnia nobis pollicemur.16 Quae Hagae Comitis agantur, non dubito Excellentiae vestrae a residente domino Spiringio abunde nuntiari.17

    Cum hic annus tot regna armare velle videatur, divinam Maiestatem supplex precor, ut omnia armorum consilia in pacem universalem dirigat et vestram Excellentiam orbis christiani, patriae nostrae suorumque bono perpetuis successibus florere faciat, illustrissime et excellentissime domine,

    illustrissimae Excellentiae vestrae obligatissimus servitor,
    H. Appelboom.

    Amstelodami, 7 Mars 1644.

    Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 18 Martii.

    Notes



    1 - Hs. Den Haag, ARA, Eerste afd., coll. Hugo de Groot, aanw. 1911 XXIII no. 15 (1644, 9). Eigenh. oorspr. Antw. op no. 6736, beantw. d. no. 6773.
    2 - De noodzaak van een snelle verspreiding van het Zweeds Manifest van 16/26 januari 1644; zie nos. 6711, 6725, 6731 en 6738.
    3 - De Zweedse resident Peter Anton Lofelt was ‘persona non grata’ in het rijk van tsaar Michael Fedorovitsj. Omdat hij niet kon doordringen tot Moskou, hield hij de stad Narva in het Zweedse Ingermanland als zijn standplaats aan (Hist. de l'adm. des affaires étrangères de Suède, p. 94-97).
    4 - De strijd van de Poolse bevelhebber Stanisław Koniecpolski tegen de Tartaren; zie no. 6689.
    5 - Koning Wladislas IV van Polen had de ridderschap van Litouwen opgeroepen om bedacht te zijn op een Zweedse verrassingsaanval (A.S. Radziwiłł, Memoriale III, p. 159).
    6 - Keizer Ferdinand III wachtte eerst het resultaat af van de missie van zijn raad Georg von Plettenberg naar Kopenhagen.
    7 - De Zevenburgse vorst György I Rákóczi had op 16 november 1643 een verbond met de Zweden gesloten.
    8 - In zijn hoofdkwartier te Haderslev herstelde de Zweedse opperbevelhebber Lennart Torstensson van een zware jichtaanval.
    9 - De kust was nog niet veilig voor een oversteek naar het eiland Funen.
    10 - De thuisreis van 25 koopvaarders. De schepen geladen met koopwaar uit Spanje kregen een escorte van drie Deense oorlogsschepen. Storm dreef hen naar de haven van Ribe. Zij werden ogenblikkelijk overmeesterd door soldaten van de Zweedse gouverneur Daniel (Gazette 1644, no. 27, dd. 19 maart 1644).
    11 - Veldmaarschalk Gustav Karlsson Horn stuurde zijn generaal-majoor Lars Kagg (1595-1661) naar het Deense gewest Halland (SBL XX, p. 563-569). Hijzelf nam de route naar Lund (Oxenst. Skrifter 2. afd., VIII, p. 292-297).
    12 - De aankomst van de Deense kamersecretaris Frederik Günther in Amsterdam; zie no. 6750.
    13 - Het rendezvous van het Zweedse expeditieleger van generaal-majoor Hans Christoph, graaf van Königsmarck, in de omgeving van het klooster Zeven (ten zuidoosten van Bremervörde).
    14 - De Deense prins Frederik, aartsbisschop van Bremen, weigerde met de Zweden in onderhandeling te treden over de betaling van een contributie. Met zijn afwijzende houding bracht hij de in 1636 overeengekomen neutraliteit van het aartsbisdom in gevaar.
    15 - Het streven van de Hanzesteden om hun neutraliteit veilig te stellen.
    16 - De Staten van Holland keerden terug van reces. Binnenkort moesten zij een besluit nemen over het vraagstuk ‘hoe den Staat sig sal hebben te draagen in de ongeleegentheid, ontstaan tussen de kronen van Sweden en Denemarken’.
    17 - Zie de nieuwsbrief van de Zweedse resident Petter Spiring Silvercrona (no. 6750) met een verslag van de geruchtmakende afsluiting van de Haagse conferentie over een nieuwe Frans-Staatse ‘alliantie offensive ende defensive’.